Zilveren Avondmaalschotel (1730), tinnen kan (XVIII) en twee offerbussen (XIX A).
Drie klokken, waarvan één gegoten in 1696 door Alexis Jullien, één vergoten in 1750 door Jean Petit en één gegoten in 1773 door Alexius en Henricus Petit.
2. De nieuwe r.k. kerk (H. Martinus), gebouwd in 1912 ter vervanging van een Waterstaatskerk (1808), heeft nog het tegen de Romaansche (sinds 1173 collegiale), van 1648 tot 1801 door de Hervormden gebezigde kerk (H. Oda), van baksteen met natuursteenen banden opgetrokken, 3/8-gesloten koor (1498, blijkens steen in den zuidmuur), nu als Sacramentskapel naast het nieuwe koor. Steunbeeren. In een der hekposten thans de stichtingssteen (1808) der vorige kerk. De kerk bezit:
Hardsteenen doopvont (XIV), op de kuip versierd met vier koppen.
Grafzerken: één (1507) ter gedachtenis aan de stichtster der eerste kerk, gravin Hildeware, één (1641) voor pastoor De Pulser, één (1726) voor pastoor Van de Kerckhof.
Zandsteenen beeldje (XV): H. Maagd in stralenkrans (in de sacristie).
Twee koperen kroontjes (XVI), één driemaal en één tweemaal zes-lichts.
Verguld zilveren ciborie (1636); verguld zilveren kelk (± 1700, Maastrichtsche keur), op den voet het wapen van pastoor van den Kerckhof; zilveren wierookscheepje (± 1750).
Twee koperen armluchters (XV), twee kandelaars met gedreven voet en gegoten balustervormigen stam (XVI A), eenige gegoten koperen kandelaars (± 1600) en een aantal geslagene (XVIII).
Op het kerkhof een steenen grafkruis (1565) en twee zerken (1641 en 1643).
3. Van het augustinessenklooster (XIX A) is de achtervleugel, met een vierkanten toren aan de binnen-