Staccato
Man & paard door Boudewijn Paans Uitgever: De Harmonie, 184 p., f24,90
Koos Hageraats
Boudewijn Paans schrijft elke week een stukje in de zaterdagse ‘Vervolg’-bijlage van de Volkskrant. Het zijn mengelingen van verhaal, impressie en commentaar. Een selectie van die bijdragen heeft hij gebundeld in Man & Paard, waarin het thema van zijn ‘handicap’ - hij is spastisch - in de meeste verhalen wel aan de orde komt. Ik zet ‘handicap’ tussen aanhalingstekens, omdat uit de verhalen duidelijk wordt dat die handicap meer een opgedrongen dan een daadwerkelijk verschil betekent met mensen die niet spastisch zijn. Paans laat zien dat iemand die spastisch is natuurlijk wel zijn moeilijkheden heeft - slikken bijvoorbeeld kan een regelrechte doodsdreiging zijn - maar voor het grootste deel in moeilijkheden gebracht wordt door de gegeneerde, onbeholpen of zelfs intolerante manier waarop zijn omgeving op hem kan reageren. En daar verzet hij zich tegen door man en paard te noemen.
Sonja Barend is zo'n paard. Terecht verzet Paans zich tegen de zogenaamde vanzelfsprekendheid waarmee zij in een van haar televisie-uitzendingen aan spastische mannen meende te kunnen vragen ‘hoe het nou eigenlijk met de vrouwtjes zit’: hij wijst er op dat je ook niet aan Marcel van Dam vraagt ‘hoe het nou eigenlijk met de vrouwtjes zit’, nadat hij heeft uitgelegd hoe de Vara over de nieuwste medianota denkt. Zo zit dat.
De stijl waarin Paans zijn observaties beschrijft is staccato, de toonzetting doet sterk denken aan die van Kees van Kooten, met name die van de Modermismen-bundels. Dat gaat op den duur nogal tegenstaan omdat het vertelprocédé in de meeste verhalen hetzelfde is. beginnend met wat reflecties op de toestand die het gevolg is van wat er in het verhaal beschreven wordt, waarna het eigenlijke verhaal verteld wordt. Dat valt des te meer op bij het achter elkaar lezen van deze stukjes die oorspronkelijk verspreid verschenen zijn.
■