Voor-zang: Welkom, welkom in deez' wanden(1836)–Anoniem Voor-zang: Welkom, welkom in deez' wanden– Auteursrechtvrij Vorige [pagina 4] [p. 4] Slot-zang. U, der zegeningen ader; Bron van kennis, bron van deugd U, algoede Hemelvader! Treden wij eerbiedig nader, 't Hart vervuld met dankbre vreugd. Mogten we eer en lof behalen, Alles zijn we aan U verpligt. Heeft ons zorg behoed voor dwalen, Kwam er licht ons pad bestralen, Gij beschiktet zorg en licht. Hoog dan moet het loflied rijzen. Luide klink het: God zij de eer! Hoor ons, God! uw goedheid prijzen. Zie, na zooveel gunstbewijzen, Nu ook gunstig op ons neêr! Zorgend Vader, trouwe Voeder Van uw hulpbehoevend kroost! Wees gij verder ons een hoeder; Meer dan aardsche vader, moeder, Voor ons helper, toevlugt, troost! Sterk en leid ons, daar wij streven, Met het oog op u gerigt, Hart en geest naar u geheven. Sterk ons, leid ons, heel ons leven, Op den weg van deugd en pligt. Menschenmin was ons ten zegen: Burgertrouw verzachtte ons leed. Snelle ook onze dienst genegen Steeds dan mensch en broeder tegen: Zij ze aan burgerheil besteed, Heer! voor 't land van onze woning Gloeit bij ons een dankbre zin. Vader! uwe gunstbetoning Roepen wij voor Land en Koning, Vorst en burger biddende in. 1836. v.L. Vorige