De nevencomiteiten kiezen jaarlijks in hun midden eenen Voorzitter en eenen Schrijver.
Art. 6. - Jaarlijks in den loop der maand December wordt er aan het Hoofdcomiteit door de deelnemende Maatschappijen verslag gedaan over hunnen stoffelijken en Kunsttoestand. Zij voegen daarbij de namen en voornamen:
A. der bestuurleden en des muziekbestuurders.
B. der uitvoerende leden met aanduiding van het door hun bespeelde instrument en van de bijzonderste solisten.
C. de eere- en beschermende leden.
Art 7. - Eene jaarlijksche algemeene vergadering van den Bond wordt te Antwerpen gehouden in de maand Januari.
Aan deze vergadering nemen deel de Voorzitter, de schrijver en de muziekbestuuder van elke Maatschappij of hunne afgevaardigden.
Zoo andere leden hierbij wenschen tegenwoordig te zijn, zullen zij eene maand op voorhand dit verlangen aan het Hoofdcomiteit doen kennen.
Art. 8. - Een jaarboek over de werkzaamheden van den Bond wordt door de zorgen van het Hoofdcomiteit uitgegeven.
Elke Maatschappij is gelast te dien einde de programma's en plakkaarten harer muziekfeesten regelmatig te laten geworden.
Art. 9. - Voor briefwisselingen, programma's, plakkaarten, enz., worden gelijkvormig en voor allen verplichtende aanduidingen gebruikt, volgens model door de verordening bepaald.
Art. 10. - Elke deelnemende Maatschappij heeft haren plaatselijken of vaandelmarsch.
Er bestaat insgelijks een Bondsmarsch voor al de Maatschappijen en een groepafdeelingsmarsch voor die van eene en dezelfde groepafdeeling.
Art. 11. - Jaarlijks worden er plaatselijke of bijzondere en algegemeene of gezamentlijke muziekfeesten gegeven.
Art. 12 - De plaatselijke (bijzondere) muziekfeesten worden gegeven door eene Maatschappij ten harent en door haar bestuur geregeld.
Art. 13. - Het eerste nummer van de programma's der bijzondere muziekfeesten is de plaatselijke en het laatste de Bondsmarsch.
Daarenboven bevatten zij ten minste twee alleenstemmige nationale zangstukken.
Art. 14. - De gezamentlijke groote muziekfeesten worden gegeven door de Maatschappijen van eene en dezelfde groepafdeeling en beurtelings in eene der localiteiten dezer Maatschappijen. Zij worden geregeld en hun getal door de nevencomiteiten vastgesteld.