waarvan de interpretatie niet berust op een vaste overeenkomst tussen de gebruikers van het teken; dan wel een vaste overeenkomst van dat aspekt en datgene waar het voor staat.
Een probleem: Een niet-konventioneel betekenisaspekt valt niet te interpreteren. Het speelt niet mee als teken, het kan hoogstens een symptoom van iets zijn
Tenzij je over een interpretatiekader kunt beschikken dat niet-konventionele betekenisaspekten als het ware konventionaliseert.
ik stel me voor dat het niet-konventionele aspekt van taaltekens vooral voortkomt uit het feit dat hun vorm niet volledig vast ligt
iedere keer dat je ‘zeg, moet je horen’ zegt, klinkt het anders. Zeg je nu iedere keer iets anders?
(Wittgenstein: Het begrijpen van een zin is veel meer verwant aan het begrijpen van een muzikaal thema, dan je misschien geneigd bent te geloven (F.O. 527))
bestaat ‘rookt u’ tussen de vragen die de dokter je stelt bij een onderzoek uit dezelfde tekens als ‘rookt u’ als je bij de notaris bent?
(Als dat niet zo is, wat is dan het onderzoeksobjekt van de grammatika?)
Je zou kunnen zeggen dat een taalteken kompleks is, een kompleks van signalen. Een deel van deze signalen is niet-konventioneel, en krijgt een wisselende interpretatie.
De interpretatie van de niet-konventionele signalen wordt beïnvloed door, maar beïnvloedt zelf ook, de interpretatie van de konventionele signalen.
dat maakt de interpretatie nogal ingewikkeld
spreken ‘met verheffing van stem’ bijvoorbeeld, geeft aan de zo gerealiseerde taaltekens een aspekt mee dat nu eens wordt geïnterpreteerd als irritatie, dan weer als een wens om de beurt te houden, of anders als een reaktie op lawaai of op de uiting: ‘wat zeg je?’ of anders... (etc.) Daarbij is bijv. mee van invloed wat de konventionele betekenis is van het taalteken. (het konventionele aspekt)
Maar het heeft dan niet zoveel zin om van konventionele en niet-konventionele signalen van een taalteken te spreken; want het konventionele wordt dan zozeer door het niet-konventionele beïnvloed, en omgekeerd het niet-konventionele door het konventionele, dat je niet meer spreekt over duidelijke kategorieën.
Hoe het ook zij, een groot deel van de aktiviteiten van gesprekspartners is gericht op het interpreteren van allerlei signalen in taaluitingen (de gespreksbijdragen van jezelf en die van je partner(s))
Maar de interpretatie van die verschillende signalen zal tussen de gesprekspartners nogal uiteenlopen. Dat moet dan leiden tot voortdurende misverstanden. Dan zouden we geen gesprek kunnen voeren
(de toren van Babel)