| |
Uit het leven van kunsten en letteren
Gelieve uw berichten voor deze rubriek te sturen aan het Redactiesecretariaat van het tijdschrift ‘Vlaanderen’, ‘Ter Hoogserleie’, Hondstraat 6, 8700 Tielt. Fax: 051/40.81.64. Om in aanmerking te komen voor publikatie in het volgend nummer 248 (nov.-dec. 1993) moeten de berichten ons bereiken vóór 15 november 1993. Met dank voor uw medewerking.
| |
• Amsterdam
Nog tot 17/10 kan men een kijkje nemen in de jaarlijkse verkooptentoonstelling van de Vereniging van beeldende kunstenaars ‘Maatschappij Arti et Amicitiae’, Rokin 112, 1012 LB Amsterdam (info: 020-623.35.08). Naar een idee van Peter van Hugten tonen de deelnemers naast kunst hun inspiratiebron, hun muze. Zij gunnen tentoonstellingsbezoekers op deze wijze een blik in de ontstaansgeschiedenis van het kunstwerk. Gezien de diversiteit van de kunstenaars zal dit idee een kleurrijke tentoonstelling opleveren van kunst met daaraan gerelateerde kunstwerken, objecten, teksten, foto's, enz.
- | Dit jaar vindt de tentoonstelling van de Prix de Rome, die georganiseerd wordt door de Rijksakademie van Beeldende Kunsten, onver- |
| |
| |
| wacht plaats in Arti. Voor het eerst wordt de prijs uitgereikt in de categorie Tekenen, een discipline die door veel kunstenaars bedreven wordt hetzij als belangrijkste techniek hetzij naast hun andere werk. Daarnaast is het terrein van de Grafiek opnieuw aan bod. Op de tentoonstelling is werk te zien van de zeven kandidaten in de eindronde: David Bade (Haarlem), Bernadette Beunk (Amsterdam), Paul Klemann (Utrecht), Britta Huttenlocher (Amsterdam), Hewald Jongenelis (Amsterdam), Wapke Feenstra (Rotterdam), Remco Vlaanderen (Maastricht). Open van 21/10 tot en met 26/10. |
- | Van 31/10 tot en met 28/11 kan men bij Arti terecht voor de tentoonstelling ‘Third Exile’. Hiervoor worden een aantal internationaal bekende kunstenaars uitgenodigd die in hun werk verband leggen tussen architectuur, beeldende kunst en tekst. Deelnemende kunstenaars: Carl André, Marinus Boezem, Christiaan Bastiaans, Adam Colton, Georges Descombes, Jan Dibbets, Fortuyn, O'Brien, Dan Graham, J.C.J. van der Heyden, Donald Judd, John Kormeling, Daniel Libeskind, Joep van Lieshout, Richard Long, Gordon Matta-Clark, Robert Morris, Matt Mullican, Martine Neddam, Dennis Oppenheim, Jan van de Pavert, Reiner Ruthenbeck, Willem Sanders, Joseph Semah, Robert Smithson, Dorothee von Windheim. Bij de tentoonstelling verschijnt ook een boek. |
| |
• Antwerpen
In Galerij Brabo van de verzekeringsmaatschappij Mercator, Desguinlei 100, 2018 Antwerpen, kan men tot 23/12 een bezoek brengen aan de tentoonstelling ‘Colon - Kolonialen gezien door Afrikanen’, open op werkdagen van 9-17 u. en op zondagen van 14-17 u. (gesloten op 1, 11 en 12 nov.). Antwerpen heeft altijd een speciale band gehad met Afrika. Als wereldhaven onderhield de stad contacten met alle continenten, maar Afrika bekleedde beslist een vooraanstaande plaats. Iedereen herinnert zich nog wel de befaamde Kongoboten die Antwerpen met Matadi verbonden. De Galerij Brabo roept dit koloniale verleden op met een tentoonstelling van bijzondere Afrikaanse scultpuren, beter gekend onder de benaming ‘Colon’ (afkorting van Colonial). De originele Afrikaanse beelden zijn ons welbekend. Ze weerspiegelen de kijk van de Afrikaan op zijn eigen leefwereld. Tijdens de koloniale periode ontstond een parallelle kunstvorm, waarin de Afrikaanse kunstenaars hun oorspronkelijke beelden voorzagen van Europese attributen. De collectie van de heer en mevrouw Bulkens, rasechte Antwerpenaren, die hier tentoongesteld wordt, geeft een duidelijk beeld van deze colons. Zo zien we figuren met tropenhelmen, gladgestreken haar, Europese kledij, paraplu's, pistolen, enz. Het gaat dus om typisch Afrikaanse sculpturen met westerse attributen. De voorstellingen zijn vaak grappig, soms sarcastisch. Maar soms getuigen ze van een scherp waarnemingsvermogen, dat zo eigen is aan de Afrikaan. De beelden zijn uit de periode 1880-1960, die voor de meeste Afrikaanse landen samenvalt met de koloniale tijd. Zij komen uit de Sahellanden, uit West-, Centraal- en Zuid-Afrika. In haar verscheidenheid verraadt deze unieke collectie op een treffende manier hoe de zwarte de blanke ziet en werpt ze een ander licht op een tijdperk dat voorgoed tot het verleden behoort.
- | Nog tot 31/12 kan men een bezoek brengen aan de tentoonstelling ‘Europa aan tafel’, georganiseerd door de Historische Musea van de Stad Antwerpen en dit in volgende locaties: Handelsbeurs, Twaalfmaandenstraat, 2000 Antwerpen (gratis), Museum Plantin-Moretus en Stedelijk Prentenkabinet, Vrijdagmarkt 22-23, 2000 Antwerpen (gewoon toegangsticket). Volkskundemuseum, Gildekamersstraat 2-6, 2000 Antwerpen (museumticket) en Museum Brouwershuis, A. Brouwersstraat 20, 2000 Antwerpen (gratis). Info: Museum Plantin-Moretus, tel. 03/233.02.94 - fax 03/226.25.26. Dit meerledig tentoonstellingsproject wordt tegelijkertijd omlijst door manifestaties door de Horeca-sector, deels i.s.m. het onderwijs en vakverenigingen onder de coordinatie van het Stedelijk Departement voor Cultuur en Feestelijkheden. Deze exposities en manifestaties brengen een aantal aspecten van onze eet- en tafelcultuur in een historisch perspectief. Niet alleen worden de voedingsprodukten historisch doorgelicht. Aanverwante aspecten zoals tafelmanieren, etiquette, etymologie van bepaalde termen, enzomeer komen eveneens aan bod. De Handelsbeurs (Twaalfmaandenstraat) brengt de kern van het historisch luik. Hier evoceert een feestelijk gedekte tafel een feestmaal bij de Antwerpse burgerij omstreeks 1900. Vanuit dit centrale gegeven wordt Antwerpen en zijn rol op culinair gebied toegelicht. Alle aspecten van eten en drinken in onze gewesten (met zuivelprodukten, brood, groenten en fruit, vlees, vis, gevogelte, suiker, gebak en chocolade,...) met het accent op de eigen Belgische kwaliteitsprodukten die Europees prestige kregen en internationaal worden gewaardeerd, komen hier aan bod. Een uitgelezen keur aan voorwerpen schetst de toepassing, de evolutie en het gebruik in de oude en hedendaagse keuken van specerijen; kruiden, bier, wijn, frisdrank en water. Ruim 250 kunst- en andere voorwerpen vertellen het verhaal: oude foto's en affiches,
prenten en tekeningen, archivalia en boeken, industrieel-archeologische relicten en gebruiksvoorwerpen zoals borden, schenkkannen, bestekken. Daarnaast brengt een Europees luik, dat hedendaags én artistiek wordt ingevuld, voor elk van de EG-deelstaten één welbepaald culinair facet in beeld dat als kenmerkend geldt voor dit betreffende land. Het Museum Plantin-Moretus en het Stedelijk Prentenkabinet toont in een tweede luik een selectie van kook- en receptenboekjes in manuscript en druk uit de Zuidelijke Nederlanden en het vroegere Prinsbisdom Luik vanaf de late middeleeuwen tot omstreeks 1650. Dit overzicht wordt gestoffeerd met oude prenten rond onze culinaire cultuur. Deze tentoonstelling omvat echter niet alleen de oude getuigenissen van onze culinaire cultuur (oude receptenboekjes en traktaatjes over tafelmanieren en etiquette). Ze brengt eveneens in beeld wat men at en dronk aan de hand van foto's van gerechten die op grond van overleverde oude bronnenmateriaal door culinaire specialisten werden aangemaakt. Het Volkskundemuseum evoceert in een derde luik een nostalgisch beeld van de Antwerpse restaurants en voedingswarenwinkels omstreeks 1900. Post- en prentkaarten, prenten en tekeningen, affiches en dokumenten uit bedrijfsarchieven hangen hier een levendig beeld op van de inrichting en de organisatie van restaurants te Antwerpen ten tijde van de Belle Epoque. Een keuze uit het menu: wat presenteerde de (Antwerpse) kaart, wie bezochten deze restaurants, wanneer precies en waar en hoe duur (of goedkoop) waren ze. Het Museum Brouwershuis. Naar de naam van deze instelling komt hier het aspect bier uitgebreid aan bod. In dit ideale kader - het gebouw werd in 1553-1554 opgericht als een watergemaal voor de watervoorziening van de Antwerpse brouwerijen en herbergde vanaf 1581 de vergaderzaal van het Antwerpse brouwersambacht - wordt de Antwerpse bierproduktie vroeger en nu hier bevattelijk toegelicht. Onze biercultuur op zijn best. |
