Maar geef de mensen nieuwe instrumenten en ze benutten die niet voor een versimpeling des levens, maar voor het vergroten van hun actieradius. De betere communicatiemiddelen droegen niet zozeer bij tot het geintensiveerd verkeer met enkelen, maar tot het oppervlakkige met velen. Inmiddels houden we elkaar gevangen in een mallemolen, waarin men trots is als men de halve dag achter de email zit - druk met relaties en besognes, en dus een levend mens - en in de pauze van een college een reeks sms-jes moet beantwoorden.
Dat zou nog niet zo erg zijn, ware er niet het kwaliteitsverlies. Door pure haast en ongeduld wordt aan de universiteit ongelooflijk veel verknoeid, zowel door studenten, docenten als ondersteunend personeel. En dan het kwaliteitsverlies qua inhoud: het dominante levensgevoel is dat men zoveel tijd besteedt aan randverschijnselen, dat men aan wezenlijke dingen niet toekomt. Urgentie gaat bijna voortdurend voor belang. Wie aan de universiteit heeft nog met regelmaat een volle en geconcentreerde dag voor intellectuele activiteiten? Om zoiets te bevechten, moet je haast universiteitshoogleraar zien te worden. ‘Tekst en tijd zijn broer en zus’, hoorde ik laatst iemand zeggen. De man was dan ook bijna tachtig, en een kardinaal. (Niet dat in die wereld de tijd heeft stilgestaan overigens; uit eigen observatie weet ik dat de monniken van Egmond veel tv kijken, en dat de bisschop der Egyptische Kopten ingeval van zandstorm de audiënties per mobieltje afwikkelt).
Er is uit de twaalfde eeuw een tekening bewaard, die de twee hoofdvormen van leven tegenover elkaar stelt: de
vita activa, verbeeld door een ridder te paard, en de
vita comtemplativa, door een monnik boven een boek. Het lijkt toch niet voor twijfel vatbaar dat, op hedendaagse verhoudingen geprojecteerd, de universiteit - docenten en studenten - bij het laatstgenoemde plaatje hoort. De maatschappelijke beeldvorming ziet ons nog altijd zo: als een gemeenschap van lieden die de tijd hebben. Maar wij willen dynamisch zijn en draven als ADHD'ers rond. Het boek gaat zo snel mogelijk
Hugh of Fouilloy, Aviary, Stift Heiligenkreuz
dicht, het paard is de computer, de valk in de hand is ons mobieltje. Iedereen druk, druk, druk, maar heel vaak druk met niks; het grote risico, zeg maar gerust de kwaal, van deze tijd.