Geletterd?
61
In Geletterd? worden lezers uitgenodigd de drie hier afgedrukte citaten uit de Nederlandse literatuur te achterhalen: wie is de schrijver en (eventueel) uit welk boek? Uit de goede antwoorden (één of meer citaten goed) wordt één winnaar gekozen die zich mag verheugen op een boekenbon van f30, -. Inzendingen vóór donderdag 2 april opsturen naar Geletterd? Vrij Nederland, Postbus 1254, 1000 BG Amsterdam. De oplossing staal in Geletterd? 62 van 11 april. De citaten zijn gekozen door Diny Schouten.
AUTO'S
| 1. | Maar de volgende morgen, heel vroeg, in de mistige wintermorgen, daar hotste ‘de kachel’ poeffende en puffende en kanonknallende aan over de Kerkhoflaan, en hield stil (...) met nerveuze longschokken nazuchtende als om van vermoeienis op adem te komen (...). |
| 2. | Het is wel prettig zo'n ruime, splinternieuwe, comfortabele wagen die bij de minste beweging stopt als een betoverd monster om er dan geluidloos, maar als de bliksem, weer van door te gaan (...) Toch vergt het meerijden enige opoffering, want wie Pro Deo rijdt dient tijdelijk afstand te doen van zijn persoonlijkheid. |
| 3. | In een rustige kudde stonden zij naast elkaar. Zij sloten de kleine parkeerogen. Zij sliepen, gelijk de kleine beesten. Maar zij vormden een kudde afzonderlijk door edeler bouw, door rijkere glans op hun donkere huid. Hun spiegelglas glansde donker als heel diep, heel helder avondwater. Een enkele gaf door gedurfd lakwerk een hoger noot. |
Oplossing nummer 60 van 14 maart (Interview):
| 1. | ‘Wat moest ik bij dien man?’: Godfried Bomans, Kopstukken. |
| 2. | ‘Dit is de historische kachel, waarin de held Frits van Egters watert’: R.J. Gorré Mooses (= G.K. van het Reve), in: Tien vrolijke verhalen. |
| 3. | ‘Wij hebben gevraagd hoe of ie het dee’: Annie M.G. Schmidt, De schrijver in de boekenweek (in: Tot hiertoe). |
Winnaar: Jesse Hoekstra, Amsterdam.
Auteursrechtelijk beschermd