Voorloopige lijst der Nederlandsche monumenten van geschiedenis en kunst. Deel X. De provincie Noord-Brabant
(1931)– [serie] Voorloopige lijst der Nederlandsche monumenten van geschiedenis en kunst– Auteursrecht onbekend
[pagina 43]
| |
ten en aardewerk werden aangetroffen; een gepolijste steenen bijl, van hier afkomstig, bevindt zich in het Rijksmuseum van Oudheden te Leiden.
c. Houten kruisbeeld (XVIII B) aan den weg in Het Zand.
e 1. De r.k. kerk (H.H. Petrus en Paulus) is een baksteenen gebouw, bestaande uit een schip (XV, in 1885 door den architect A. Tepe met twee zijbeuken vergroot), een dwarspand (noordelijke arm 1552, zuidelijke arm 1556); een driezijdig gesloten koor (XV) te weerszijden waarvan een zijkoor (1885), het zuidelijke met een als ‘nachtkoor’ dienende verdieping; en een door overhoeks gestelde beeren geschraagden toren (XV) van drie geledingen, versierd met spaarnissen, die in de tweede en derde geleding voorzien zijn van bergsteenen stijlen en traceeringen en in de derde bovendien zijn onderverdeeld. Spitsbogige ingang in omlijsting, waarbinnen een spitsboogvenster. De bekronende steenen balustrade is nieuw. Ten Zuiden van den toren een doopkapel (1885). Schip, koor en dwarspand gedekt door netgewelven op muurschalken. In 1900 is de geheele kerk inwendig gepolychromeerd. De kerk bezit: Eiken oksaal (1634, door Jan Werkens uit Venraai) later ingekort, thans in den zuidarm geplaatst. Het front bevat vijf openingen, gescheiden door gegroefde Korinthische zuilen met ten deele gebeeldhouwde schacht; geslachtswapens-van den Bergh boven twee der openingen; boven de kroonlijst een balustrade met nissen en heiligenbeelden. Eiken koorbanken en communiebank (XIXa). Eiken preekstoel (XVIIc). | |
[pagina 44]
| |
Eiken orgelkast (XVII B), boven het oksaal, met wapens-van den Bergh en -Ritbergh. Steenen omlijsting (XV A) van een wandnis, bekroond door een frontaal met Christuskop, in de doopkapel. Vóór de nis een houten deurtje met beschildering (XVI): doop van Christus. Marmeren grafmonument (gemerkt: I.B. Xavery 1741) voor graaf Oswald Alb. Franc. van den Bergh († 1712), heer van Boksmeer enz., en Maria Leop. Cath. van Ritberghe († 1718): sarcophaag, waarop een rouwengeltje; alliantiewapen. Eiken Pietà (± 1550), nieuw gepolychromeerd; eiken groep: H.H. Maria en Anna (XVIa), nieuw gepolychromeerd; eiken beeld: H. Cornelius, paus (XV A), nieuw gepolychromeerd; twee eiken beeldjes: H. Clara en H. Elizabeth (XVII B), volgens overlevering behoord hebbend bij de orgelkast. Zilverwerk: monstrans (XVIII A), ten deele verguld, met beelden en wapens-van den Bergh en -Ritbergh; vergulden reliekschrijn met opschriften op deksel en zijwanden (1655); reliekhouder (XVIIIa) in cylindervorm; gedreven ciborie (XVIIIa) met voorstellingen en wapensvan den Bergh en -Ritbergh; Miskelk (1761), ten deele verguld. Palmhouten kruisbeeld met beeldjes (XVIII B), dienend als reliekhouder. Antependium (1718) van zilverbrokaat met goudborduursel en wapen; kazuifel en twee dalmatieken (XVIII A) van zijde en zilverbrokaat met in goud geborduurd wapen-van den Bergh; kazuifel, twee dalmatieken en koorkap (XVIII B) van zijde, modern gemonteerd; roket (XVIII B) van linnen en geborduurde tulle; kelkdoek (XVIII B) van geborduurde zijde. Missale (1655) in fluweelen band met zilveren borduurwerk. | |
[pagina 45]
| |
Drie klokken, waarvan een (1408) met opschrift: Jhesus, een (14..) met: Maria, en een in 1443 gegoten door Jan van Vechel. Op het kerkhof grafkruisen: 1612, 1622, 1636, 1638, 1665, 1758, 1748-1770, 1790-1816. 2. De kapel van den h. johannes nepomucenus (1737), aan den ingang naar het ‘Kasteel’ (zie g 1) gebouwd van baksteen, bestaat uit een driezijdig afgesloten schip, gedekt door een vlak tongewelf van stuc. Jaarcijfersteen boven de deur. De kapel bezit; Gebeeldhouwd houten altaar (XVIII A) met schilderij: dood van den H. Johannes Nepomucenus. 