Tijdschrift
Vanaf de omslag van het Nieuw Wereldtijdschrift 1985/4 kijkt de ons als Vlaming voorgestelde Portugees Herman Portocarero peinzend de donkere verten in. Zijn novelle ‘Later dan de nacht’ is de omvangrijkste bijdrage aan dit nummer. Dit verhaal zal alleen als tijdschriftpublikatie verschijnen en niet als afzonderlijke boekuitgave op de markt komen. Het lijkt geen onverantwoorde beslissing om dit gezwollen proza niet te herdrukken. In de verwoeste naamloze, maar vaak uiterst herkenbaar beschreven stad viert de revolutionaire leider Cruzeiro zijn overwinning met een vreugdeloos bacchanaal. Zijn vele liefjes leiden hem niet af van de obsederende gedachten aan zijn zuster, evenbeeld en minnares Saudade. Deze Helena-achtige vrouw, beeldschoon en door elke man te verleiden, promiscue en toch kuis is zangeres in de nachtclub Starless Nights. Om haar laait de rivaliteit tussen Cruzeiro en zijn boezemvriend Pessoa op en om haar beraamt de dommekracht Lomax in het havenkwartier van de sterk op Antwerpen gelijkende stad zijn contrarevolutie. Zwoele en duistere gevoelens domineren dit verhaal dat zich afspeelt in de donkere maanloze nacht. Het wisselend en onduidelijke vertelperspectief verheldert het inzicht in de novelle niet. Niet minder dan vijf motto's van Henri Michaux, Pasolini, André Breton, Lautréamont en Apollinaire sturen de lezer ook verschillende kanten op. Twee fraaie houtsneden van Frans Masereel zijn gebruikt om ‘Later dan de nacht’ te illustreren. In een fragmentarisch opgebouwde boekbespreking van Cogels-Osylei, Antwerpen geeft Benno Barnard zijn impressies van een wijk, waardoor ook Herman Portocarero zich voor een gedeelte van ‘Later dan de nacht’ heeft laten inspireren. Hij noemt deze fin de siècle-buurt bedrog in de derde macht. De huizen zijn alle gebouwd in verschillende neostijlen, een paar authentieke art-nouveau-huizen daargelaten. De wijk vormt een
soort toneeldecor: de gevels zijn minutieuze imitaties van plaatjes uit een architectuurhandboek, aan de interieurs is nauwelijks aandacht besteed. Het mooiste huis in de wijk Zurenborg vindt Benno Barnard de volmaakt neoklassieke villa Euterpia. De muze van de poëzie staat op een zuiltje in de tuin met haar dubbele fluit. Vanwege deze dubbele fluit, die in Barnards visie de tweetaligheid symboliseert, is Euterpe hier speciaal de muze van de Belgische poëzie, door wie hij zich zijn verzen wel wil laten inblazen. Ik ben benieuwd.
EVA COSSEE