Rothuizen
Vervolg van pagina 12
Cicero! allerminst. Er is namelijk iets spannends aan de hand met Hugo: de lezer komt nauwelijks te weten hóé hij in godsnaam in dit naamloze gekkenhuis terecht is gekomen. Een handvol aanwijzingen houden je, wanneer het boek uit is, nog een heel tijdje bezig. Er is in Hugo's reacties, hoe intelligent, helder en nietziek hij zich verder ook betoont, toch iets wat niet in de haak is.
Het verhaal deed me in de verte denken aan de film Paris-Texas van Wim Wenders: in die film ziet men de lotgevallen van een man die na jarenlange, apathische omzwervingen weer in zijn familie terugkomt, zijn inmiddels wat opgegroeide zoontje leert kennen en met horten en stoten weer op gang komt in het sociale leven. Maar wat er nu precies voor gruwelijks is voorgevallen in het jonge gezinnetje, waardoor het huis in brand vloog, vader de woestijn in liep, moeder in de peepshow kwam te werken en het zoontje door oom en tante gered moest worden, dat blijft onduidelijk en hangt als een geheimzinnig waas over de moeizame pogingen van deze mensen om opnieuw te beginnen. Dat zelfde waas hangt ook over Hugo's verblijf in het asiel. Onder de oppervlakte van de zwart-komische gebeurtenissen wordt een flinke spanning gebouwd.
De namen van enkele bijfiguren (Carlo Augustus, Hirschenblencke, Constant, Theo, Olof) klinken betekenisvol, zonder dat duidelijk wordt wat de schrijver hiermee voor heeft. Bij het zien van de titel van het boek schrok ik zelfs even: het zou toch niet om de een of andere wereldberoemde Italiaanse operazangeres gaan die ik weer eens niet kende? Daar bleek gelukkig geen sprake van: Fernanda Cicero speelt gewoon een kleine maar grappige rol in Hugo's leven. Toch heb ik mijn twijfels over de verkoopbevorderende eigenschappen van zo'n titel. Tenslotte hoop ik dat Rothuizen met het verrassende slot niks al te symbolisch heeft bedoeld, het is zo al mooi genoeg.
Overigens besef ik nu pas, dagen nadat ik het boek las, wat er nog meer zo aardig in was: behalve het feit dat er door de romanhelden, sommige met Nederlandse namen, Nederlands wordt gesproken, zijn er nauwelijks aanwijzingen in het verhaal te vinden dat het zich in Nederland afspeelt! De eigentijdse tijdgeest van Ton Anbeek en Frans Boenders ontbreekt dus weer geheel.
■