van Nederlandsche tooneelletterkunde en uiterlijke welsprekendheid inricht. Niet min dan 465 fr. geldprijzen, eeremetalen en diploma's worden uitgeloofd.
Voor den prijskamp van tooneelletterkunde wordt gevraagd: Eene oorspronkelijke, deftige alleenspraak in proza of verzen, geschikt om door heeren en damen te worden voorgedragen - Prijs: 50 fr. en een diploma.
De wedstrijd voor uiterlijke welsprekendheid bevat: A. Voor heeren, 1e afdeeling, deftige alleenspraken; 2e afdeeling, boertige idem; 3e afdeeling, deftige tweespraken; 4e afdeeling, boertige idem; B. Voor damen, 5e afdeeling, deftige alleenspraken; C. Voor damen en heeren, 6e afdeeling, tweespraken (kleine tooneelstukjes), en 7e afdeeling, prijs van uitmuntendheid, opgelegd stuk (de bekroonde alleenspraak van den wedstrijd van tooneelkunde).
De bijtredingen moeten vrachtvrij gezonden worden aan den schrijver van het genootschap, J. Verschueren, dagbladschrijver, Van Caneghemstraat, 22, Gent, vóór 1 september.
De handschriften voor den prijs van tooneelletterkunde moeten vóór 1 November vrachtvrij gezonden worden aan hetzelfde adres, waar alle belanghebbenden het volledig programma van den wedstrijd kunnen bekomen.
- Maatschappij der bouwmeesters van Antwerpen. - Prijskamp in bouwkunde van 1886, uitgeschreven door voormelde maatschappij, met de welwillende ondersteuning van het Gemeentebestuur.
Voorwerp van den Prijskamp. - Ontwerp voor een Loodshuis.
Vijftien ontwerpen met de volgende kenspreuken: 1. Vogue la Galère; 2. Uit liefde; 3. Antwerpen; 4. Zeevaart; 5. Onvermoeibaar sterk enz.; 6. Vaartwel; 7. Antverpia; 8. Wie werkt met lust, verlangt geen rust; 9. Le phare dirige le pilote; 10. Constantia; 11. Mercator; 12. Een cirkel met rood punt; 13. Battu ou vainqueur; 14. Met passen en meten wordt veel tijd versleten; 15e Antverpia (bis), zijn maandag 26 Juli vóór 5 ure ingekomen om deel te nemen aan den prijskamp.
- Bij den uitgever Hoste, te Gent, is verschenen: Blauw en grauw, poëzie van Pol Anri. Deze jonge schrijver, onderwijzer bij de stadsscholen te Gent, toont veel aanleg voor de dichtkunst; menig stukje uit zijnen bundel verraadt gevoel, zonder welke gave er geen gedicht dien naam verdient.