- | De Toeristische Federatie Provincie Antwerpen heeft een aantal nieuwe publikaties in het licht gegeven. Vooreerst het ‘Kleurfotoboek Provincie Antwerpen’ in een oplage van 2.000 ex. met 173 kleurenfoto's en 264 blz., formaat 250 × 290 mm, ingebonden 2450 fr. (druk Lannoo Tielt). Daarnaast verschenen drie promotiebrochures: ‘Kunststeden’ waarin vooral de historische rijkdom en de toeristische bezienswaardigheden van Antwerpen, Mechelen en Lier belicht worden; 15 blz. - ‘De Kempen’ met naast de typering van deze Antwerpse regio de toeristische mogelijkheden van en de verblijfsarrangementen in de Kempen, 24 blz. - ‘Rivierenland’, waarin Klein-Brabant/Scheldeland, Rupelstreek en Vaartland beschreven worden. Deze drie brochures zijn gratis te verkrijgen bij de Toeristische Federatie van de Prov. Antwerpen, Karel Oomsstraat 11, 2018 Antwerpen, tel. 03/216.28.10 en fax 03/237.83.65 (verzendingskosten 20 fr.). |
- | Het provinciebestuur van Antwerpen zal volgend jaar de Humanitasprijs 1994 toekennen aan een persoon, een instelling of een vereniging die op een uitzonderlijke manier een bijdrage heeft geleverd tot de welvaart en het welzijn van de provincie Antwerpen. Deze tweejaarlijkse prijs werd in 1980 ingesteld naar aanleiding van de herdenking van de 150ste verjaardag van de onafhankelijkheid van België. Voor de achtste ‘Humanitasprijs 1994’ kan elke persoon, instelling of vereniging een kandidaat voorstellen. De voordracht moet grondig gemotiveerd zijn en de nodige documentatie tot staving bevatten. Uiterlijk tot 31 december 1993 kan men zijn voorstel sturen naar de heer Gouverneur van de provincie Antwerpen, Koningin Elisabethlei 22 te 2018 Antwerpen. De Humanitasprijs werd in 1980 toegekend aan prof. Ludo van Bogaert voor zijn belangrijke bijdrage aan de verbetering van de gezondheidszorg in de Antwerpse regio; in 1982 aan mevrouw Jeanne Brabants voor haar inspanningen ter bevordering van de danskunst; in 1984 aan vzw Tele Onthaal voor haar bijdrage tot meer welzijn bij alle mensen; in 1986 werd de unieke plaats belicht van het Fonds Alex de Vries vzw ten bate van jonge musici; in 1988 aan prof. dr. J. Marquet die als eerste het principe van en de heelkundige techniek voor trommel- en gehoorbeentjestransplantatie heeft uigevoerd; in 1990 aan het Centrum Kauwenberg omwille van de inzet voor het welzijn van de mensen uit de vierde wereld en in 1992 werd de prijs toegekend aan het actiecomité Mucoviscidose Antwerpen. Naast het Humanitasbeeld, van de hand van de beeldhouwer H. Lannoye, bestaat de prijs tevens uit een bedrag van 300.000 fr. en een oorkonde. Voor het reglement en inlichtingen kan men terecht bij de Cultuur- |
| |
| |
| dienst van het provinciebestuur van Antwerpen, Koninging Elisabethlei 22 te 2018 Antwerpen, tel. 03/240.65.16. |
- | Het Provinciebestuur deelde ons de expokalender 1993-1994 mee van de tentoonstellingen in de Provinciezaal, Jezusstraat 28, 2000 Antwerpen (tel. 03/231.57.93 en 231.28.04). Daaruit volgende keuze: van 10/9 tot en met 14/11: Zilvertentoonstelling ‘Een schitterend feest’ - 28/4 tot en met 8/5/94: Vlaggenproject - van 7/7 tot en met 7/10/94: ‘Sieraad Symbool Signaal’. Dagelijks toegankelijk van 10-17 u. Gesloten van 25/12/93 tot en met 2/1/94. |
- | Van 31/10 tot en met 11/11 wordt door de Vereniging ter Bevordering van het Vlaamse Boekwezen voor de 57e keer de Boekenweek voor Vlaanderen georganiseerd in het Antwerpse Bouweentrum, Jan van Rijswijcklaan 191, 2020 Antwerpen (te bereiken vanaf het Centraal Station met tram 2 of bus 25 of 27). De gehele ‘najaarsoogst’ van de boekenproduktie ligt er uitgestald en de diverse boekhandels schenken bij elke serieuze aankoop van boeken aan hun klanten een gratis exemplaar van ‘Het Boek in Vlaanderen 1993-1994’ (254 pag. verdeeld in 15 rubrieken). Het meest opvallende evenement van de Boekenweek is natuurlijk de befaamde Boekenbeurs van Vlaanderen. Vier zalen, samen goed voor 18.000 m2, bieden stands vol boeken en leesplezier. Vele uitgevers en importeurs tonen hun nieuwe mooie boeken, en daarnaast zijn er ook themastands, die binnen een bepaald genre van boeken het beste van het beste tonen, de zogenaamde themastands: kinder- en jeugdboeken, literatuur, reisgidsen, kookboeken, kunstboeken, wetenschap en nog veel meer... |
- | In het A.M.V.C. (Minderbroedersstraat 22, 2000 Antwerpen, tel. 03/232.55.80) valt tot 22/10 het 3de tentoonstellingsproject van 1993 te bekijken: Hubert Lampo 50 jaar schrijver. Behalve op maandag open van 10-17 u. Tijdens de Tweede Wereldoorlog debuteerden Louis-Paul Boon, Piet van Aken, Johan Daisne en Hubert Lampo: een generatie romanschrijvers, die de Vlaamse literatuur nieuwe impulsen gaf. Het begin van het omvangrijke oeuvre van Hubert Lampo was Don Juan en de laatste nimf in 1943. Als weinig andere auteurs heeft hij bijgedragen tot de verruiming van het leespubliek, zowel door zijn succesvolle romans en verhalen als door zijn activiteiten als spreker, essayist en criticus. Zijn werk werd ook vijf maal verfilmd. Hubert Lampo werd herhaaldelijk gelauwerd met belangrijke literaire prijzen, o.m. in 1963 met de Driejaarlijkse Staatsprijs voor verhalend proza, voor De komst van Joachim Stiller, dat algemeen als een hoogtepunt beschouwd wordt. In 1989 verleende de Universiteit van Grenoble hem een ere-doctoraat. Hubert Lampo wordt vooral geassocieerd met het magisch-realisme, waarbij mythische archetypen met de realiteit verweven worden (Kasper in de onderwereld, De heks en de archeoloog, Wijlen Sarah Silbermann). In verscheidene essaybundels (De Zwanen van Stonehenge, De Ring van Möbius...) gaat hij hier trouwens dieper op in. Daarnaast schreef hij een aantal psychologische romans (Hélène Defraye), vaak tegen een historische achtergrond (De duivel en de maagd) of gesitueerd in oorlogstijd (De ruiter op de wolken, De eerste sneeuw van het jaar). De tentoonstelling geeft een overzicht van Lampo's schrijvers-loopbaan aan de hand van meer dan 500 items: manuscripten, boekedities, autobiografisch materiaal, foto's, affiches en portretten. Verder gaat de aandacht uit naar verfilmingen en
vertalingen, Alain Fournier en John Flanders, Koning Arthur en Stonehenge, en het belang van de stad Antwerpen voor het werk van Hubert Lampo. Antwerpen is het magistrale decor van bijna al zijn romans sinds Terugkeer naar Atlantis, en in een belangrijk deel van zijn werk als het ware het archetype van ‘de stad’. Naar aanleiding van deze tentoonstelling verschijnt in co-editie met uitgeverij Meulenhoff/Manteau ‘Het Antwerpen van Hubert Lampo’, dat onder meer een overzicht biedt van de Antwerpse gebouwen en sferen die in Lampo's werk opduiken. Dit boek, geschreven door wetenschappelijk medewerker Johan Vanhecke, bevat voorts een fotokatern en vier literaire wandeltochten langs cafés, straten en pleinen die een belangrijke rol spelen bij Lampo. |
- | Het Museum voor Religieuze Kunst heeft het bekende redezicht van de 17de-eeuwse graveurs Johannes Loots en Jan Baptista Vrients uit 1610 laten drukken op 1.000 exemplaren. De originele kopergravure met een lengte van 2,16 meter is te bewonderen in het musuem Plantin en Moretus, het Stadsarchief, de Stedelijke Hoofdboekerij en het Museum van Oudheden in Antwerpen. De reproduktie op de helft van de ware grootte is een éénmalige uitgave door het museum, dat er meteen voor zorgde dat de afdrukken werden ingekleurd. De gekleurde gravure is tegen 1.595 fr. te bekomen bij het museum voor Religieuze Kunst, in de kathedraal en in het Antiquariaat Oude Borze in de Oude Beurs 62 in Antwerpen. Voor meer informatie: Museum voor Religieuze Kunst Antwerpen vzw, Mutsaertstraat 32 in 2000 Antwerpen. Tel. 03/231.03.39. Fax 03/233.47.66. |
