Tong in wang
Bij uitgeverij Perdu, behorend tot de jubilerende en sympathieke organisatie met dezelfde naam die, in boekhandel De Verloren Tijd in de Amsterdamse Kerkstraat, de afgelopen vijf jaar met grote volharding literaire avonden organiseerde, verscheen kort geleden het boekje Ik ben van heel de wereld van Tineke Zaadnoordijk (71 p., f 22,50). Zaadnoordijk publiceerde eerder uitgaven in eigen beheer, met titels als Ik ben een zielige zeikert en Eendevreugd en damespoep. In deze uitgaven gaat haar light verse vergezeld van illustraties die zich nog het best laten omschrijven als ‘grillignaïef’. Ook in Ik ben van heel de wereld illustreert Zaadnoordijk haar poëzie, en in woord noch beeld schuwt zij de karikatuur en het cliché. Haar gedichten lijken geschreven met de tong royaal in de wang (‘liefde is een zwakke plek / zij maakt mij hol / zij maakt mij gek’) en bevatten een opzettelijk kneuterige humor die de haast in ieder gedicht rondwarende wanhoop ridiculiseert en tegelijkertijd des te heviger laat schrijnen. Haar poëzie is hoogst muzikaal, en het beleden levensgevoel is dat van de genereuze aardsheid: ‘Zij zijn nog steeds in leven / de hovaardigen van geest / Zij zijn mijn gelijken / zij zijn god ik ben het beest.’ Zaadnoordijks bitterzoete humor is nauw verwant aan die van de comedienne Brigitte Kaandorp - sommige van Zaadnoordijks gedichten zouden als levenslied een bloeiend bestaan kunnen leiden:
mijn handen zitten aan jou vast
jouw lichaam doet mij blozen
er is niets dan wat ik voel
dit is het noodlot en het doel
JZ
Aan deze pagina werkten mee: Chris van der Heijden, Atte Jongstra, Niek Miedema, Joost Zwagerman.