En verder:
In zijn inleiding bij Vreugden en verschrikkingen van de dronkenschap, een door Veen uitgegeven boekje met etsen op dit thema van Frank Lodeizen, roept Simon Carmiggelt een mooi verhaal in herinnering van Robert McAlmon die in de jaren twintig tot de vriendenkring van James Joyce behoorde. De manier waarop Carmiggelt het navertelt is te mooi om hier nog eens samen te vatten, maar de moraal is dat Joyce, Lodeizen en Carmiggelt het er over eens zijn dat niet de dronkenschap, maar de kater een bruikbare bron is voor het kunstenaarschap. Door McAlmon in katerconstitutie delen van Ulysses uit te laten typen is het boek onbegrijpelijke, maar ook extra mooie passages gaan bevatten. Het boekje bevat aardige etsen van Lodeizen hij gedichten als ‘Tekst voor een wijnkaart’ van Carmiggelt (f25, -).
Robert Anker schreef in zijn artikel over het speciale Gidsnummer Het pak van Sjaalman in de vorige Boekenbijlage dat de medewerkers het zich óf al te gemakkelijk hadden gemaakt of zich qua lengte uitleefden. De redactie had voor de uitwerking van Sjaalmans opsteltitels echter lengtes in drie categorieën bedacht, al naar gelang het mogelijk gewicht van de zaak: 300, 800 en 1500 woorden. De medewerkers waren dus gebonden aan die lengte; iemand die nu 300 woorden schrijft had misschien wel uitvoeriger willen zijn. Opsteltitels waar geen bijdrage van binnenkwam worden in het nummer met één redactioneel zinnetje afgedaan. Op de drukproef stond daarbij steeds abusievelijk de naam van Harry Mulisch. Hem treft geen blaam, hij is uitsluitend verantwoordelijk voor wat in het nummer wél van zijn naam is voorzien. Waarvan akte.
Nu de literatuurgeschiedenis uit het middelbaar onderwijs langzaam dreigt te verdwijnen is de Amsterdamse hoogleraar in de middeleeuwse letterkunde Herman Pley met anderen een tegenoffensief begonnen. Eind volgend jaar verschijnen de eerste zes delen met oorspronkelijke of vertaalde teksten uit de literatuurgeschiedenis in een reeks die door Querido zal worden uitgegeven onder de titel Griffioen. De teksten zullen in hedendaags Nederlands zijn gesteld en er zal onder meer een deeltje met werk van Bredero in verschijnen in het kader van de Bredero-herdenking. Inmiddels heeft Martinus Nijhoff de eerste drie delen uitgegeven van de reeks Literatuur onder redactie van Marijke Barend en Jacques Vos: helder geschreven en mooi geîllustreerde boekjes met als eerste titels: Herman Pley, Het literaire leven in de middeleeuwen, E.K. Grootes, Het literaire leven in de zeventiende eeuw, Hanna Stouten, Verlichting in de letteren (gemiddeld 90 p., f13,50 per deel).
Aarts Letterkundige Almanak voor het Nieuwe Gids Jaar 1985 is, iets verlaat, verschenen. Weer met adressen, geboorte-en sterfdata, wie prijzen ontvingen, maar vooral met de bijdragen over het thema de Tachtigers, zoals een boekenlijst, een overzicht per dag door Harry G.M. Prick met wat de Tachtigers in 1885 uitvoerden, eenzelfde panorama voor Zuid-Nederland, een lijst met de belangrijke boekhandels en cafés in dat jaar, antiquariaten, genootschappen, tijdschriften en een complete lijst van auteurs.
De dichtbundel De visionair van H.J. de Roy van Zuydewijn, uitgegeven door De Arbeiderspers en besproken door Rob Schouten in de vorige Boekenbijlage, is nog niet in de boekhandel te krijgen; dat zal zijn op 19 december.