Een plundering van expertise
De naoorlogse tewerkstelling van nazi-geleerden in het buitenland
The paperclip conspiracy. The Battle for the Spoils and Secrets of Nazi Germany door Tom Bower Uitgever: Michael Joseph, 336 p. Importeur: Nilsson & Lamm, f 61,30
Cees Wiebes
Eind mei 1987 schreef Linda Hunt in het Amerikaanse weekblad The Nation een artikel met als titel: ‘NASA's Nazis’. Zij onthulde in het verleden al dat de Amerikaanse ruimtevaartorganisatie NASA beruchte Duitse exnazi's in dienst had genomen. Nu wist zij te melden dat de NASA zelfs feestjes hield ter ere van haar nazi-oldtimers, onder wie twee ex-Duitse geleerden wier verleden wordt bekeken door het Amerikaanse ministerie van Justitie. Blijkbaar had de NASA niets geleerd van de eerdere onthullingen, want men had zelfs plannen om Arthur Rudolph hiervoor uit Duitsland over te vliegen. Rudolph werkte vroeger voor de NASA en had - met Werner von Braun - een belangrijk aandeel in de geslaagde landing op de maan. Hij verliet de Verenigde Staten in 1984 om gerechtelijke vervolging als oorlogsmisdadiger te voorkomen. Uit nader onderzoek was gebleken dat hij tijdens de Tweede Wereldoorlog betrokken was bij executies van krijgsgevangenen die voor Von Braun en Rudolph in het kamp Nordhausen werkten aan de bouw van de V-1 en V-2. Rudolph mag intussen de Verenigde Staten niet meer in en is (verbitterd) weer Duits staatsburger geworden.
Diverse persberichten maakten deze zomer duidelijk dat zich ook enkele honderden ex-nazi's in Canada en Engeland bevinden. De laatste jaren is al het een en ander bekend geworden over de manier waarop ze daar terecht zijn gekomen. De meesten zijn er gewoon heen gebracht door de diverse regeringen en wel via de Amerikaans-Britse actie ‘Operatie Paperclip’. De Britse journalisten BBC-documentairemaker Tom Bower heeft deze operatie nu eens grondig uitgezocht met zijn The Paperclip Conspiracy. The battle for the spoils and secrets of Nazi Germany. Na lang speuren in vele archieven in Londen en Washington heeft hij onthullend materiaal opgediept waaruit hij een fascinerende reconstructie wist samen te stellen met als centrale vraag: waarom die jacht op Duitse geleerden?
Bower schrijft dat er vlak voor het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog zowel bij de Amerikaanse, maar meer nog bij de Britse legertop een enorme minachting bestond voor de Duitse militaire capaciteiten. Niet Duitsland maar zij hadden de betere wapens, vliegtuigen, schepen en manschappen. Hoe anders zou dat uitpakken toen de oorlog uitbrak. Bower geeft een aantal zeer verhelderende voorbeelden. Piloten van de Britse luchtmacht, de RAF, hadden bij het uitbreken van de oorlog bijvoorbeeld nagenoeg geen foto's van Duitse toestellen. Ze wisten in luchtgevechten daarom vaak niet met welk type Duits vliegtuig ze te maken hadden. De oorlog op het vasteland wees ook snel uit dat het Duitse materieel veel beter was en de modernste Britse tanks werden simpelweg aan flarden geschoten. Zo was bijvoorbeeld de Duitse Tiger-tank superieur vergeleken met de Britse Sherman. Er zat een betere motor in, de tank had dikker plaatwerk, een zwaarder geschut, et cetera. De Britse tanks konden daarom vaak weinig uitrichten tegen grote Duitse tankformaties en de latere gevechten in Afrika bevestigden de eerdere ervaringen. Daar kwam nog bij dat de Duitsers na de slag om Frankrijk hun tanks aanpasten en wel na een grondige inspectie van de Britse tanks. In Engeland daarentegen gebeurde dit niet. Men bleef tegen beter weten in heilig aan de kwaliteit van de eigen wapens geloven. Sterker nog: men weigerde zelfs de veroverde Duitse wapens uitvoerig te onderzoeken. Zo komt de RAF pas laat tot de ontdekking dat de Duitse bommen een grotere explosiekracht hebben. Tegen het einde van de oorlog blijkt dat de Duitsers ver gevorderd zijn met de bouw van straaljagers en dat terwijl dezelfde ontwikkeling in de Verenigde Staten en Engeland eigenlijk nog moet beginnen. En als de Britse militaire experts al langzaam tot een ander inzicht komen, blijft de militaire top desondanks vasthouden aan het eigen geloof. Duitsland kan eenvoudigweg niet beschikken over zulke superieure wapens.
De ‘Paperclip geleerden’ die een Amerikaan op de maan brachten hier bijeen tijdens een ‘Beiers drinkavondje’ in Chicago, 1950. Derde van rechts Werner van Braun.
Pas na de landing in Normandië, als de Duitse Tigers en Panthers genadeloos toeslaan, worden ieders ogen geopend. De geallieerde anti-tankwapens en bazooka's zijn nagenoeg machteloos en er worden zware verliezen aan tanks en tankbemanningen geleden. Bower geeft nog meer van die sprekende voorbeelden. De loop van een Amerikaans machinegeweer moest vervangen worden na 800 salvo's: een Duits na 5000 salvo's. Het is dan ook in deze periode dat het besef groeit om de bedenkers en de makers van die betere wapens te pakken te krijgen. De bevrijding van Parijs is een eerste indicatie van de latere race tussen Londen en Washington om de Duitse geleerden en experts. Het zijn vooral Amerikaanse industriëlen met een legerrang die op jacht gaan naar allerlei industriële geheimen. Speciale ‘plunder teams’ worden ingesteld voor dit soort doeleinden. In totaal zetten de Verenigde Staten ruim 12.000 mensen in.