Voorloopige lijst der Nederlandsche monumenten van geschiedenis en kunst. Deel IV. De provincie Gelderland
(1917)– [serie] Voorloopige lijst der Nederlandsche monumenten van geschiedenis en kunst– Auteursrecht onbekendd. Burgerlijke openbare gebouwen.Het Raadhuis, gebouwd in 1727, nadat het vorige (XVI c) in 1724 afgebrand was, bevat: houten hek met snijwerk (XVIII c), en een schoorsteen met wapens (XVIII c). In de raadkamer een opschrift (1726). In het Raadhuis een verzameling van oudheden, waaronder: Glazen beker met opschrift (1727), twee bodestaven (XVII), schepel met stadswapen (1628, herijkt 1689), vier haakbussen | |
[pagina 58]
| |
(XV), vaandels (XVIII d), doodenlantaarn, steenen enz., afkomstig van de voormalige stadspoorten, teekeningen van die poorten. | |
e. Kerkelijke gebouwen.1. De ned. herv. kerk (H. Catharina), herbouwd (de oudste kerk in 823 vermeld) na een brand in 1527, is een gebouw, in zijn oudste deelen van tuf-, in zijn latere (XVI) van baksteen met tufsteenbanden, en bestaat uit een schip (XIV A), oorspronkelijk met dwarspand, doch waarvan de zijbeuken in 1527 verbreed, langs den toren voortgezet, even hoog als het schip opgetrokken, en vervolgens hiermede onder één dak (vernieuwd XIX d), gebracht zijn; een 5/8-gesloten choor (XIV, eveneens verhoogd XVI b), tegen welks zuidwand een sacristie (XIV), en tegen welks noordwand een aanbouw (XVI?), thans catechisatiekamer enz.; en eenen gedeeltelijk tufsteenen toren (XIV A, op romaanschen onderbouw, hersteld en verhoogd XVIA), met balustrade en vierkante spits (in 1702 en 1800 gehavend), overgaand in een achtkant met open koepel. Tegen den zuidbeuk het overblijfsel der Latijnsche school (XVI A), nu een portaal met verdieping, waarin drie gedichte openingen naar de kerk. Kruisribgewelven over het schip (gedeeltelijk ingestort 1761, en daarna hersteld), het oorspronkelijk dwarspand, het choor en zijn aanbouwenen de portaalverdieping, overigens netgewelven. Tufsteenen koepelgewelf in den toren. De kerk bezit: Eiken preekstoel (1744). Gebodenbord (1657) en gezangborden (1723). Talrijke grafzerken: twee gothische, 1610, 1617, 1622, 1627, 1630, 1629/1645, 1630, 1652 enz. Grafteeken (1829). Sporen van gewelfschilderingen (1549, in 1606 overgewit). Twee ijzeren tralies (XVI), waarboven een walvischrib. Twee zilveren bekers (1595 en 1689) en dito schotel (1735). | |
[pagina 59]
| |
Zes klokken, eene van 1728, twee van 1727, drie kleine buiten den toren.
2. De gasthuiskapel (± 1500), sinds 1763 in gebruik bij en thans eigendom van de Luthersche gemeente, bestaat uit een schip met 3/8-gesloten choor. Houten torentje (XIX a). Leliekruis (XVI a). Zij bezit een kistje van zilver filigraan. | |
g. Particuliere gebouwen.Hamburgerstraat A 56. Gepleisterde trapgevel (XV) met overhoeksche pinakels, banden en muurnissen, waarin onregelmatig geplaatste vensters. Korte Hesenstraat A 384 (voorheen gevangenis der Geldersche Rekenkamer). Boven den ingang het Geldersche wapen (XVIII). Markt A 64. Geverfde deur- en raamomlijsting (XVIII c). |
|