Publicatie na presentatie
Collectioneur Walter Vanhaerents is van plan om in zijn Vanhaerents Art Collection in de Brusselse Dansaertwijk driejaarlijks een collectiepresentatie op te zetten en die telkens te laten volgen door een publicatie. Voorjaar 2010 verscheen als apotheose van de eerste collectiepresentatie de tentoonstellingscatalogus Disorder in the House. Het Engelstalige boek (van slechts één tekst wordt de Nederlandse vertaling weergegeven) toont in schitterende kleurenfoto's een zeventigtal werken van de dertig kunstenaars die deel uitmaakten van de tentoonstelling. Bij elk afgebeeld werk wordt een korte toelichting gegeven. Ook de titel, het jaar van ontstaan, de materialen waaruit het is vervaardigd en de afmetingen worden daarbij vermeld. Een bio van de kunstenaar in telegramstijl vervolledigt het plaatje. In zijn voorwoord, getiteld Art is the sovereign, architecture is its humble servant, gaat Vanhaerents in op het belang van de symbiose tussen kunst en architectuur, meer bepaald de architectuur waarin (zijn) kunst een onderkomen vindt. Veel klassieke musea, zo vindt hij, ‘resemble a mausoleum, or worse, a prison’. Zijn ‘museum’ is het tegendeel daarvan. Het interview van Frits de Coninck met Vanhaerents geeft inzicht in de motieven en de eigenzinnige en gedurfde keuzes van de collectioneur. Blijkens het afsluitende essay van Lieven Van Den Abeele bewandelt Vanhaerents een atypisch parcours, houdt hij er een onconventionele visie op na en ontwikkelt hij een weinig orthodoxe strategie. Van den Abeele legt uit: ‘Zoals een kunstenaar doet hij dat vanuit een innerlijke noodzaak in de eerste plaats voor zichzelf. “It's a fate, worse than fame”, zingt Warren Zevon.’ Het is Vanhaerents ten voeten uit.
Walter Vanhaerents (ed.), Disorder in the House. Vanhaerents Art Collection, Lannoo, Tielt, 144 p. Zie lezersaanbod blz. 19.
■ Kunstwerk op cover: Mark Handforth, Stardust, diverse media, variabele afmetingen, 2005.
[© Jean Godecharle]
het boegbeeld van Vanhaerents' collectie oosterse post-Warholianen -, Mariko Mori en Chiho Aoshima. Die oosterse werken staan in zekere zin haaks op het beeld dat de buitenwacht heeft van Vanhaerents' collectie en dat bepaald wordt door het feit dat hij vooral ‘Amerikaans’ koopt: grootschalig, verhalend werk van kunstenaars als Doug Aitken, Tom Friedman, Christopher Wool, Tom Sachs, Jason Rhoades en Banks Violette. Dat ‘grootschalig’ mag trouwens letterlijk worden opgevat: sommige werken - installaties vooral - in Vanhaerents' collectie zijn zo groot dat ze een hele ruimte in beslag nemen. Met ‘verhalend’ wordt dan weer bedoeld dat het gros van de werken in de collectie figuratief is en daardoor gevoeliger voor verhaalvorming dan abstract werk.
Naast werk van Amerikaanse en Japanse kunstenaars telt Vanhaerents' collectie ook veel werk van Europese kunstenaars, met namen als Ugo Rondinone (CH), Katharina Fritsch (D), Peter Friedl (A), Francesco Vezzoli (I), en de Belgen Jan Fabre - volgens Vanhaerents een van onze meest onderschatte kunstenaars -, Wim Delvoye en Jan De Cock.
Vanhaerents is geen kunstverzamelaar die zich specialiseert in één kunststroming. Zijn collectie biedt veeleer een dwarsdoorsnede van de hedendaagse stromingen van de afgelopen dertig jaar en heeft als bijkomend kenmerk dat ze nog altijd in ontwikkeling is en inzoomt op de huidige tendensen. Ze toont een keur van de meest beloftevolle en getalenteerde jonge kunstenaars van deze tijd, in relatie tot de gevestigde namen waardoor zij beïnvloed werden. Naast de al eerder genoemde grote namen vinden we er werk in terug van onder meer John Baldessari, Jeff Koons, Christian Boltanski en Franz West - stuk voor stuk kunstenaars die inmiddels kunstgeschiedenis geschreven hebben en allemaal ook minstens eenmaal deelnamen aan de Documenta in Kassel, sinds 1955 de belangrijkste tentoonstelling van actuele beeldende kunst in Europa.