Voorloopige lijst der Nederlandsche monumenten van geschiedenis en kunst. Deel X. De provincie Noord-Brabant
(1931)– [serie] Voorloopige lijst der Nederlandsche monumenten van geschiedenis en kunst– Auteursrecht onbekendGroot-zundert.d. Het raadhuis is een eenvoudig classicistisch gebouw (± 1830).
e 1. Van de voormalige r.k. kerk (XVI A, afgebroken in 1928) staat nog de toren (XVI, na brand hersteld in 1696, in 1788 andermaal hersteld), met dubbele hoekbeeren, overgaande in lisenen, welke door een rondboogfries zijn verbonden. Lage achtkante traptoren tegen het midden van den zuidwand. Segmentvormig getoogde ingang met bergsteenen kanten en onder het fries aan iedere zijde twee rondbogige galmgaten. Inwendig over de benedenruimte een kruisribgewelf op geprofileerde kraagsteenen.
2. De moderne r.k. kerk (H. Trudo) bezit de volgende meubelen uit de vorige: Marmeren hoofdaltaar, afkomstig uit de voormalige St. Michaëlsabdij te Antwerpen, thans buiten gebruik en in gedeelten opgesteld (XVII A, naar teekening van Rubens door Hans van Mildert), op het fronton de | |
[pagina 393]
| |
beelden van de H. Maagd, H. Michaël en H. Norbertus, Tanchelinus vertredend; rugtabernakel en altaarstuk (1809, naar Rubens door Q. van Amelsfoort te 's Hertogenbosch). Twee marmeren zijaltaren, eveneens uit de St. Michaëlsabdij, het eene (167.., door Artus Quellinus den jongere) met schilderstuk (door Erasmus Quellinus, hersteld in 1930): de verschijning der H. Maagd aan den H. Herman Jozef, en één met schilderstuk (door Fruytiers of F. Boeyermans, hersteld in 1930): de verheerlijking der H. Maagd. Twee gebeeldhouwde eiken biechtstoelen (XVII). Drie gedreven koperen doopschotels: één (XVI), twee (XVII). Vier gegoten koperen kandelaars (XVII) en acht gedrevene (XVII). Oud deurtje van fraai gesmeed traliewerk (XVI), van muurkastje in de oude sacristie. Drie klokken, o.s. in 1767 en 1768 door Alexius Petit en in 1829 door Petit en Fritsen gegoten. In de pastorie een kamer met geschilderd behangsel (1793, door W. Vereyk).
g. Ten N. van het dorp een groote open standaardmolen.
h 1. Het kloveniers gilde van den H. Willibrordus bezit een zilveren ketting, waaraan een gedreven en gegraveerde vogel, en eenige schilden, het oudste uit 1798, alsmede twee vuursteengeweren.
2. De schutterij van St. Joris bezit een zilveren ketting met vogeltje (XVIII) en schilden (XIX), een zijden wimpel met medaillon (XVIId) en een zijden vlag met medaillon (XVIII). | |
[pagina 394]
| |
Klein-zundert.e. De in 1911 gebouwde r.k. kerk (H. Willibrordus) bezit: Koperen doopvont (XVIId). Twee houten beelden (XVI, latere polychromie): Mater dolorosa en H. Anna. Vier sterk gerestaureerde schilderijen. Gedreven verguld-zilveren monstrans (± 1700, merken: Antwerpen, DO en jaarletter V). Gedreven koperen godslamp en wierookvat in Lod. XIV stijl. Twee groote en vijf kleine gegoten koperen kandelaars (XVII). Gesmeed ijzeren lezenaar met kaarsarm (XVI of XVII). Zijden kazuifel (XVIIId). Klok, in 1727 door Alexis Julien en Gulielmus van Everbroeck gegoten. In de pastorie twee oude schoorsteenen, één van Namensche steen en wit marmer in Rubensstijl en één in den stijl van Lodewijk XIV, met schilderij (XVIIIa): de leerlingen te Emmaus. Verder een kruisbeeld met ivoren corpus (XVII). h. De schutterij van den H. Willibrordus bezit een zilveren ketting met vogel (XVIII) en schilden, en een vlag, waarop de figuur van den heilige (XVIII, hersteld in 1887). |
|