Steynoert; fragmenten van zerken o.a. uit 1561, 1597, 1634 (voor den kanunnik Petrus Bresserus), een voor den kanunnik Cantecroy, een (1640). Een aantal zerken XV-XVII is stukgehakt.
Houten beeld (± 1550): H. Petrus.
Drie schilderijen (XVIII A, doek, twee van vroegere altaren): Christus aan het kruis, aanbidding van den H. Antonius, Blijde boodschap; een (XVIIId, doek): het wonder van het H. Bloed.
Twee koperen kronen (XVII B), tweemaal acht-lichts.
Zilverwerk: twee monstransen, waarvan een (XVIIIc, merken: 's-Hertogenbosch, ster met kroon) en een (XIX A), ciborie (± 1750), drie kelken (± 1700, 1731 en 1789, merken: Maastricht, V H), wierookvat en scheepje (XVIIIc).
Koperwerk: wierookvat en scheepje van rood en geel koper (± 1800), wierookvat en scheepje met Indische motieven (XIX A?), vier zeer groote en achttien kleinere kandelaars (XVII), waarvan twaalf op drie grillige leeuwtjes, twee kleinere geslagene (± 1700), zes grootere en acht groote (XVIII) en vier (XIX A?) met Indische motieven, lavabo-fonteintje (XIX A) van rood en geel koper.
Tin: oliestel (1612); twee kandelaars (XVIII); borden: een zwaar bord met smallen rand (XVII) en negen met breederen rand (XVIII-XIX A, een door Pieter E. Sonnan, zes door I. van Engelen, twee door F.v.d. Bogaert).
IJzerwerk: geldkist (± 1700) met fraai gesmeed slot; vuurcomfoor en zes opgegraven ijzeren hengsels (XVI?).
Paramenten: twee driestellen (een XVIII B en een ± 1800) en enkele kazuifels (XIX A).
Twee klokken, waarvan een in 1614 door Hans Falck van Neurenberg en een in 1771 door Alexius Petit gegoten.