Volk. Jaargang 3(1937-1938)– [tijdschrift] Volk– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 277] [p. 277] Albe: De Moedermaagd De handen in de rust van haren schoot gevouwen, dragen 't bleeke merk der zalving van een vreugd, die zij in geest en vleesch besloot. Ontdaan van elke pijn en lichaamsprang, het moederschap het hoogst ontstegen, verwijlt aan haar ontroerde wimpers een traan om de voldragen zegen. Geen glans omweeft den lichtkern zoo noch blos het zacht doorrijpte ooft als deze rust hare verwachting waarin haar lichaam meegelooft. En haast met schroom den adem dervend die haar warmte ontrooft, heeft zij zichzelf van al voor 't kind volmaakt beroofd. Doorzuiverd als het hart der vlam doorzond als warme zomerlucht ontbloeide hare maagdelijkheid tot bloesem, bloem en vrucht. O Moeder die zoo 't leven baart en mij aanvaarde onder de erven neem van mij weg den grootsten smaad het wilde en onwillig sterven. Vorige Volgende