[18 juni 1988 - Nummer 24]
Ter zake
Diny Schouten
Dichter-performer Jules Deelder deed het Historisch Museum Rotterdam een schenking die het begin zal zijn van een ‘kostuumcollectie van bekende Rotterdammers’. Deelders ‘roze pak, met paarse jabot en wit-roze schoenen’, dat hij droeg in zijn eerste show Deelder spreekt, wordt tot en met 14 augustus samen met de boksersoutfit die aan Bep van Klaveren toebehoorde, tentoongesteld in het Schielandhuis. Het museum hoopt nog dat Deelder bereid is om het bijbehorende brilmontuur af te staan. ‘Van André van der Louw, die zijn inauguratiepak afstond, hebben wij óók de pijp gekregen die hij daarbij rookte.’ De enige andere schrijver die in de uitgebreide textielverzameling van het Historisch Museum vertegenwoordigd is, is Hugo de Groot, ooit raadspensionaris van Rotterdam, dus vallend in de termen voor de nieuw op te zetten collectie en bijzondere exposities. Educatief medewerkster Floor Scholte weet zeker dat De Groot het metselaarsjasje droeg tijdens zijn ontsnapping uit Loevestein. Het is naar schatting het oudste in Nederland bewaarde kledingstuk.
Het Belgische filmproduktiebedrijf Kunst en Kino van Jan van Raemdonck diende bij de NOS plannen in voor een ambitieuze televisieserie naar Hugo Claus' Het verdriet van België. Van Raemdoncks belangen worden in Nederland behartigd door Cinevista in Huizen, waar Gerrit Visscher een beetje schrikt: de eerste besprekingen met de NOS zijn pas vorige week begonnen. Maar hoe pril het stadium ook, Visscher is optimistisch over de resultaten. Tegenover de NOS is nog geen regisseur genoemd. ‘Het wordt een zéér ambitieus project,’ aldus Visscher, die dan spreekt over ‘tien afleveringen van een uur, minimaal’. Visscher spreekt ook over ‘zéér grote bedragen’ die met de verfilming gemoeid zijn: ‘Alle partijen willen graag, en ook dat het niveau heeft, maar aan dat niveau hangt een prijskaartje.’
Voormalig presidentskandidaat Gary Hart lijkt zich te ontpoppen als de Amerikaanse Jeffrey Archer. Harts eerste, dat wil zeggen: helemaal zelf geschreven roman Strategies of Zeus is voor het najaar aangekondigd bij Mills and Boon, een uitgeverij die zich specialiseert in ‘ontblotende romantische fictie’. Mills and Bloom brengen het boek onder in hun ‘male fiction’-imprint ‘Gold Eagle’. Dat houdt in dat er een liefdesthema is - in dit geval tussen een beeldschone Russische vertaalster en een Amerikaans delegatielid bij een Sovjet-Amerikaanse topconferentie over ontwapening. Maar hun romance is ondergeschikt aan de politieke plot, waarvoor Hart uiteraard gebruik maakt van zijn kennis als insider. Volgens de blurbtekst heef de roman een boodschap: het waarschuwen tegen de gevaren van ruimtelijke kernbewapening. ‘Ik wilde mijn angstige gevoelens over de controle op kernwapens op papier zetten,’ verklaarde Hart. ‘Misschien is het is weer eens iets anders dan het schrijven van rapporten’, schrijft The Sunday Times.
Uitgeverij Meulenhojf bracht met gepaste trots Lourens Reedijks vertaling uit van Andrej Platonovs Tsjevengoer. Platonovs satirische roman mishaagde vanaf de verschijning (in 1927) de Sovjetautoriteiten; in de loop der jaren zijn slechts enkele stukken gecensureerd in Rusland verschenen. Wel werd kortgeleden ‘in het kader van de glasnost’ een volledige uitgave aangekondigd. Die integrale tekst werd, spoediger dan verwacht, gepubliceerd in het literaire tijdschrift Droezjba Narodov. Daardoor kwam, net nadat het boek al naar de drukker was, uit dat de Nederlandse tekst niet zo ‘volledig en ongekort’ bleek te zijn als Meulenhoff in de prospectus had beweerd: van een fragment, dat Reedijk niet had opgenomen omdat het alleen in de Amerikaanse uitgave stond, was door de tijdschriftpublikatie de originele Russische tekst beschikbaar. Meulenhoff maakte het goed door een los katern met de vertaling van het bewuste fragment bij Tsjevengoer te drukken dat voor kopers (en niet-kopers) van het boek gratis bij de boekhandel verkrijgbaar is.