- | In het A.M.V.C., Minderbroedersstraat 22, 2000 Antwerpen staat van 6/11 tot 8/1/94 de tentoonstelling ‘Antwerpen geplakt. Affiches van Antwerpse drukkers en ontwerpers vóór 1940’ te kijk. Info: 03/226.01.50. Hoewel herhaaldelijk een beroep wordt gedaan op de aanzienlijke affichecollectie van het AMVC voor belangrijke tentoonstellingen of TV-programma's, is deze verzameling nog te weinig gekend. Ter gelegenheid van Antwerpen 93 werden een zeventigtal affiches van Antwerpse drukkers en ontwerpers geselecteerd uit de periode vóór 1940. Ook de artistieke lithografische meesterwerken van rond de eeuwwisseling zullen niet ontbreken. Men kan onmogelijk voorbijgaan aan ontwerpers als Alfred van Neste, Julien 't Felt, Alfred Ost, Gerard Portielje, Achilles Kas, Maarten van der Loo, Tony van Os of lithografen en drukkers als de gebroeders Ratinckx, J.E. Buschmann. De nadruk ligt echter op het Interbellum, een iconografisch uitermate interessante periode, met bekende kunstenaars als Robert Hens, Marcel Baugniet, Lode Seghers, Jean van Noten, Frans van Immerseel, Leo Marfurt en Alfons Marchant. Bij Fr. de Smet en L.F. de Vos werden in de jaren dertig ook markante affiches van minder gekende ontwerpers gedrukt, b.v. ter gelegenheid van de Antwerpse Propagandawerken. Deze tentoonstelling streeft niet naar volledigheid, maar wil op een kleurrijke manier getuigen van de brede waaier van culturele en artistieke evenement die in het Antwerpen van toen plaats grepen. In de catalogus vindt men een gedetailleerde beschrijving van alle tentoongestelde affiches, info over de verschillende ontwerpers en een inleidend artikel van Karl Scheirlinck over de affichekunst in Antwerpen vóór 1940. |
- | Nog tot 19/12 kan men terecht in het Eugeen Van Mieghem Museum, Korte Ridderstraat 2, 2000 Antwerpen (tel. 03/226.75.32) voor een tentoonstelling in het raam van Antwerpen 93, toegankelijk op zondag van 10-12 en van 14-18 u. Het museum bevat een 80-tal werken, in diverse technieken, van de Antwerpse kunstschilder-tekenaar Eugeen Van Mieghem (1875-1930), die vooral bekendheid geniet om zijn geëngageerd oeuvre omtrent de mens in een wereldhaven. Door de tentoongestelde werken, documenten uit de archieven van de kunstenaar en oude foto's uit zijn atelier, krijgt de bezoeker een uitstekend beeld van de leefwereld van een zeer persoonlijk kunstenaar, die nu ook in het buitenland weer belangstelling geniet. |
- | De Antwerpse kunstgalerij Civitas heeft het schilderij ‘Christus aan het kruis’ van de Antwerpse kunstschilder Herman Jacobs geschonken aan de Vlaamse secretaris-generaal van de Bisschoppensynode, mgr. Jan Schotte. ‘Civitas is gelukkig aan de paus en de Kerk in Rome dit werk te kunnen aanbieden op een ogenblik dat Rome zo vaak bekritiseerd wordt’, aldus afgevaardigde-beheerder Dries Vanwijnsberghe. Na 28 jaar heeft het algemeen secretariaat van de Wereldsynode van Bisschoppen een defintief onderkomen gevonden, waarin het schilderij een ereplaats zal bekleden. In een brief aan de schenkers zegt mgr. Schotte dat het voor hem als Vlaming betekenisvol is een Vlaams kunstwerk in het Vaticaan te zien, en dat ‘kardinalen en bisschoppen uit alle continenten in dit kunstwerk ook een getuigenis kunnen zien van de Vlaamse bewogenheid voor de Wereldkerk’. Herman Jacobs (geb. 1921) is vooral bekend als schilder van de officiële portretten van de laatste drie pausen. |
| |
• Boxmeer
Arcadia Poëtica, Instituut voor filosofie en dichtkunst (Postbus 5279, 5603 BD Eindhoven, tel. 040-411755) organiseert - i.s.m. het Poeziecentrum van Gent - op 23 en 24/10 een seminarie onder de titel ‘Mallarmé: twijfel en triomf’, waarop Rein Bloem, Prof. Dr. W. van Dooren, Prof. Dr. W. Smekens, drs. E.J. Lint en Maria Haerynck het woord zullen voeren. De tweedaagse vindt plaats in het centrum ‘Elzendaal’, Dr. Peelenstraat 6, 5831 EG Boxmeer (tel. 08855-75454). Prijs: f 100,- voor alle inleidingen; f 100,- voor alle verblijfkosten.
| |
• Brugge
De schrijfacademie van Moeritoen vzw, Eekhoutstraat 46, 8000 Brugge (tel. 050/33.63.09-33.69.43 en fax 050/33.88.77) omvat vier schrijfdisciplines: proza (novelle, kortverhaal, roman), poëzie; journalistiek (dagblad, weekblad, tijdschrift) en essay. Er is een basisjaar en een tweede (specialisatie)jaar. Er is geen vooropleiding vereist, maar de minimum leeftijd is 18 jaar. Het programma 1993-94 wordt steeds op zaterdag afgewerkt van 10-12.30 en van 14-16.30 u. en dit van 2/10/93 tot en met 11/6/94. Docenten: Luc Decorte, Joannes Késenne, Anna Luyten, Linda Musch, Jan van der Hoeven en Paul Vanderschaeghe. Het cursusgeld bedraagt 9500 fr.
- | Het Gruuthusemuseum kiest van
|
| |
| |
| 1/10 tot 3/11 het Torhouts aardewerk ‘De Laarsjes’ als Kunstwerk in de kijker. Het betreft een werk van het Atelier Willemyns uit het eerste kwart van de 19de eeuw. Het is vervaardigd in geel en rood aardewerk en loodglazuur, is 12,2 cm hoog en staat op een sokkel van 8,5 × 10 cm. |
- | De uitslag van de Provinciale Prijs voor Muziek 1993 - vocale compositie - omvatte twee categorieen: een a capella-compositie voor gelijke stemmen en een cantate met begeleiding van een kamermuziekensemble. De uitslag luidt als volgt, in de categorie cantate werd de Provinciale Prijs (50.000 fr.) toegekend aan Johan Duijck (Brugge) voor zijn inzending ‘Psalm 112, Laudate pueri’. Een premie (40.000 fr.) werd toegekend aan Paul Beelaerts (Antwerpen, geboren Oostende) voor ‘Tomas, een muzikaal sprookje’; in de categorie a capellacompositie voor gelijke stemmen werd geen prijs toegekend. De volgende componisten bekwamen een premie: Eugène Lievens (Amsterdam, geboren Knokke) voor ‘Schoonheid valt op ons’ (25.000 fr.); Jean-Paul Byloo (Geel, geboren Veurne) voor ‘Panthalassa of Alwatersuite’ (15.000 fr.); Roland Coryn (Harelbeke) voor ‘Beeldspraak 92 in 1993’ (10.000 fr.); Koen De jonghe (Berchem, geboren Kuurne) voor ‘Gezelle-suite’ (10.000 fr.). De jury was samengesteld uit Jacqueline Fontyn, Peter Cabus, Vic Nees, Paul Schollaert en Jan Van der Roost. De proclamatie vindt plaats op 15/10 in het Ontmoetingscentrum van Harelbeke. |
| |
• Beernem/Brugge
Sinds 1982 bezoeken duizenden geïnteresseerden elk jaar het ambachtenmuseum dat in de kelderverdieping van het kasteel van het Provinciaal Domein van het Bulskampveld Beernem is ingericht. De collectie, bestaande uit honderden oude werktuigen, werd dit jaar nog verrijkt met een uniek werkstuk ter beschikking gesteld door Mevrouw A. Bruneel uit Brugge. Dit werk bestaat uit vijf schaalmodellen van metaalbewerkingsmachines, anno 1930. Ze werden geconstrueerd door de heer G. Forrier uit Assebroek en worden elektrisch aangedreven. Een verzameling maquettes, op minutieuze wijze vervaardigd door de heer A. Van Torre uit Zeebrugge, zijn eveneens in het keldermuseum te bezichtigen tot einde oktober 1993. Deze miniaturen, op schaal 1/10, zijn een gedetailleerde weergave van bestaande stukken, uit de collectie rollend landbouwmateriaal, die verzameld zijn in de galerijen rond de kasteeltuin. Naast het ambachtenmuseum, de wagencollectie en de wagenmakerij biedt het domein ook voor de natuurliefhebber een schat aan bezienswaardigheden. Er is o.m. de kruidentuin met meer dan 400 soorten kruiden, een bonte verzameling zeldzame neerhofdieren, een bijenstal en binnen de muren van het kasteel een natuurcentrum. De galerijen zijn elke dag toegankelijk. Het museum is toegankelijk: januari, februari, december: op zon- en feestdagen van 14-17 u.; maart-november: op woensdagen, zaterdagen, zon- en feestdagen van 14-18 u. Groepen op afspraak. Info: Provinciale Dienst voor Cultuur, Provinciehuis Boeverbos, Koning Leopold III-laan 41, 8200 Sint-Andries, tel. 050/40.31.11, fax 050/40.31.00.
