Park van Missakhuis.
het lied als voornaamste componenten heeft, samen met het gemeenschappelijke christelijke erfgoed dat op onze dagen in Zuid-Afrika meer bewust wordt beleefd en gedragen dan in Vlaanderen en de Nederlanden. Het is voor mensen uit een beperkt taalgebied met een groot taalbewustzijn - en dit geldt zowel voor Vlamingen als Zuidafrikanen - telkens weer een verheugende en verrassende ervaring de eigen taal te kunnen gebruiken en elkander te verstaan, zo vele duizenden kilometers van het eigen land verwijderd.
Maar niet alleen de culturele verwantschap heeft geleid tot een sterke band tussen Vlaanderen en Zuid-Afrika. De ongelijke strijd van de Boeren tegen het Britse leger bij het begin van deze eeuw en de ermede verbonden tragiek en emotionaliteit hebben er in Vlaanderen zeker toe bijgedragen. Dit zijn uiteraard factoren die vervagen met de tijd en die voor de jongere generaties zelfs reeds onbekend zijn geworden, maar die in vroegere jaren sterk werkzaam zijn geweest. Wellicht is het zo dat Vlamingen een bijzondere gevoeligheid konden opbrengen voor de onafhankelijkheids- en ontvoogdingsstrijd van de Zuidafrikaanse Boeren omdat zij zelf volop in een ontvoogdingsstrijd waren verwikkeld. In een ander opzicht mag worden gesteld dat Vlamingen door het vroegere intense contact en de ervaringen met Kongo en Ruanda-Burundi - de latere onafhankelijke staten Zaïre, Ruanda en Burundi - een genuanceerdere kijk op de Afrikaanse samenleving hebben kunnen verwerven dan andere volkeren die nooit ter plekke en geëngageerd geconfronteerd zijn geweest met de eigenheid en verscheidenheid van het rijkgeschakeerde, verrassende en boeiende maar onderontwikkelde Afrika, en die erg voortvarend de complexe en specifieke problematiek van Zuid-Afrika vanuit de eigen sociaal-economische en politieke denken leefwereld, en alleen in simpele zwartwit termen voorstellen aan zichzelf en aan anderen. Dit maakt waarschijnlijk dat Vlamingen, méér dan andere volkeren, een grotere omzichtigheid aan de dag leggen bij het beoordelen van de ontwikkelingen in uw land, dat zij meer begrip opbrengen voor de complexiteit van de Zuidafrikaanse situatie en voor de moeilijkheidsgraad van de opgave waarvoor de bewindslieden en beleidsverantwoordelijken zich hier gesteld zien om aan de multiracialiteit en de multiculturaliteit een haalbare en werkzame politieke oplossing te geven, zonder de essentiële en levensnoodzakelijke verdere economische en sociale ontwikkeling - vooral voor
de zwarte bevolkingsgroepen - op de helling te zetten.’
Van bij de aanvang heeft de Vlaams-Zuidafrikaanse Cultuurstichting, met beperkte middelen uit het Missaklegaat en uit sponsoring, een brede waaier van culturele activiteiten ondernomen, geruggesteund door een honderdtal actieve leden. Binnen de Stichting is er een werkgroep die zich specifiek toelegt op academische contacten, zowel wetenschappelijke als onderwijs.
Dit alles gebeurt vanuit het geloof in de verrijkende waarde van het grensoverschrijdend culturele verkeer tussen volkeren en mensen die elkaar iets te bieden hebben, een uitwisseling die bevoordeeld wordt wanneer er een culturele verwantschap aanwezig is.
In concreto werden aldus in de loop der jaren op vele plaatsen in Zuid-Afrika door de Stichting tal van culturele avonden, conferenties, concerten, tentoonstellingen en andere manifestaties op gebied van muziek, zang, dans, poëzie en volkskunst door Vlaamse vertegenwoordigers met faam gerealiseerd en werden boeiende contacten gelegd.
Met deze initiatieven heeft de Stichting zich telkens gericht tot al wie in Zuid-Afrika hiervoor belangstelling had, onafgezien van taal, cultuur, kleur en etniciteit, hoewel de belangstelling uiteraard vooral kwam uit cultuur- en taalverwante milieus.
Een afzonderlijke vermelding verdient de opstelprijskamp, met als onderwerp ‘Vlaanderen’ die in samenwerking door de Stichting hier en de Stigting ginds om de twee jaar uitgeschreven wordt bij de eindejaarsstudenten van meer dan 700 Afrikaanstalige en taalgemengde scholen. De drie laureaten krijgen een verblijf in Vlaanderen gedurende twee weken.
De Stichting biedt ook gastvrijheid aan Zuidafrikanen die naar Vlaanderen uitgenodigd worden: podiumkunstenaars, conferenciers, wetenschapslui, koren en orgelisten. Zij vangt hen op, organiseert hun optredens en contacten.
In samenwerking met de Nederlands-Zuidafrikaanse Vereniging (NZAV) wordt een verblijf van een maand voor een 25-tal jongeren uit de diverse universiteiten georganiseerd, het ene jaar richting Zuid-Afrika, het andere jaar richting Vlaanderen en Nederland, met een initiërend, pedagogisch en toeristisch programma voor betere wederzijdse kennis en begrip.
Jaarlijks stelt de Stichting ook enkele beurzen ter beschikking van Zuidafrikaanse afgestudeerden die in Vlaanderen hun opgedane specialiteit komen toetsen en verruimen.
In Zuid-Afrika is een belangrijk stuk cultureel erfgoed vanuit de Lage Landen springlevend aanwezig. De dragers ervan kunnen meebouwen aan het nieuwe Zuid-Afrika waar zoveel culturen elkaar ontmoeten en onderling kunnen verrijken.
De Vlaams-Zuidafrikaanse Cultuurstichting beschouwt het als een voorrecht de grote uitdaging in Zuid-Afrika op een bescheiden doch efficiënte wijze te ondersteunen, in de hoop dat spoedig het officiële Vlaanderen via een ruim cultureel akkoord enerzijds, en de Lage Landen anderzijds via de Taalunie de banden met Zuid-Afrika nauwer aanhalen. Voor Zuid-Afrika is Vlaanderen een poort op Europa, en in Zuid-Afrika ligt wellicht een laatste kans voor heel Zuidelijk- en van daaruit Centraal-Afrika. Via haar culturele werking draagt de Vlaams-Zuidafrikaanse Cultuurstichting bij tot de ontwikkeling van dat verre gebied op zoek naar evenwicht, welzijn en welvaart.