Vrij Nederland. Boekenbijlage 1989
(1989)– [tijdschrift] Vrij Nederland– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 2]
| |
Hans Bouman & Ed van Eeden‘Alle redenen waarom ik Frankrijk bewonderde bestaan nog wel, maar het bewonderen doe ik voortaan van een afstandje’, zegt Rudy Kousbroek, nu hij voor het eerst sinds 1950 geen Parijs' adres meer heeft. Tussen 1971 en 1978 heeft Kousbroek weliswaar veel tijd in Nederland doorgebracht, maar pas nu komt hij definitief terug. Tot september verblijft hij bij vrienden in Amerongen, om zich dan te vestigen in Leiden. Kousbroek noemt zijn verhuizing ‘een nachtmerrie’: ‘Alles stond ingepakt, tachtig dozen boeken en wat huisraad, en werd met zo'n liftje uit onze flat naar de straat vervoerd. Daar heeft het vervolgens enkele uren gestaan, tot duidelijk werd dat de verhuiswagen zoek was, en toen hebben ze de hele boel weer terug moeten slepen. En dat met een kat en een klein kind, vreselijk!’ Kousbroeks driejarige dochtertje moet binnenkort naar school, en dat is de voornaamste reden voor zijn repatriëring: ‘Ik had geen zin om wéér een kind te zien verfransen, en daarbij komt dat de Franse macho-mentaliteit me hoe langer hoe meer ging tegenstaan. Franse kinderen zijn agressieve krengen, ze meppen er bij het minste of geringste op, omdat ze zelf thuis ook geslagen worden als matrassen.’ Voor zijn werk zal de verhuizing weinig gevolgen hebben, denkt Kousbroek: ‘Als ik zit te schrijven, kom ik soms wekenlang de deur niet uit, dus het maakt eigenlijk niet uit waar mijn werkkamer zich bevindt. Ik was natuurlijk ook wel een beetje op Frankrijk uitgekeken, zo langzamerhand. Maar toch, door allerlei kleinigheden bespringt me nu soms al het gevoel dat ik iets onherstelbaars heb gedaan.’
‘Tendentieus, ten enen male incorrect en bezijden onze ervaringen’, zo noemt Jan Kuyzer, sales-manager van boekenimporteur Van Ditmar, het bericht dat het niet goed gaat met het buitenlandse pocketboek in Nederland. ‘Dit is valse voorlichting, ik fulmineer hier ten stelligste tegen.’ Wegens vakantie van Kuyzer voerde zijn collega Eddie de Rooij twee weken geleden het woord namens Van Ditmar, en gaf in deze rubriek toe dat het buitenlandse pocketboek onder druk staat. Het gerucht dat de markt zou zijn ingestort noemde De Rooij toen ‘overdreven’. Kuyzer erkent dat er sprake is van een afname van ‘de verkoop in aantallen’, maar stelt dat die teruggang zich al sinds 1979 voltrekt. ‘Toen verkochten wij anderhalf miljoen pockets, in 1988 waren dat er 1,1 miljoen en dit jaar verwachten wij uit te komen op 1 miljoen.’ Volgens Kuyzer rechtvaardigen deze cijfers niet de conclusie dat het ‘niet goed’ gaat met de buitenlandse pockets. Welke kwalificatie had Kuyzer dan verbonden willen zien aan een afname van 9% over één jaar en 33% sinds 1979? Kuyzer: ‘Daar had moeten staan: het gaat minder goed.’