| |
• Boom
Op 21/10 vindt in de Schouwburg om 20 u. een koorconcert plaats, gebracht door het Gemengd Koor Singkreis Porcia uit Spittal a/d Drau, Oostenrijk, o l.v. Gunther Aiglsperger (gepatroneerd door het Gemengd Koor Musica). Op 18/12 treedt Musica zelf op in de St.-Peterskerk om 20 u. met een kerstconcert met werk van Edgar Tinel, Gaston Feremans, John Rutter e.a. De leiding berust bij Roger Leens, terwijl Urbain Boots als pianist optreedt en Francis Verdoodt de bindteksten verzorgt. Info en plaatsbespreking: Liedja Roesems, Leeuwerikenstraat 49/82, 3001 Heverlee.
| |
• Brussel
In de programmatie van de Filharmonische Vereniging van Brussel voor oktober staan een paar belangrijke muzikale evenementen ingeschreven (naast tal van andere concerten, waarvan men de kalender kan opvragen bij de Filharmonische Vereniging van Brussel en Vereniging voor Volksconcerten, Paleis voor Schone Kunsten van Brussel, Baron Hortastraat 11, 1000 Brussel, tel. 02/507.84.10, fax 02/511.79 77). Het betreft: het festival ‘Jubilate’ van 1 tot 10/10: een panorama van Tsjechische en Slovaakse muziek (Janacek, Smetana, Matousek, Stedron, Martinu, Zelenka, Dvorak, Stamic, Myslivecek, Vorisek, Suk) waarbij tevens ensembles uit die landen optreden (Ars Cameralis, Coro di Praga, Ceska Filharmonie, Prazky Komorni Orchestr, Slovenska Filharmonia... alsook de ‘eigen’ Schola Cantorum ‘Cantate Domino’ uit Aalst. Plaatsbespreking Info Ticket Brussels, Grasmarkt 63, 1000 Brussel, telefoon 02/507.82 00. In de cyclus ‘Wereldlijk Vocaal’; op vrijdag 15/10 in de Gotische Zaal van het stadhuis van Brussel: Philip Pickett en The New London Consort met Pelgrimstocht naar Santiago. In de cyclus ‘Vocaal op zondag’, op 17/10 in de Miniemenkerk: het Ensemble Currende met werken van Adriaan Willaert en Giovanni Gabrieli. In de cyclus ‘Wereldorkesten’, op vrijdag 22/10 in de Zaal Henry Le Boeuf van het Paleis voor Schone Kunsten: het Orchestre de Paris o.l.v. Pierre Boulez met violiste Viktoria Mullova. Op het programma staan werken van Stravinsky, Berg, Debussy en Messiaen.
- | De Internationale Orgelweek, georganiseerd door de Orgelring Brussel (Secretariaat Domstraat 8, 1602 Vlezenbeek, telefoon 02/532.50.80), loopt van 17 t/m 24/10 en presenteert diverse organisaten in een 10-tal concerten. 17/10: (16 u.) St.-Michielskathedraal (St.-Goedelevoorplein): Jozef Sluys, organist-titularis, ‘Leipziger Orgelchorale’ van J.S. Bach. - 18/10: (20.15 u.) O.L.V. van Genadekerk (Vogelzanglaan, St.-Pieters-Woluwe), Janet Hughes (Groot-Brittannie) - orgel, Koperensemble Luc Capouillez, The Brussels Choral Society o.l.v. Tom Cunningham. J. Jongen (‘Messe opus 130’), Grieg, Mendelssohn. - 19/10: (12.15 u.) Middagconcert, Protestantse Kerk van Brussel-Kruidtuin, (Bisschoffsheimlaan 40), Margaret Philipps (Groot-Brittannie). Werken van Buxtehude, Frescobaldi, Scheidt, Byrd, Blow. (i.s.m. The British Council). - 20/10: (20.15 u.) St.-Lambertuskerk (H. Hartplein, St.-Lambrechts-Woluwe), Guy Bovet (Zwitserland). Werken van Spaanse en Mexicaanse Meesters (i.s.m. Europalia 93 - Mexico). - 21/10: (12.15 u.) Kon. Bibliotheek Albert I (Keizerslaan 4), Guy Bovet: conferentie over Mexicaanse orgels; (20.15 u.) Karmelietenkerk (Louisapoortgalerij 221), Alfonso Vega Nuñez (Mexico). Werken van Mexicaanse Meesters en J.S. Bach (i.s.m. Europalia 93 - Mexico). - 22/10: (20.15 u.) St.-Pieterskerk (Dekenijstraat, Ukkel), Thorsten Pech (Duitsland) - orgel, Jorg Lopper (Duitsland) - trompet. Werken van Titelouze, Walther, Langlais (i.s.m. het Gemeentebestuur van Ukkel). - 23/10: Orgelwandeling: (10.30 u.) St.-Jan-Baptist op het Begijnhof, (Begijnhofplein). Jozef Sluys + Gregoriaans Koor uit Grimbergen. Werken van Titelouze, Vanden Kerckhoven, Heredia. - (11.30 u.) St.-Katelijnekerk (St.-Katelijneplein), Vincent Fontaine (Brussel). Werken van Durufle, Franck, Tournemire. - (12.30 u.) St.-Niklaaskerk, (Boterstraat-achter het Beursgebouw), Elizabeth Tornburn (Brussel). Werken van Boellmann, Guilmant,
Franck. - (15 u.) O.L.V. ter Kapellekerk (Kapelleplein), Xavier Deprez (Brussel). Werken van Tinel, Franck, Jongen, Boellmann. - (16 u.) St.-Jan Berchmanscollege (Ursulinenstraat 4), Piet van der Steen (Nederland) - orgel, Julia Bronkhorst (Nederland) - sopraan, Freddy Mertens (Brussel) - doffe trommel. Werken van Messiaen, Jolivet, Bijster. - 24/10: (16 u.) St.-Michielskathedraal (St.-Goedelevoorplein), Hans Fagius (Zweden). Werken van J.S. Bach. |
- | De Vlaamse Vereniging in het Paleis voor Schone Kunsten van Brussel (tel. 02/507.85.10) stelt zijn programma van lunch- en avond-voorstellingen voor. Op 20, 21, 23/10 (om 20.30 u.) en op 24/10 (om 21 u.) brengt de Kameropera Transparant ‘De Apotheker’, de 3de Italiaanse opera van Joseph Haydn (tickets 450 en 550 fr. met reductiemogelijkheden). - Op 24/10 om 20.30 u.: Batsheva Dance Company (het topgezelschap in Israël) brengt ‘Mabul’ (tickets: 400 tot 1200 fr.). Op 16/11 (om 20 u.) zijn de grootmeester van de Indische muziek Ravi Shankar en een aantal van zijn beste leerlingen aan de beurt met het programma ‘India’ (tickets: 500 tot 1100 fr.). Plaatsbespreking voor alle voorstellingen: Ravensteinstraat 23, 1000 Brussel, dagelijks van 11-18 u. (behalve op zondag), tel. 02/507.82.00 of Ticketel: 02/675.54.14. van 14/10 tot 10/11 loopt in de Hoofdstedelijke Openbare Bibliotheek de literaire tentoonstelling ‘Van Nu en Straks in Brussel’ n.a.v. de 100ste verjaardag van de stichting van het tijdschrift ‘Van Nu en Straks’ (1893). De lunchvoorstellingen van het najaar beginnen altijd om 12.40 u. en eindigen (gewoonlijk) voor 14 u. Op 12/10 Hanny Michaelis, Nederlandse dichteres, over eigen werk. Op 19/10 ‘Canterbury Tales’ naar Geoffrey Chaucer door Frank Cools. Op 26/10 dichter Peter Verhelst in gesprek met Bart Vervaeck. Op 9/11: ‘Van op de hoge Berg’, een hedendaags chansonprogramma met de poëzie van Richard Minne en Jan van Nijlen, gezongen door Dirk Van Esbroeck. Op 16/11: Hebreeuwse literatuur door Frans de Haes, voorgelezen door Jan Hautekiet. Op 23/11: W.A.C.K.O.: snelle sketches, hilarische momenten, herkenbare ontroering door Chiel van Berkel en Manou Kerstling. Op 30/11: Poëzie uit het Oosten door Daniel de Vin. Op 7/12: ‘Et voilà’ door Peter De
Graef: een fijnzinnige monoloog. Op 14/12 tenslotte: ‘Jozef L. De Belder’ door Hein de Belder met voordracht van Mikke Saerens. Tickets. Poezie/Proza: 70 fr.; lunchvoorstelling: 100 fr. |
- | In het kader van het Europalia-Festival 93 Mexico loopt nog tot 12/12 in het Museum voor Geld en Geschiedenis van de Nationale Bank van Belgie, Wildewoudstraat 9, 1000 Brussel (tel. 02/221.22.06
|
| |
| |