3. Het carmelietenklooster aan de Steenstraat is een gebouw (XVIIc) van baksteen, dat met een gewelfden en overbouwden doorgang aan de bijbehoorende kerk van de H.H. Petrus en Paulus is verbonden en een gewelfden kruisgang omsluit. De gewelven van verbindingsgebouw en kruisgang zijn (vermoedelijk XVIII B) gestucadoord. De beide gevels van het verbindingsgebouw (1653) en de oostgevel van het klooster zijn met gebruikmaking van deels gewone, deels geprofileerde of bekapte baksteenen, in rijke Renaissance-vormen opgetrokken. De westzijde van het verbindingsgebouw heeft te weerszijde van de poortopening Dorische pilasters, die een hoofdgestel dragen, waarvan de afdekkende lijst om den sluitsteen van den rondboog heenbuigt; gebroken fronton, waarvan de beide deelen een nis met beeld, tusschen Jonische zuiltjes, flankeeren. De oostelijke gevel van het klooster heeft blokverband om de vensters, welke door profiellijsten ingesloten tympans hebben, die versierd zijn met vlak ornament, in het metselwerk gekapt. De zuidzijde van het klooster wordt afgesloten door het voormalige Gymnasium (1707), mede in baksteen opgetrokken en aan de zijde der Steenstraat voorzien van een top, begrensd door dubbel gezwenkte boog- | |
[pagina 46]
| |
lijnen. De gevelankers geven het stichtingsjaar 1707 te kennen, Inwendig heeft het klooster een eiken trappenhuisfront (XVIIa) met wapen. Het klooster bezit: Eiken Madonnabeeld (XVII B), witgeschilderd en verguld. Achttien gebrandschilderde glazen naar ontwerpen (XVIIb) van A. van Diepenbeeck; gebrandschilderd glaspaneeltje (1717): H. Laurentius, in de bovengang. Gesneden notenhouten naambord (1767) met ordewapen. Verguld koperen reliekschrijn (1482) met contreforten, pinakels, beeldjes en nokkan, op de plint een geëmailleerd wapen, in den bodem een Perzische miniatuur. Zilveren ciborie (XVII B), zilveren miskelk (XVIIIb); zilveren missaalbeslag (XVIId). Een verzameling schilderijen.
4. Het carmelitessenklooster, oorspronkelijk huis elzendael, door den eigenaar, pastoor Peelen, in 1666 als klooster geschonken, in 1682 in zijn tegenwoordigen vorm begonnen en sedert herhaaldelijk uitgebreid en vernieuwd, is een gebouw van baksteen, dat een kruisgang van vier armen omsluit en aan de voorzijde een uitgebouwden vleugel heeft, waarin verschillende, ten deele toegemetselde, poortopeningen (XVII B), geflankeerd door pilasters en bekroond door frontons, alles van baksteen. Inwendig vindt men: in de spreekkamer eiken wandvak (XVIIb) met balusters en fries, thans geverfd. De kapel, met den zijwand aan den voorgevel, heeft een nonnenkoor en een gestucadoord tongewelf, dat vermoedelijk de plaats inneemt van een vroeger houten tongewelf. In de kapel bevindt zich een houten altaar (XVIId) met zuilen-retabel en schilderij op doek (XVIId). | |
[pagina 47]
| |
Het klooster bezit: In den kruisgang een zuilen-altaar (XVII B). Eiken Graflegging (XVIa) met afzonderlijk Mariabeeld; eiken Madonnabeeldje (XVII B); eiken St. Antoniusbeeldje (XVII B). Twee gebrandschilderde glaspaneeltjes (XVII). Een Misstel bestaande uit kazuifel, twee dalmatieken, kelkdoek, stola, manipel en antependium (XVIII A) geborduurd op zijde; een stel bestaande uit kazuifel, twee dalmatieken en antependium (XVIIb) van roodfluweel met zijdamast, het antependium gedateerd: 1624. Geschilderd portret van pastoor Peelen (XVII B). g 1. Het kasteel, thans ziekenhuis, ter plaatse waar tot 1572 het kasteel van de graven van den Bergh stond, bevat den linkervleugel van een in 1782 gesticht en in 1806 ten deele afgebroken vorstelijk woonhuis, dat ten deele in natuursteen, ten deele in gepleisterde baksteen werd opgetrokken. Het behouden gedeelte heeft een hoogen sokkel en een verdieping. Binnenshuis: driehoekig trappenhuis met monumentale trap, gestucadoorde wanden en plafond met beeldengroep. 2. Het huis de wijer, gebouwd van baksteen, thans woning van geestelijke zusters en school, heeft oude fundamenten en aan de westzijde een topgevel (XVIIa), waarnaast een tweede met het jaartal 1719 in de ankers. 3. Het Zand B 86. Woonhuis (XVIIId). Gevel van natuursteen en gepleisterde baksteen; versierd trappenhuis en binnenbetimmeringen. (Het huis is ter zijde later uitgebouwd.) 4. Steenstraat. Geveltop (XVIIIa) van baksteen met in- en uitgezwenkte zijkanten, thans gepleisterd. 5. Steenstraat. Trapgevel (XVII), thans overpleisterd. 6. Steenstraat 20. Geveltop (XVII A) van baksteen met lelieanker. 7. Molen: standaardmolen (gesticht in 1465). |
|