De Nederlandse correspondent van het Franse ochtendblad Libération had niet een duidelijke aanleiding om het te melden, maar vond de prestatie toch het vermelden waard, en daardoor bevat zijn krant (van 8 juni) een beschrijving van het succes van televisiepresentator Adriaan van Dis. Om het eens van een ander te horen: Sylvain Ephimenco beschrijft Van Dis' programma als de voltrekking van een wonder. ‘Na een aantal mislukte pogingen om een goed literair televisieprogramma te maken, is het onmogelijke gebeurd. Met meer dan twee miljoen kijkers hebben VPRO en Adriaan van Dis een magische grens doorbroken. Van Dis, die soms precieus, maar vaak scherp formuleert en sprankelt door de souplesse van zijn talenkennis, heeft als fenomeen uitgevers versteld doen staan. “Bij Van Dis verschijnen” is goed voor 20.000 tot 30.000 exemplaren in de erop volgende week, een ervaring die te beurt viel aan Annie Cohen-Solal, Roland Topor en le Roy Ladurie. Van Dis zelf verklaart het succes van zijn programma uit de uitstekende voorbereiding van zijn team.’ Tegenover de correspondent van Libération bekende Van Dis enig klein oud zeer aan gebrek aan serieuze erkenning: ‘Heel lang weigerden Nederlandse schrijvers in mijn programma te komen omdat ze mijn programma te veel een spektakel vonden.’ Die neerbuigendheid verdween volgens Van Dis ‘nadat er een artikel over mij in The Sunday Times had gestaan. Nederlandse schrijvers willen nu wel in mijn programma komen.’ Een ander vooroordeel blijft over om bestreden te worden, schrijft Ephimenco vleiend: ‘In Nederland wordt gedacht dat er naast Pivots Apostrophes niet een ander goed literair programma kan bestaan.’ Het geven van enige Franse bekendheid aan het fenomeen-Van Dis kan voor het programma nuttig zijn,
voegt Ephimenco desgevraagd toe aan zijn bericht: ‘Er komt ongetwijfeld respons op van Franse schrijvers en uitgevers.’
Vestdijkbiograaf Hans Visser is bezig met een nieuw Vestdijkproject. Niet met de biografie van Vera de Vries, internationaal bekend als Xaviera Hollander, ‘al zoek ik wel naar een onderwerp dat ook in het buitenland toegankelijk is’. Ir. Visser is voor zijn werk bij Unilever veel buitenslands. Het spijt hem dat hij zijn connecties niets kan laten lezen van zijn geliefde auteur: ‘Vestdijk is nauwelijks vertaald, vandaar dat ik het idee tegenover mevrouw De Vries geopperd heb. Ze voelde er niets voor, overigens.’ Het project dat ‘bij voldoende deelneming’ wel doorgaat is Simon Vestdijk. Een biografie in brieven: Visser wil een briefuitgave maken van de integrale tekst van de brieven die hij voor de Vestdijkbiografie van informanten ontving.’ Tachtig brieven om toestemming van de correspondenten zijn net de deur uit. Visser bracht het boek onder bij uitgeverij Sijthoff. De naam van de uitgeverij wekt verwondering: wil uitgeverij Kwadraat af van haar ster auteur? ‘Kwadraat had wel belangstelling, maar omdat er nog steeds geen contract is voor de Vestdijkbiografie, wilde ik niet met hen in zee,’ legt Visser als verklaring af. Het conflict zit Visser hoog: ‘Er is een bemiddelingspoging gedaan door Max Nord, maar ik wacht nog altijd op resultaat.’ Visser wil over de gerezen problemen niet meer kwijt dan ‘dat de zaak erg ingewikkeld ligt’. Volgens Hans Uijtdewilliggen, uitgever van Kwadraat, is de zaak simpel: ‘Visser wil het model-contract dat wij hem hebben aangeboden niet tekenen.’ Twee ‘marginale’ kostenposten vormen de oorzaak van het conflict: ‘Visser is het er niet mee eens is dat wij het diner dat hij op
eigen initiatief voor de medewerkers heeft gegeven niet willen betalen, en hij wil dat wij de kosten voor het uittikken van zijn manuscript voor onze rekening nemen. Ik snap Vissers probleem niet goed.’ Uitgever en auteur zijn inmiddels niet meer on speaking terms: de communicatie loopt nu via beider advocaten.