| en 02/221.25.71) de tentoonstelling ‘Van Cacaoboon tot Nuevo Peso - De numismatiek in Mexico’, dagelijks van 10-17 u. (gesloten op 1 en 11/11) gratis toegankelijk. ‘Hier groeit het geld aan de bomen’, noteerden met verwondering de Spaanse kroniekschrijvers die de veroveraars naar Mexico waren gevolgd. Zij doelden op de cacaobonen die door de Azteken als betaalmiddel en waardemeter bij hun transacties werden gebruikt. Hoewel de cacaoboon in sommige afgelegen gebieden van Mexico nog tot in de 20ste eeuw als geldmiddel is gebruikt, trad met de komst van de Spanjaarden toch een geheel nieuw betaalsysteem in. Dit betaalsysteem was, zoals in het moederland en in de rest van de Oude Wereld, gebaseerd op het gebruik van munten met een intrinsieke waarde: hun waarde werd bepaald door de hoeveelheid goud of zilver waarvan ze waren gemaakt. Met de ontdekking van de Nieuwe Wereld, vooral van Mexico, lagen plotseling enorme voorraden edel metaal voor het grijpen. In een eerste faze hersmolten de Spanjaarden de talloze kunst- en cultusvoorwerpen uit goud en zilver van de inheemse bevolking. In een tweede faze ontdekten ze de eigenlijke bodemrijkdommen die ze prompt en op grote schaal begonnen te ontginnen. De indianen werden er, vaak in harde omstandigheden, als mijnwerker ingezet. Werd het edel metaal oorspronkelijk in staven of klompen naar het moederland verscheept, vanaf 1535 werd het in Mexico zelf reeds vermunt. Eerst werden alleen zilveren munten, met de reaal als basiseenheid, geslagen. Vanaf 1679 kwamen daar ook gouden munten bij, met de escudo als basiseenheid. Vooral de zilveren munten, in de wandeling ook wel Spaanse matten genoemd, hadden een buitengewoon slordig en onregelmatig uitzicht. Dit was te wijten aan de koortsachtige haast waarmee ze werden vervaardigd. Het moederland, reeds jaren verwikkeld in tal van Europese oorlogen, had de zilverinjecties broodnodig, al wat het maar om zijn leger op de been te
kunnen houden. Af en toe bereikte de zilvervloot echter haar bestemming niet. De andere zeevarende naties stuurden hun beste zeelui op pad om de Spaanse zeevloot te onderscheppen. De Engelse Sir Francis Drake en de Nederlandse Piet Heyn zijn hiervan legendarische voorbeelden. Samen met de meer recente bankbiljetten, vertellen de Mexicaanse munten heel wat over het kleurrijke verleden van Mexico, in het politieke, economische, culturele en mentaliteitsvlak. Vooral de internationale contacten van Mexico, en niet in het minst de banden tussen Mexico en Europa, zijn in zijn muntgeschiedenis weerspiegeld. Daarom vormt de tentoonstelling een niet te missen schakel binnen het Europalia 93 festival. |
- | Het Museum voor Oude Kunst (zalen van de 19de eeuw), Regentschapsstraat 3, 1000 Brussel, nodigt uit op de tentoonstelling ‘Les XX of La Libre Esthétique’, die loopt van 26/11/93 tot en met 27/2/94. Open van dins- tot zondag van 10-17 u.; gesloten op maandag, op 25/12 en 1/1/94. Info: tel. 02/508.32.11 of fax 02/508.32.32. Honderd jaar geleden was Brussel ‘avant-garde’. Stoutmoedige kringen vol dynamiek zoals ‘Les XX of La Libre Esthétique’ brachten vele buitenlandse kunstenaars naar ons land: Van Gogh, Toulouse-Lautrec, Seurat, Signac, Gauguin, Pissarro en zovele andere - waardoor een vruchtbare confrontatie met onze kunstenaars mogelijk werd. Om zich daarover een beeld te vormen, is het voldoende de catalogi uit die tijd, die zeer zeldzaam zijn, te doorbladeren. Zo kan vastgesteld worden dat vele kunstwerken waarmee de belangrijkste musea nu pronken, in Brussel zijn geweest en gedurende enkele weken de zalen versierden die vandaag de naam van de Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België dragen. Het was verleidelijk om 100 jaar later een stand van zaken op te maken en het publiek de mogelijkheid te geven het scherpe doorzicht van deze kringen te beoordelen. Het was op 28 oktober 1883 dat een handvol moedigen (Vogels, Ensor, Khnopff, Van Rysselberghe, Pantazis, Du Bois...) verenigd rondom een tafel van de Taverne Guillaume aan het Museumplein hun handtekening plaatsen op een blaadje papier en zo de basis legden voor wat op 4 januari 1884 officieel de kring van de Les XX zou worden met de advocaat Octave Maus als secretaris-bezieler. Het hek was van de dam, het avontuur kon beginnen en zou zich voortzetten, bijgestaan, verdedigd en aangemoedigd door het tijdschrift ‘L'Art Moderne’, tot in 1893 onder de vlag van Les XX en van 1894 tot 1914 onder die van ‘La Libre Esthétique’. Het artistieke seizoen 1993-194 leek dan ook het
ideale moment om het eeuwfeest van deze bruisende smeltkroes van ideeën te herdenken. Deze hulde-tentoonstelling zal alle werken verzamelen die werden getoond bij ‘Les XX of bij La Libre Esthétique’ en die deel uitmaken van de verzamelingen van het Museum, ofwel door aankoop, ofwel door schenking of legaat. Het gaat om bijna 200 werken... gepresenteerd in de zalen van de 19de eeuw, die hiervoor uitzonderlijk ontruimd werden. In een bijzondere catalogus, van zowat 400 bladzijden, wordt elk tentoongesteld werk meestal in kleur geïllustreerd. Tevens zijn commentaren uit de pers van die tijd opgenomen. Een gedetailleerde chronologie vermeldt de activiteiten van de twee kringen op het vlak van de beeldende kunsten, de literatuur en de muziek. De kleine interne twisten staan er eveneens beschreven, onder andere het verhaal van Henry de Groux die weigerde zijn werken tentoon te stellen naast de ‘inénarable (sic) pot de soleils de Monsieur Vincent ou de tout autre agent provocateur’. |
- | Nog tot 19/12 staat in het Paleis voor Schone Kunsten, Koningsstraat (voor individuelen) en Ravensteinstraat (voor groepen met of zonder gids), 1000 Brussel de tentoonstelling ‘De Arend en de Zon - 3000 jaar Mexicaanse kunst’ te kijk en dit in het kader van Europalia 93 Mexico. Open van dins- tot zondag van 10-17.45 u., op woensdag tot 19.45 u. Gidsen tijdig aanvragen (van 1400 tot 1600 fr.). Info: 02/507.84.80. Dit is de centrale tentoonstelling van het festival. Aan de hand van meer dan 200 meesterwerken uit de belangrijkste Mexicaanse musea wordt een overzicht geboden van 30 eeuwen kunst in Mexico. De nadruk ligt op de enorme rijkdom en diversiteit van de verschillende Mexicaanse culturen en stijlperioden. Daarom vormt deze tentoonstelling de ideale inleiding tot het complete aanbod van Europalia 93 Mexico. Een eerste luik omvat een selectie uit de kostbaarste precolumbiaanse stukken, te beginnen bij de ‘moedercultuur’ der Olmeken (1200-600 voor Chr.), met indrukwekkende antropomorfe sculpturen en fijne jade beeldjes. De Izapa-stijl (300 voor Chr. - 250 na Chr.) sluit hierbij aan met prachtige stèles en altaren in bas-reliëf. In de periode van 250 tot 900 na Chr. kent Mexico een grote verscheidenheid aan hoog ontwikkelde culturen, verdeeld over een aantal monumentale stedelijke centra: Teotihuacán, Monte Albán (Zapoteken), El Tajin (Totonaken) en natuurlijk de grote Mayacentra. Stenen maskers, fragmenten van muurschilderingen, edelsmeedwerk, sculptuur met betrekking tot het rituele balspel, merkwaardige reliëfs en ceramiek getuigen hiervan. Ook de beschavingen der Tolteken (900-1200) en Mixteken (1000-1500) zijn vertegenwoordigd. Ten slotte gaat de aandacht naar de cultuur der Mexicas of Azteken, de laatste en bekendste precolumbiaanse beschaving, die vele elementen uit oudere culturen overnam en verwerkte tot een hoogstaande artistieke produktie. Het
uitgestrekte Azteekse rijk kwam tot stand d.m.v. systematische militaire onderwerping van naburige volkeren. De hoofdstad van het imperium, Tenochtitlán (op de plaats van de huidige Mexicaanse hoofdstad), werd gesticht in 1325. De legende wil dat de voornaamste Azteekse godheid, de oorlogs- en zonnegod Huitzilopochtli, zijn volk door middel van een teken te kennen gaf waar het zijn stad moest bouwen: daar waar nu nog de resten van het Azteekse tempelcomplex, de Templo Mayor, te zien zijn, verscheen hun een arend. De arend gold als een symbool van de zon. Hij moest de zon voorzien van harten van menselijke slachtoffers, opdat zij zou blijven schijnen en leven schenken... De Spaanse kolonisatie en kerstening (vanaf 1521) betekenden een radical breuk met een eeuwenoude beeldtaal en culturele traditie. Het tweede luik van de tentoonstelling maakt echter duidelijk hoe pre-Spaanse elementen bleven voortleven in de koloniale kunst, o.m. in de techniek (b.v. de pluimenmozaïek) en de iconografie (b.v. atriumkruisen met Indiaanse motieven uit 16de-eeuwse kloosters). Overigens geven Mexicaanse kunstenaars aan de uit Europa overgenomen stijlen (maniërisme, barok en neo-classicisme) een eigen uitwerking. Ook de, overwegend religieuze, thema's worden op originele wijze geinterpreteerd. De werken m.b.t. de cultus van O.L.V. van Guadalupe, een ‘versmelting’ van de christelijke Heilige Maagd met precolumbiaanse godinnen, zijn hier een goed voorbeeld van. De tentoonstelling wordt afgerond met een overzicht van de artistieke produktie in het onafhankelijke Mexico (vanaf 1821). De 19de-eeuwse schilderkunst evolueert van een overwegend romantisch academisme (de historiestukken van Obregrón en Gutierrez, de beroemde landschappen van José María Velasco ...) naar meer realisme (b.v. in de portretten van Hermenegildo Bustos). Anderzijds maakt op het einde van de eeuw de politieke karikatuur en spotprent opgang met kunstenaars als
