Lewis Carroll als uitgever
Een deel van de brieven die de schrijver van Alice in Wonderland, Lewis Carroll, schreef aan de uitgever Macmillan is verloren gegaan. Over het eerste jaar van hun samenwerking bij de uitgave van Alice weten we alleen iets uit Carrolls dagboek. De eerste bewaard gebleven brief van Alexander Macmillan aan Carroll (die zijn brieven vijfendertig jaar bleef ondertekenen met zijn eigenlijke naam C.L. Dodgson) is van 19 september 1864, en dan is de uitgave van Alice al volop in produktie. Maar er is genoeg over, zoals blijkt uit het boek Lewis Carroll and the House of Macmillan, waarin ze staan, ingeleid en geannoteerd door Morton N. Cohen en Anita Gandolfo, als een uitgave in de reeks Cambridge Studies in Publishing and Printing History. De relatie tussen Lewis Carroll en Macmillan was een bijzondere. Er bestonden in die tijd verschillende manieren waarop een uitgever een boek kon uitgeven: gedeeld risico was toen gewoon, maar het kwam ook voor dat de schrijver alle kosten van het zetten, de typografie, de tekeningen en het drukken op zich nam en dat de uitgever slechts de uitvoerder was van de directieven van de schrijver. Voor dit werk kreeg hij dan tien procent. Dit was de verhouding tussen Carroll en Macmillan en dat hield in dat Carroll vele brieven schreef om zijn plannen en wensen kenbaar te maken. Voor zulk handwerk had Carroll grote belangstelling en hij deed het met animo. De verhouding was een zakelijke en pas na verloop van jaren vriendschappelijk, al kwam men in deze, ook voor de omgangsvormen van Carroll, Victoriaanse tijd nooit tot je en jij. Carroll bepaalde de soort papier, het lettertype, de titelpagina, alles tot en met de oplage. Hij was ook buitengewoon zorgvuldig en Macmillan was daarvoor buitengewoon aanspreekbaar. Carroll wilde kwaliteit en liet die vóór alles gaan. Men vindt hier een brief waarin Carroll er de voorkeur aan geeft
Through the Looking-Glass maar niet met Kerstmis uit te geven als dat betekent dat de gedrukte vellen kunstmatig gedroogd moeten worden, wat in zou houden dat het drukwerk aanmerkelijk minder van kwaliteit zou worden. Hij verkoos de normale droogperiode. Met Kerstmis uitgeven zou veel gescheeld hebben in de verkoop. Wanneer Macmillans drukker op eigen houtje in 1885 toch een haastige uitgave maakt van A Tangled Tale schrijft Carroll een brief waaruit men kan leren hoe zorgvuldig hij was. Hij citeert daarin uit een brief die hij veertien jaar eerder had geschreven over het snel laten drogen (door een schoon vel tussen de gedrukte vellen te leggen) van het drukwerk. Dit betekent dat hij voor zichzelf een kopie moet hebben gemaakt, of het klad had bewaard. Carroll zal niet van ál zijn brieven een kopie hebben gemaakt omdat er dan van een absurd aantal sprake zou zijn: de laatste vijfendertig jaar van zijn leven schreef en kreeg hij volgens zijn eigen brievenregister 98721 brieven. De verhouding tussen Carroll en Macmillan was zo dat er onvermijdelijk nogal eens sprake is van een ‘commanding tone’ van de kant van Carroll omdat het niet altijd eenvoudig was gedaan te krijgen wat hij wilde. Dit bijna vierhonderd pagina's tellende boek is voor de kennis van Carroll en de geschiedenis van het uitgeven in de negentiende eeuw van grote betekenis. Men ziet hier een schrijver aan het werk als uitgever, met een pijnlijk nauwkeurige boekhouding en met uitgeversachtige ideeën over zijn eigen boeken: de edities van Alice in verschillende talen, de Nursery Alice, voor advertenties, voor schoolgebruik enzovoort. Bij Macmillan verschenen in de loop der jaren zo'n twintig boeken van Carroll. (Het boek kost f163,35 en is uitgegeven door Cambridge University Press.)
CP