Eiken preekstoel (XVII d) met koperen zandlooperhouder (XVII) en lezenaar (XVIII b).
Eenvoudig eiken doophek (gemerkt: B A K, 1658) met koperen lezenaar (XVIII).
Een offerbusje (XVII).
Eenige zerken (o.a. 1523, 1650, twee van 1657, 1661 en twee XVII).
Een geschilderde spreuk (1768) op den torenwand, een door J. Broedelet geschilderd vers (XVIII), en een gesneden rouwbord (1793).
Drie koperen kronen en drie tweelichtskandelaars (alles XVIII).
Een klok, gegoten in 1446 door Butendic. Op den klokkenstoel: 1769.
Versierde ankers aan de huizen A 46, A 49 en A 80.