Posada. Wat de 20ste eeuw betreft is er werk van Orozco, Rivera en Siqueiros, dragers van het politiek geengageerde muralisme, alsook van andere grote namen als Frida Kahlo en Rufino Tamayo. Werk van een aantal belangrijke Mexicaanse fotografen (Manuel Alvarez Bravo, Lola Alvarez Bravo...) sluit dit indrukwekkende overzicht van een ongemeen rijk en gevarieerd cultuurpatrimonium af. |
- | De Vriendenkring van het Koninklijk Conservatorium van Brussel (Regentschapsstraat 30, 1000 Brussel, rek. nr. 210-0056371-66 of 436-1133941-70) doet een oproep tot de muziekliefhebbers om toe te treden tot de Vereniging om
|
| |
| |
| aldus in de toekomst het hoogstaande peil van het onderwijs aan het Conservatorium te helpen handhaven. Lidmaatschapsbijdragen: studenten: 200 fr.; sympathisanten min. 300 fr.; beschermende leden: min. 1000 fr. en ereleden: min. 5000 fr. |
- | Van 15/10 tot 30/11 loopt het project ‘Brussel, Hoofdstad ook Woonstad?’ met o.m. een tentoonstelling in het Arsenaal, L. Schmidtlaan (op de 2e Brusselse Ring), 1040 Brussel, toegankelijk op werkdagen van 9-16 u. Info: vzw Mens en Ruimte (vragen naar Bart Billen) tel. 02/534.75.85 of 02/649.35.87. Het centrale thema van deze tentoonstelling handelt over de voortdurend veranderende grootstad en de weerslag van dit veranderingsproces op de leefkwaliteit voor de Brusselaar. Dit wordt uitgewerkt aan de hand van verschillende invalshoeken. In een eerste luik wordt gestart met een tocht door het verleden. Het cultuurhistorisch patrimonium komt tot leven, onder meer aan de hand van oud foto-materiaal. Hierna wordt de bezoeker geconfronteerd met allerlei beelden en geluiden die de veranderende stad van de laatste decennia evoceren: nieuwe hoofdstedelijke functies - internationalisering - kantooruitbreiding - tertionalisering - speculatie - leegstand - afbraak - monofunctionaliteit - prijzenescalatie - stadsvlucht - sociale uitsluiting - marginalisering - gewijzigde arbeidsmarkt - nieuwe bevolkingsgroepen - verkeerstoename - uitbreiding wegeninfrastructuur - nieuwe handels- en ontspanningsaanbod. In een tweede luik worden deze impressies uitvergroot aan de hand van de Jourdanwijk. Deze wijk gelegen aan de voet van het Berlaymontgebouw in het hartje van de Europawijk, is geëvolueerd van volkse buurt tot wat het nu is: een mengeling van kantoorgebouwen (Borchette, Eurogebouwen), grote wooncomplexen, concentraties van restaurants, wandelstraten enz... Men gaat echter verder dan het verklaren van, ook de mogelijkheden om in dit op het eerste gezicht ‘vicieuze’ samenspel van krachten in te grijpen, worden aan de hand van de Jourdanwijk aangegeven. Het samenspel (of het gebrek eraan) tussen de verschillende actoren komt aan bod, de overheid, de buurtbewoners al dan niet verenigd in een
wijkcomité, de promotoren... In een laatste luik worden de instrumenten aangegeven waarmee de burger, rechtstreeks of via zijn vertegenwoordigers, het aanschijn van zijn stad kan beinvloeden. Dit gaat van de eigen inspanning (gevelreiniging of verfraaring) tot de inspraak bij gewestplannen... De tentoonstelling is zeer informatief en didactisch opgebouwd, maar luchtig van aanpak. Er wordt allerlei visueel materiaal gebruikt: grote maquettes (de nieuwe Europese instellingen), luchtfoto's, videoen filmmateriaal... De tentoonstelling is ook voor jonge mensen vanaf 15 jaar zeer geschikt. |
- | ‘Gezicht in Zicht’ is een kindertentoonstellingsproject voor kinderen uit het basisonderwijs om spelenderwijs kennis te maken met hedendaagse kunst. Ze bevat werken van Bervoets, Burssens, Kokoschka, Kulhanek, Lafontaine, Lindstromm, Mazureck, Peire, Roggeman, Serron, Tasseel, van Biessen, Van Kerkchove, Verbaenen, Vereecken, Vertessen en maskers van Barong, Boiken, Ibo, Idoma, Pende, Tatanua. Deze collectie werd geselecteerd rond het thema ‘Gezicht in Zicht’ en is in 4 hoofdstukken onderverdeeld: Het zelfportret, Het dier in de mens, Gezichten kan je lezen, Het gesloten gezicht. Als groot thema in de kunstgeschiedenis werd hier de afbeelding van het menselijk gelaat genomen. De keuze van kunstwerken getuigt van een groot respect voor de jeugdige bezoeker en zij worden bovendien ook op kindvriendelijke hoogte opgehanten. Het beperkt zich echter niet tot een kijkervaring, doch maakt het geheel tot een actieve beleving door middel van het aangereikte didactische materiaal. Bij elk hoofdstuk hoort een activiteit met specifiek vervaardigd materiaal bv. spiegels, koffer met dierlijke attributen als bekken, snavels, neuzen, videofilm ‘bij de beesten af’, T-shirts met verschillende gelaatsuitdrukkingen, beluisteren van welbepaalde muziek. Elk thema wordt ingeleid door een gedicht van Geert De Kockere. Deze gedichten worden op doek in de ruimte opgehangen. De kinderen verwerven nieuwe inzichten vanuit een niet-belerende pedagogische invalshoek. ‘Gezicht in Zicht’ loopt van 4/11 t/m 26/11 in ‘Gemeenschapscentrum De Markten’, Oude Graanmarkt 5 te 1000 Brussel. Openingsuren: dinsdag tot zaterdag 12-18 u. (voor het publiek). ‘Gezicht in Zicht’ kan door scholen worden bezocht. Begeleiding is voorzien na tel. afspraak. Kostprijs per groepsbezoek van 1,5 uur (max. 20 kinderen): 500 fr. per groep. Voor ieder kind is een werkboekje met verdere
verwerkingsmogelijkheid inbegrepen. Voor alle informatie, inlichtingen kan u terecht bij Gemeenschapscentrum De Markten, Oude Graanmarkt 5 te 1000 Brussel, tel. 02/512.34.25 vragen naar Kathleen Zielens |
| |
• Charleroi
In het Palais des Beaux-Arts (Hôtel de Ville, Place Charles II, 6000 Charleroi, tel. 071/230.02.94) is nog tot 19/12 de tentoonstelling ‘De Aarde en het Paradijs - Mexicaanse maskers’ opgezet en dit in het kader van Europalia 93 Mexico. Open van dins- tot zondag van 10-18 u., op donderdag van 10-20 u. en maandag gesloten. De persoonlijke collectie van Rafael Coronel en de collectie die hij schonk aan het Museum van Zacatecas bestaan samen uit meer dan 11.000 maskers. Voor het Europese publiek heeft men hieruit de 400 belangrijkste stukken geselecteerd en bijeengebracht in deze tentoonstelling. 400 Mexicaanse maskers die in de achttiende, de negentiende en het begin van de twintigste eeuw werden gebruikt voor dansen, volksfeesten of religieuze ceremonieën. 400 meesterwerken van een zelden geziene kwaliteit, getuigen van de vruchtbare verbeelding van het Mexicaanse volk en van de beeldhouwkunst van over de hele wereld. 400 toegangspoorten tot een fantastische wereld, waarin sociale, religieuze, profane, magische, artistieke en andere aspecten van de talrijke Mexicaanse gemeenschappen samenvloeien. 400 voorbeelden van het verscheiden en mysterieuze gebruik van materialen: hout, leder, haar, huid,... verwerkt tot symbolische kleuren en vormen.
