Volk. Jaargang 1
(1935-1936)– [tijdschrift] Volk– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 163]
| |
Pierre van Valkenhoff: Bedenkingen bij een literair jaarboekKRISTAL. Letterkundige Productie 1935. - Antwerpen. N.V. Het Kompas. Het samenstellen van een jaarboek is een zware taak, reeds alleen om de keuze der medewerkers. Daarbij toch kan men slechts van een standpunt uitgaan - t.w.: de persoonlijke prestaties -, tenminste indien men de algemeenheid - niet te verwarren met neutraliteit - in het oog wil houden. Men heeft dus af te zien van vriend- of vijandschap, van groepsverstand, van richting, en - in het bijzonder - van persoonlijke voorkeur. Erts (1929)Ga naar eindnoot(1) trachtte dat, en het was dan ook een aardige - zij het onvolmaakte - bundel met een verantwoorde inleiding en gekroond door een sympathiek motto. Balans 1930 - 1931Ga naar eindnoot(2) probeerde een beeld te geven van de jonge Nederlandse kunst in den ruimsten zin. Het maakte geen aanspraak op volledigheid, doch bedoelde slechts een actuele greep te geven. Niettemin stond het in vergelijking tot Erts hoger. Van Erts naar Balans betekent een stijging. Ditzelfde is niet te zeggen van Balans naar Kristal. Integendeel. Van Balans naar Kristal is een daling, een neergang, bijna - een val. Vooreerst toch is Kristal beperkter. Het geeft van de letterkundige producie 1935 uitsluitend - Noordnederlands - creatief werk, geen essay of kritisch proza; doch van dat creatieve weer niet de dramaturgie. Alleen tevoren niet gepubliceerde stukken werden geplaatst, en slechts die auteurs uitgenodigd die voor dit tijdperk werden geacht kenmerkend te zijn. Door deze beperking had men beter werk mogen verwachten. Het afstand doen van sommige gebieden gaf de samenstellers de gelegenheid des te nadrukkelijker aan de andere - door hun gekozene - de aandacht te schenken, hier met streng overleg te werk te gaan, en slechts het beste van het beste te kiezen. Is dit niet geschied? Is de samenstelling te haastig gebeurd? Hebben de samenstellers vroegere voorbeelden genegeerd? Zagen zij moedwillig persoonlijkheden voorbij? Wij weten het niet. Wat wij echter wel weten is dat dit jaarboek ver beneden de - gerechtvaardigde - verwachtingen blijft. Het in deze vragen opgenoemde worde niet als een reeks beschuldigingen doch als een reeks teleurstellingen beschouwd. Kristal maakt | |
[pagina 164]
| |
op het eerste gezicht een aangename indruk, doch bij nadere kennismaking stelt men zich als vanzelf de hierboven geplaatste vragen. Het geheel maakt dan de indruk van het onverzorgde haastige, zonder het gewenst overleg gekozene en te snel samengestelde. Hun voorgangers bundelden in verscheidenheid meer in beperkter omvang. Het Katholieke en het Protestantse kamp zijn, zo niet voorbijgegaan, dan toch verwaarloosd. Dít stemt onaangenaam. Men verwacht van de samenstellers van een jaarboek dezelfde belangstelling voor De Gemeenschap als voor Forum, voor Roeping als voor De vrije Bladen, voor Opwaartsche Wegen als voor De Gids, voor Stemmen des Tijds als voor De nieuwe Gids. Wij wensen hier geen namen te noemen. Vooreerst zou dat toch ons stuk de schijn kunnen verlenen van een catalogisering, terwijl verder de samenstellers in hun Verantwoording enige redenen opgeven die een en ander gedeeltelijk kunnen verklaren. Echter - wij herhalen - slechts gedeeltelijk, en wel voor een klein deel. Wie er dan wel vertegenwoordigd zijn in deze dwarsdoorsnede der Nederlandse letteren 1935? Josine Reuling, N.E.M. Pareau, Victor Varangot, J.C. Noordstar, Maud van Loon, J. van Hattum. Zien wij goed lezer; fronst gij uw voorhoofd? Kent gij deze auteurs niet? Wel wel wel; hoe staat het dan met uw literaire educatie? U moet zich dan zeker dit boek aanschaffen, om te kunnen zien wat deze mensen al presteren, of - in de meeste gevallen - nog presteren moeten. Moeten? zucht ge? Is dit Kristal dan een prisma waarmee wij een beeld van de - onzekere - toekomst vermogen te zien? En u sprak daar zojuist van een dwarsdoorsnede? Hoe heb ik het nu? Waarde lezer, ziehier enkele woorden van de samenstellers zelf. ‘De naam Kristal wil niet een pralend epitheton zijn voor het gehalte van den inhoud, doch suggereert de van vloeibaarheid tot vorm gestolde stof, waarin het