[Nummer 3]
redactioneel
Vooys gaat al lang mee en is zo nu en dan toe aan een make over. Houd daarom de komende nummers in de gaten, want dit ‘oudje’ werkt aan zijn vorm. Verantwoordelijk voor deze metamorfose is onze nieuwe vormgever, Erik Huizer. Welkom! Te veel gesleutel doet echter geen enkel uiterlijk goed en daarom is de prachtige cover nog steeds van de hand van Luc Princen.
Over naar de inhoud. Dat grapjes niet altijd goed vallen bewijst het artikel van Lies Wijnterp. Zij bijt het spits af in deze gloednieuwe Vooys en gaat dieper in op de commotie die het Argentijnse tijdschrift Cabildo in de literair-kritische wereld veroorzaakte door (bij wijze van grap) te stellen dat Jorge Luis Borges nooit zou hebben bestaan. Gedurende de reformatie stond het bestaan van God in ieder geval niet ter discussie. Wel verschilden katholieke en protestantse gelovigen in mening over het al dan niet afbeelden van zijn gestalte. Protestantse geloofsliteratuur bleef vanwege de ‘onzichtbaarheid’ van God tot ver in de zeventiende eeuw ongeïllustreerd. Els Stronks toont echter aan dat er uitzonderingen waren op deze regel door haar licht te schijnen over een anonieme bewerking van de protestantse embleembundel Jezus en de ziel. De Zwitser Peter Utz gooide vorig jaar olie op het vuur door het auteurschap van de literaire vertaler te erkennen. Wat vindt Ton Naaijkens, expert binnen de vertaalwetenschap, van deze stelling?
Niet alleen voor gevestigde wetenschappers biedt Vooys een podium; ook de ‘groentjes’ verdienen een plek onder de schijnwerpers. Zo geven Marleen van de Pol en Nienke Draaisma een interessante inkijk in hun bachelorscripties. Van de Pol onderzoekt aan de hand van verschillende drukken van de bundel Le miroir des plus belles courtisanes de ce temps hoe de maatschappij in de zeventiende en achttiende eeuw aankeek tegen de ‘dames van lichte zeden’; Draaisma geeft een stem aan het vrouwelijk activisme in de Vlaamse Beweging door aandacht te besteden aan de poëziebundels van Blanka Gyselen.
De column is weer van de vertrouwde hand van Samuel Vriezen. Hij gaat in op de zeer dikke dichtbundel Buurtkinderen van Arjen Duinker. Rotterdammers zijn dankzij Marco Goud goed vertegenwoordigd in de ‘Uit de kast!’; van Bordewijk tot Jan Prins - ze komen allemaal aan bod.
Rolf Tijssens en Mick van Biezen, redactieleden van Vooys, interviewden Jacq Vogelaar, redacteur van het onlangs opgeheven Raster. Het werd een interessant, maar liefst zes uur durend (!) gesprek, waarin Vogelaar niets onbesproken liet. De ‘In de kast!’ is een kleine hommage aan Jacob Israël de Haan. Gert Hekma vertelt waarom deze schrijver niet langer in de schaduw van zijn bekende zus, Carry van Bruggen, behoort te staan.
Van een flinke portie kritisch lezen is Vooys niet vies; drie recensenten nemen voor u de nieuwste publicaties onder de loep. Jaap Goedegebuure bespreekt De revanche van de roman; literatuur, autoriteit en engagement van Thomas Vaessens, een essay dat vanaf verschijnen onderwerp is van heftige discussie. Veelschrijver Jeroen Dera geeft zijn visie op Van Spiegels en vensters: De literaire canon in Nederland, onder redactie van Lizet Duyvendak en Saskia Pieterse en Albert Jan Swart recenseert ten slotte Jose Buschmans Een dandy in de Oriënt. Louis Couperus in Afrika.
Een aantrekkelijke verschijning en ook nog een met inhoud: wat wilt u nog meer? Veel leesplezier!