| |
• Diest
N.a.v. de herdenking van de 500ste verjaardag van de humanist Nicolaes Cleynaerts (1493-1542) plaatst het Stadsbestuur op 5/12 op de Grote Markt een massief bronzen beeld van zijn beroemde 16de-eeuwse onderdaan en tot 24/10 wordt tevens een tentoonstelling georganiseerd in het Stedelijk Museum, Stadhuis, Grote Markt onder de titel ‘Nicolaes Cleynaerts’. Van Diest tot Marokko’, dagelijks gratis toegankelijk van 10-12 en van 13-17 u. Info: 013/31.21.21. Cleynaerts was in vakkringen al bekend voor zijn Griekse en Hebreeuwse spraakkunsten - tot 1700 werden er naar schatting meer dan 500.000 exemplaren van gedrukt, verspreid over heel Europa - toen hij in 1531 met Ferdinand Colón, de zoon van Christoffel Columbus, naar Spanje trok om er Arabisch te leren. Na een professoraat in Salamanca en een vijfjarig verblijf aan het Portugese hof, waar hij de toekomstige koning Henrique opleidde, leerde hij in Granada een Arabische fqih kennen, met wie hij de koran las. Bij die lectuur kreeg zijn levensdroom vaste vorm. Cleynaerts raakte er nl. vast van overtuigd dat de muzelmannen best op vreedzame wijze te bekeren waren, als men ze maar in hun eigen taal te woord wilde staan, een opvatting die in het onverdraagzame Spanje van toen als roekeloos mag worden beschouwd. Toch stak Cleynaerts naar Fez (Marokko) over om er als christelijk priester gedurende twee jaar tussen de moslims te gaan leven en werken. Door verraad tot terugkeer gedwongen, stierf hij evenwel in het Alhambra voordat hij zijn levensdroom ten uitvoer kon brengen. Van zijn belevenissen in het zuiden liet Cleynaerts een schat van Latijnse brieven na, die, qua stijl en inhoud, een hoogtepunt in het literair-historisch erfdeel van onz Vlaamse gemeenschap vormen. In de rookzaal (1ste verdieping) loopt Cleynaerts in lino, een verzameling linosneden van de hand van de Diestenaar Wim van Petegem, die
taferelen uit Cleynaerts’ bewogen leven in beeld brengt. De kunstenaar selecteerde zijn lino's uit meer dan 600 voorstudies, vervaardigd bij de lectuur van Joris Tulkens’ Cleynaertsbiografie In de ban van Mohammed.. Door de samenwerking tussen beide Diestenaren krijgt de bezoeker een interessant beeld van de eigen wijze waarop ze, beiden gegrepen door de merkwaardige figuur van hun 16de-eeuwse stadsgenoot, aan Cleynaerts gestalte hebben gegeven. In het Stedelijk Museum, gevestigd in de middel-eeuwse kelders van het stadhuis, loopt de wetenschappelijke-vulgariserende tentoonstelling Nicaolaes Cleynaerts (1493-1993). Van Diest tot Marokko, georganiseerd in samenwerking van de K.U. Leuven en gesponsord door de Nationale Loterij. Ze geeft een overzicht van Cleynaerts’ leven en werken, illustreert zijn reizen doorheen Spanje, Portugal en Marokko, toont de eerste edities van Cleynaerts’ publikaties en werpt een licht op de uitstraling ervan in heel Europa.
| |
• Geluveld
N.a.v. 10 jaar activiteit in het atelier ‘Mont-Martre’ van kunstschilder-dichter Noel Vandorpe werd door Johan Nys een ‘Jubileumboek’ samengesteld, met reprodukties, teksten en gedichten van Noel Vandorpe, aangevuld met bedenkingen en commentaar van o.m. Herman Van der plaetse, Dirk Rommens, Lieve Portier, Johan Nys, Lisette de Vleeschauwer, Solange Sontag, Eva Pauwels, Marie-Anne Vindevogel en Maurice Bourgois. De voorintekenprijs bedraagt 1450 fr. Op 12/11 om 21 u. kan men tevens deelnemen aan een galabanket in ‘Goed Ten Houte’. Zeven Westvlaamse Meesterkoks (Jean Berquin, Frans Saint-Germain, Piet Lecot, Martin Herbrand, Roland Vervaeke, Griet Verhaeghe, Bertil de Groene) biede gratis hun medewerking met een uniek en uitzonderlijk menu als resultaat.
| |
| |
Deelnameprijs: 2750 BF. Voorintekening jubileumboek: 712-5501087-09 en deelname jubileumbanket: 712-5501086-08. De opbrengst van boek en banket worden geschonken aan de Multiple Sclerose Liga West-Vlaanderen.
| |
• Gent
N.a.v. de heropening van de Koninklijke Nederlandse Schouwburg (KNS) organiseert het Nederlands Toneel Gent (NTG) een feestweek van 14 t/m 23/10/93: op 14/10 ‘avant-première’ en op 15/10 ‘officiële opening’ en ‘creatie’ van ‘Onder de Torens’ door Hugo Claus geschreven voor het NTG (reg. Sam Bogaerts), voorafgegaan door een licht-show op de KNS en de historische gebouwen rond het St.-Baafsplein. 16 en 17/10: opendeurdag in KNS van 14-17 u. (gratis toegang); op 17/10 om 20 u. het Willem Breuker Concert in de schouwburg. Op 20, 21, 22 en 23/10: avondvoorstelling ‘Onder de Torens’ telkens om 19.30 u. Op 23/10 om 14.30 u. Colloquium ‘Theaterbeleid’ (gratis toegang). Het seizoenprogramma van het NTG omvat verder: ‘Onder de Torens’ van 15/10 t/m 20/11; van 11/12/93 t/m 22/01/94 ‘Tailleur pour Dames’ van Georges Feydeau - J.P. de Decker; van 5/2 t/m 5/3 ‘Duifke Klok’ van Karst Woudstra en Jan Devos; van 26/3 t/m 16/4 ‘Nathan de Wijze’ van G.E. Lessing en Eddy Vereycken; Kamagurka en Sam Bogaerts brengen van 14/5 t/m 12/6 ‘Tante Euthanasie gaat achteruit’ (werktitel). In het NTG 2-Minnemeers wordt van 9/11/93 tot 22/2/94 telkens op dinsdagavond het toneelexperiment ‘Het Salon’ opgezet waarbij door wisselende acteurs van het NTG aan ‘Spielerei’ wordt gedaan en van 5 tot 18/3 brengt ‘Het Salon’ dan een reeks voorstellingen van de bewerking die Heiner Müller in 1983 maakte van Shakespeares gruwelkroniek ‘Titus Andronicus’. Info: NTG-Bespreekbureau, KNS, St.-Baafsplein 17, 9000 Gent, dagelijks van 11-17 u. (niet op zon- en feestdagen), tel. 09/225.32.08, fax 09/225.33.17.