licht weerkaatst in alle kleuren van het spectrum. Wij hopen dan ook, al kon uiteraard niet naar volledigheid gestreefd worden, een veelkantig en zoo levendig mogelijk beeld van den huidigen stand onzer letteren te hebben gegeven, dat ook voor de toekomst zijn zoowel litteraire als documentaire beteekenis zal behouden, meer dan bij een, zuiver-eclectische, bloemlezing mogelijk zou zijn’Ga naar eindnoot(3). Voorwaar een goede en schone bedoeling zult gij zeggen. Het is slechts jammer dat de practijk i.c. niet aan deze theorie beantwoordt; reeds alleen door het - genoemde - ontbrekende. Zou men verder deze bundel als een graadaanwijzer moeten beschouwen, dan zou men geneigd | |
[pagina 165]
| |
zijn hem te vergelijken met de bekende Telegraafs(ch)e beursbarometer die voortdurend op en neer schommelt van zwak naar lusteloos. De Inhoud verbaast noch ontstelt. Hem doorbladerend kan men zich echter niet weerhouden de woorden te herhalen die een tekenaar van spotprenten de geest van Willem van Oranje in den mond legde, toen een Duitse herdenking zijner persoonlijkheid met het Heil-geroep besloten werd. Deze woorden luidden: Bien étonné de me trouver ensemble! Verwacht men Mien Proost naast Jo Otten? Jeanne van Schaik Willing naast A. Roland Holst? Paul Vlemminx naast Marianne Philips? In het bijzonder is men verbaasd hier een dusdanig vers van Mien Proost aan te treffen. Een zodanig vers vraagt een andere, een katholieke omgeving. Het eist die zelfs. En over het algemeen is men geneigd de opmerking te maken dat de hier vertegenwoordigde katholieke auteurs niet, wat men noemt, op hun plaats zijn. Tegen hun vertegenwoordiging in déze bundel is op zich niets in te brengen, echter voor een volgende mogen zij zich gewaarschuwd houden. Numeriek zijn zij alreeds gepasseerd, en dit feit is misschien van meer betekenis dan men op het eerste gezicht zou vermoeden. Een gevolgtrekking toch zou zijn: passen zij wel in deze omgeving onder die omstandigheden? Ook déze vraag is geen beschuldiging doch een opmerking. De algemeenheid van deze bundel is toch op hopeloze wijze verward met de bekende neutraliteit van het ‘laisser faire laisser aller’; een mentaliteit even onschuldig in schijn, als in werkelijkheid gevaarlijk. Een beetje van dit, een beetje van dat, maar vooral veel veel neutraliteit. Op het dusdanig te water gelaten schip zou een twede ‘De Heldendaad van het Rooms Gedicht’Ga naar eindnoot(4) een vlag op een modderschuit wezen. Deze vergelijking gaat - als bijna alle vergelijkingen - mank, en is misschien te sterk. Hoe dan ook men begrijpe wat wij bedoelen. Katholieke vertegenwoordiging is goed. Zij moet echter in dit geval qualitatief - in vermelde zin -, en quantitatief beter zijn, en niet rieken naar die neutraliteit die de katholieke literatoren vroeger geschuwd hebben. Van literair standpunt uit gezien brengt Kristal weinig nieuws. De bijdragen zijn over het algemeen van een vlakke middelmatigheid. Enkele uitzonderingen doen daar niets aan af. Dit staal van Nederlandse letteren is een bedroevend testimonium. De uitzonderingen noemen schijnt ons overbodig. Ook zij maken slechts delen uit van een geheel dat hier op geen erg hoog peil blijkt te staan. Intussen ook daarvoor verdient deze uitgave belangstelling. Nu men met Gerard Walschap i.c. zou kunnen vragen: ‘Waar blijven de Jongeren?’Ga naar eindnoot(5), nu Kristal ‘toont’ dat er geen jongeren waren die in dit boek ‘vereeuwigd’ | |
[pagina 166]
| |
konden worden, nu is er misschien een mogelijkheid tot nieuwvorming in geestelijk opzicht. Markeert het generatieverschil niet meer genoeg? Het is niet aan ons dit uit te maken. Kristal echter is geen boek van een generatie, van een eenheid, van een algemeenheid als Balans. Het is een typisch staal van de versplintering, van de on-eenheid, van de verkeerd gezien algemeenheid. Wij werpen de schuld hiervoor niet op de schouders der samenstellersGa naar eindnoot(6), de oude - vergeten? - theorie van Taine kan hier genoeg verklaren. Zo Kristal wil worden wat Balans was - wel te verstaan op het gebied der literaire productie -, dan zal het moeten uitgroeien tot een ferm kloek geheel in geestelijk opzicht, dat hoe verscheiden ook, tesamen een algemeenheid vormen moét en kán. MAASTRICHT. |
|