Vrij Nederland. Boekenbijlage 1985
(1985)– [tijdschrift] Vrij Nederland– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 15]
| |
Omtrent Kapelaan en andere verhalen Door Willem van Toorn Uitgever: Querido, 104 p., f 21,50
| |
Schatplichtig‘Omtrent Kapelaan’ is een verhaal dat door de hommage aan een nonconformistische ‘vrije’ en daarom inspirerende leraar die het aflegt tegen de onderwijstechnocraten, misschien nog aan kracht had gewonnen wanneer het uitgebouwd was tot een zelfstandige novelle. Maar ik zeg dit alleen omdat ik zelf nauwelijks genoeg kan krijgen van verhalen van en over dit type leraren. Juist aan hen is ‘de’ literatuur schatplichtig. In ‘Nylons’ doet Van Toorn verslag van een reis van twee Hollanders per deux-chevaux naar een stadje in de omgeving van Praag; op de stadspoort van het troosteloos oord - het is herfst 1968 - hangt nog een enkel spandoek ‘dat de kameraden van de USSR dank werd gebracht omdat ze de contra-revolutie hadden neergeslagen’. Doel van de reis is de aflevering van Purnell's History of the Second World War aan een oudere man, nu werkzaam als kelner, bevrijder van Praag aan de zijde van de geallieerden, na de oorlog als historicus verbonden aan de universiteit van Praag maar in 1948 uit zijn baan gezet ‘omdat hij sociaal-democraat was en zijn land uit de verkeerde windrichting had helpen bevrijden’. Zijn grote wens - nog eens een westerse geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog te lezen - gaat in vervulling: in zijn schamele behuizing bekijkt hij ontroerd de foto's ‘met de hongerigheid van iemand die jarenlang aan geheugenverlies heeft geleden en plotseling beelden van vroeger terugkrijgt’. Het bezoek van de Hollandse vrienden is ook voor zijn vrouw aanleiding zich beelden van vroeger te herinneren - haar carrière is eveneens veranderd: ze was balletdanseres, ‘maar toen kwam dat tuig aan de macht en was alles afgelopen’; ze werkt nu in een fabriek. Grote uitspraken over het illusieloze leven onder een rigide regime doet Van Toorn nauwelijks; hij maakt die situatie echter des te sterker ‘inleefbaar’ voor de lezer door het accent te leggen op misschien kleine, maar wel heel wezenlijke menselijke details en emoties. De vrouw vraagt de Nederlanders of ze met hen mee mag rijden naar Praag: daar kan ze met bonnen, ‘geruild voor dingen van vroeger’, een paar nylons kopen in de Tuzex-winkel. Tijdens de autorit herleeft even de illusie van vrijheid: de vrouw herinnert zich een reis naar het zuiden, toen ze vijftien jaar was - ‘Ik herinner me de terrassen 's avonds, waar je tot diep in de nacht kon eten. Dan was het nog warm. Aan de rivier. Wat was dat, de Tiber?’ ‘Ik denk het wel.’ ‘Ik ben nog lang niet te oud voor u,’ zei ze. ‘We zouden een mooi paar zijn. In Rome.’ Ik voelde een golf van verliefdheid uit mijn buik opstijgen naar mijn borst. Ik keek opzij. Ze zat spottend te glimlachen en legde haar hand op mijn schouder. ‘Maar u bent getrouwd,’ zei ik. ‘Ik ben getrouwd,’ zei ze, ‘en u ook. Het was maar een spelletje. Maar soms ben ik razend. Razend op dat tuig dat mij verbiedt te gaan waar ik wil. Naar Rome. Om maar iets te noemen.’ In de Tuzex-winkel kunnen de Hollanders met hun D-marken wel vijf paar nylons voor haar kopen, maar ze weigert zo'n geschenk hooghartig, ‘alsof we haar een fooi wilden geven (...) We zagen haar weglopen door de sneeuw, rechtop en elegant ondanks de onhandige hoge hakken, en in de trieste menigte verdwijnen.’ Evenals het beeld van de dolende dichter Kapelaan blijkt ook dat van de trotse vrouw haarscherp achter. Vrijheid. In beide verhalen schetst Van Toorn door zijn subtiele manier van observeren en verslaggeven individuen, creatieve persoonlijkheden, die veroordeeld zijn te leven tussen ‘mensen die denken dat ze hun vak, of het leven, uit het hoofd kunnen leren. Dat er regels bestaan, en dat de regels het leven zijn.’ Het is de verdienste van schrijvers als Van Toorn dat zij de absurditeit van dergelijke opvattingen aan de orde stellen. ■ |
|