In het nieuwste nummer van het gereputeerde New Yorkse literaire tijdschrift Between C & D is ook een Nederlandse auteur vertegenwoordigd. Het is Pamela Koevoets, van wie The love letter is opgenomen, een vertaling De liefdesbrief, het slotverhaal uit haar bundel Arme engelen. Between C & D, dat zich afwisselend afficheerde als ‘neo romantic’, ‘post narcotic’ en ‘post mortem’, wordt geredigeerd door de schrijvers Catherine Texier en Joel Rose, en publiceerde onder andere werk van Tama Janowitz en Kathy Acker. Koevoets is uiteraard verguld met die Amerikaanse belangstelling. ‘Ik ben bij het blad geïntroduceerd door Linda Mae, die af en toe werk van mij in het Engels vertaalt. Ze vonden het verhaal goed, en willen er nog een. Voor mij is dit natuurlijk een aardige manier om buitenlands publiek te kweken. Bovendien vind ik het samenwerken met vertalers erg leuk’, aldus de schrijfster, die geruime tijd in de Verenigde Staten woonde. Vanwege haar buitenlandse kennissenkring liet Koevoets in het verleden regelmatig verhalen vertalen, om zo een indruk te kunnen geven van wat ze deed. Nu er vanuit literaire hoek serieuze belangstelling wordt getoond, ligt het in haar bedoeling op den duur alle verhalen uit Arme engelen te laten vertalen. Ook internationale schrijversoptredens liggen in het verschiet, met uiteindelijk wellicht een publikatie bij een Amerikaanse uitgeverij. ‘Eerst maar eens voldoende vertalingen’, meent Koevoets, ‘dan komen de uitgeverscontacten op den duur vanzelf.’
Als transferbedragen in de voetbalwereld, rijzen de voorschotten die succesauteurs krijgen aangeboden momenteel de pan uit. Volgens de Sunday Times kan Tom Wolfe rekenen op 7 miljoen dollar voor een opvolger van The Bonfire of the Vanities. Zijn Britse collega Len Deighton kreeg van de Amerikaanse uitgeverij Random House zelfs een bod van 9 miljoen dollar, maar daarvoor moet hij wel vier romans schrijven. Random House kaapte Deighton met dit bod weg bij aartsrivaal Afred A. Knopf, waar de auteur een contract had voor een trilogie, bestaande uit de titels Hook, Line en Sinker. Het slotdeel van die trilogie verschijnt nu bij Random House.
Liefhebbers van negentiende-eeuwse literatuur kunnen in de maanden september en oktober hun hart ophalen. De Stichting Literaire Activiteiten Amsterdam, de SLAA, besteedt aandacht aan ‘het romantische levensgevoel’ met een groots opgezet Romantiek-programma. Binnen een periode van twee weken komen sprekers aan het woord als Shelley-biograaf Richard Holmes, de jonge Engelse schrijfster Jeanette Winterson, en voorts Cyrille Offermans, Geerten Maria Meijsing, de neerlandicus Wim van den Berg en de kunsthistoricus Evert van Uitert, die uiteenlopende aspecten van de romantische traditie belichten. Ook vertellen tien Nederlandse schrijvers, waaronder Willem Brakman en Leon de Winter, over hun ‘hoogst persoonlijke Romantische obsessie’. In november organiseert het kleine zusje van de SLAA, de Stichting Literaire Activiteiten Utrecht (de SLAU), in samenwerking met de Utrechtse Rijksuniversiteit een serie avonden over Fin de Siècle-literatuur, met lezingen van de romanist Maarten van Buuren, ex-uitgever Johan Polak, de schrijver F.L. Bastet, de musicologe Etty Mulder, en met een forum onder leiding van Jaap Goedegebuure. Dit alles in de stille hoop dat het ras nakende Fin de millénaire nóg belangrijker en verfijnder zal worden.
Uit een groot aantal sollicitanten is Sander Blom geselecteerd als fondsredacteur bij uitgeverij De Bezige Bij, een vacature die ontstaat door het vertrek van Oscar Timmers. Blom werkt momenteel als redacteur bij uitgeverij Bert Bakker, waar hij onder andere betrokken is geweest bij de oprichting van het tijdschrift De Held. Zijn naam wordt vaak genoemd in verband met jeugdige auteurs en aankomend talent, en juist dergelijke contacten zijn nodig voor een verjonging van het Bezige Bij-fonds. Over het opzetten van een Held-achtig tijdschrift bij zijn nieuwe werkgever is volgens de nu 29-jarige Blom nog niet gepraat: ‘Zelf zou ik dat graag willen, want zo'n blad heeft een enorme zuigkracht. Je krijgt er veel jonge mensen door over de vloer, en dat betaalt zich op langere termijn vanzelf terug, zoals ik bij Bert Bakker gemerkt heb.’ Blom begint per 1 september in zijn nieuwe functie. Het is nog niet duidelijk wie de plaats zal innemen die hij achterlaat. |
|