- | Uit de programmatie van de Gele zaal (Nonnemeersstraat 26, 9000 Gent, 09/235.37.03) kunnen we voor oktober nog volgende concerten aanbevelen: 19/10 (om 20.30 u.): Arabo-Andalousische muziek door Mohamed Khaznadji en ensemble en op 27/10 (om 20.30 u.): Los Camperos De Valles/Mexico. Boeiend is tevens de tentoonstelling ‘All that Jazz’ - Jazzfoto's van Jean Alleyn die loopt tot 10/11, op werkdagen van 9-17 u. en tijdens de concerten. Free-lancefotograaf Jean Alleyn, geboren in Wilrijk in 1949, werd reeds op jonge leeftijd aangetrokken door de wereld van show én muziek. Vooral in het jazz-milieu voelde hij zich thuis. Zijn passie is het fotograferen van muzikanten. In 1987 kreeg hij op de Diamond Photo Award een nominatie voor de foto van de jazz-drummer Art Blakey, wat hem internationale erkenning bracht. Hij benadert de muzikanten met oog voor het juiste moment. Getuigen de vele zwartwit foto's, met het specifieke spel van licht en donker, die de persoonlijkheid van de artiest een extra dimensie geven. De foto's van Jean Alleyn zijn geen zuiver kijkwerk, zij betekenen een speciale manier van emotieoverdracht en van diep mens-zijn. Dit is ook de essentie van de Jazzmuziek. |
- | Het heel aparte tijdschrift ‘Kunstforum-Nieuwsbulletin’ (postadres: Postbus 629, 9000 Gent; tel. 09/362.59.58, fax 09/362. 47.75) brengt bondig samengevat belangrijke en boeiende, vaak verrassende berichten en signalementen, informeert over alles wat er interessant actueel wereldwijd gebeurt en kan zeker worden beschouwd als een betekenisvol exclusief nieuwsblad op gebied van beeldende kunst. Het is geen tijdschrift met uitgesponnen kritische beschouwingen maar hoe bescheiden van omvang ook is ‘Kunstforum-Nieuwsbulletin’ effectief een buitengewoon, up to date informatief medium en een must voor allen die continu op de hoogte willen blijven van allerlei evenementen en faits divers. Om de actualiteit nog beter en completer op de voet te kunnen volgen verschijnen ook extrabladen die tusssentijds worden verzonden. Een abonnement, dat nu kan ingaan, omvat in zijn geheel 20 afleveringen (extra edities inbegrepen) die werkelijk de kernpunten van de internationale eigentijdse kunstwereld belichten. Voor het bewaren ontvangen de abonnees een mooie, praktische opbergmap. De prijs voor een abonnement bedraagt 636 BF te gireren op 000-0089921-02 of 446-0013871-43 van Kunstforum. |
- | Van 13 tot 24/10 vindt in Gent het 20ste Internationaal Filmfestival van Vlaanderen-Gent plaats met een zeer verscheiden programma dat in drie zalen wordt afgewerkt (Decascoop, Studio Skoop en Sphinx), terwijl nevenactiviteiten elders plaatsvinden: Dubbelconcert Filmmuziek op 15/10 en 9de Nacht van de Film op 23/10 in de Vlaamse Opera, Film op de Planken op 19/10 in het NTG. I.v.m. de eigenlijke programmatie kan men steeds terecht op de Festivaltelefoon (vanaf 1/10): 09/225.25.12. De voorbije 19 jaren heeft het ‘Internationaal Filmfestival van Vlaanderen - Gent’ een opmerkelijke evolutie en groei doorgemaakt. De recentste editie was goed voor 50.000 bezoekers. 1000 gasten uit binnen- en buitenland en een belangrijke uitstraling in de media. De 20ste editie van het festival wordt dus een feestelijke editie! Het programma van het ‘Internationaal Filmfestival van Vlaanderen - Gent’ is goed voor bijna 300 filmprojecten op 6 schermen, concerten filmmuziek, speciale prjojecties en eenmalige evenementen. De evenementen van het ‘Internationaal Filmfestival van Vlaanderen - Gent’ zijn traditioneel zeer in trek bij het publiek. |
- | Op 13 en 14/10 organiseert de Gentse Rijksuniversiteit een internationaal symposium met als titel ‘Interculturele aspekten van het figurentheater’ dat zich richt tot studenten, figurentheaterkunstenaars en geinteresseerden in de snel evoluerende dramatische expressie figurentheater. Het symposium wordt voorgezeten door Prof. Dr. Jaak Van Schoor, hoofd van de Afdeling Theaterwetenschappen van de vakgroep Kunst - Muziek - Theaterwetenschappen van de Rijksuniversiteit. Tot de belangrijkste gastsprekers behoren: Peter Schumann, stichter en artistiek directeur van het wereldberoemde Amerikaanse Bread and Puppet Theatre, professor Metin And van de Universiteit van Ankara, de belangrijkste specialist op het vlak van het Turkse Karageusschimmenteater, de Finse figurentheaterregisseur Sirppa Sivori-Asp, momenteel internationaal voorzitster van de Union Internationale de la Marionette en Michel Meschke, artistiek directeur van het Marionetteatern Stockholm, een specialist op het vlak van figurentheater in Azië en Latijns-Amerika. Het symposium begint op 13/10 om 10 u. in de Academieraadzaal van de Rijksuniversiteit Gent en duurt twee dagen. Voor meer inlichtingen kan men terecht bij Prof. Dr. Jaak Van Schoor, Rijksuniversiteit Gent, Afdeling Theaterwetenschappen, Blandijnberg 2, Gent. Tel. 09/264.40.77 en fax 09/264.41.95. Dit symposium kadert in het sluitstuk van de viering ‘25 jaar Teater Taptoe’. Het feestvierende gezelschap presenteert op dinsdag 12/10 om 21 u. in de NTG-Minnemeersschouwburg een unieke voorstelling door het Bread and Puppet Theatre van ‘The Old Art of Puppetry in the New World Order. Reservaties noodzakelijk op het Teater Taptoe secretariaat, tel.: 09/223.67.58 of fax 09/233.54.67. |
- | Het Instituut voor Conservatie en Restauratie werd opgericht als postgraduaat van het Hoger Sint-Lucasinstituut in Gent, met de bedoeling opleiding en bijscholing te verzorgen op alle vlakken van het behoud en de restauratie van ons erfgoed. In oktober zal het Instituut voor Conservatie en Restauratie starten met een vernieuwde opleiding ‘Deskundige Conservatie en Restauratie’. Deze wordt modulair gegeven en omvat in totaal 1290 lesuren, deels gedoceerd in dagonderwijs (op maandagen), deels in avond- en weekendonderwijs, onderverdeeld in diverse ateliers, lessenpaketten, modules en seminaries die onafhankelijk van mekaar en gespreid in de tijd kunnen gevolgd worden. Hierdoor kunnen de studenten de aan de cursussen te besteden tijd optimaal afstemmen op het aantal uren dat zij wekelijks beschikbaar hebben. Deze interdisciplinaire cursus geeft een allround opleiding inzake het behouden en het beheren van het cultureel erfgoed, en leidt niet tot gespecialiseerde uitvoerders - wél tot afgestudeerden die op een verantwoorde wijze kunnen omspringen met ons patrimonium. Hij richt zich aldus op de eerste plaats tot leidinggevende kaders die belast zijn of zullen worden met het opzetten en uitvoeren van het beleid, en tot afgestudeerden uit diverse richtingen die een beroep willen uitoefenen dat in verband staat met de instandhouding van ons patrimonium: monumentenzorg, museum- of archiefbeheer, de leiding van een restauratie-atelier, als onafhankelijk consulent, etc. Er zijn tevens open modules ‘Inleiding tot de Monumentenzorg’ en ‘Inleiding tot de Museumkunde’, die respectievelijk vanaf zaterdagen 23 en 30/10 e.k. door het Instituut voor Conservatie en Restauratie georganiseerd worden. Het betreft twee lessenreeksen, die telkens zeven zaterdagen van 9-18 u. omvatten, en die een basis-opleiding verschaffen op het vlak van hogervermelde thema's. Zij staan open voor alle belangstellenden, en vereisen
géén vooropleiding of bijzondere kennis. Informatie: tel. 09/223.42.90, of fax 09/223.46.36. |
- | Volkshogeschool Vlied, Gebr. Vandeveldestraat 68, 9000 Gent, tel. 09/223.20.64 organiseert op 20/11 van 9.15-17 u. een workshop ‘Schrijven om te zingen’, een dag rond het schrijven van liedjesteksten. Inschrijven voor 6/11 is noodzakelijk (beperkt aantal deelnemers!) en de bijdrage bedraagt 1250 fr. (documentatie, brochure en koffie inbegrepen). De begeleiding is in handen van Marc van Caelenberg, tekstschrijver van verscheidene top-artiesten. Hij is hoofdzakelijk werkzaam in het betere lichte genre, maar schrijft daarnaast ook chansons zoals de cyclus ‘Tussen Stonehenge en Montségur’. De jongste tijd publiceerde hij eveneens gedichten en verhalen in Vlaamse en Nederland- |
| |
| |
| se bladen. Hij wordt verder geregeld gevraagd om allerlei teksten en gedichten te schrijven voor grote Vlaamse evenementen. Voor het eerst is er nu in Vlaanderen een workshop waarin aankomende tekstdichters hun eigen werk aan dat van anderen kunnen toetsen en waarin ze zich kunnen oriënteren in de praktijk van het liedjesmaken. Het beperkte aantal deelnemers laat toe dat eenieder aan bod kan komen. Het uitgangspunt hierbij is niet dat de docent alles weet en aldoor aan het woord is, maar wel dat de deelnemers op aktieve wijze hun bijdrage leveren zodat we van elkaar kunnen leren. Van elke deelnemer wordt verwacht dat hij of zij voor 7 november een cassettebandje instuurt met daarop één liedje waarvoor hij of zij de tekst heeft geschreven, plus daarbij de duidelijk getypte tekst van dit liedje. Wie nog geen eigen werk op de plaat heeft, stuurt één duidelijk getypte liedjestekst van zijn of haar hand in. Tijdens de workshop nemen we deze teksten dan op constructieve wijze onder de loep. |
| |
• Gentbrugge
De Culturele Raad Gentbrugge bestaat 25 jaar en n.a.v. van die viering werd een huldetentoonstelling georganiseerd en een brochure uitgegeven, i.v.m. overleden beeldhouwers, vader Antoon en zoon Luciaan Van Parijs, geschreven door arch. Roger De Vocht uit Gentbrugge. Deze brochure belicht in tekst én beeld het leven en de kunst van deze beide kunstenaars. Antoon Van Parijs werd in de streek van Deinze zeer goed bekend door zijn ontwerpen van grafzerken, maar daarnaast is er van hen beiden heel wat beeldhouwwerk bewaard gebleven. Van Antoon kan men in Deinze het Dodenmonument bewonderen en van zoon Luc staat het René De Clercqmonument in Deerlijk. Info i.v.m. brochure en de kunstenaars bij Roger De Vocht, Gentbruggekouter 15, 9050 Gentbrugge.
| |
• Hasselt
Nog tot 19/12/93 staat de tentoonstelling ‘Met Le Loup op reis - Limburg door de 18de-eeuwse bril bekeken’ in het Stedelijk Museum Stellingwerff-Waerdenhof, Maastrichterstraat 85, 3500 Hasselt te kijk, doorlopend van dins- tot vrijdag van 10-17 u., op zater- en zondag an 14-18 u. (gesloten op maandag en op 1, 2 en 11/11). Info: Dienst van Toerisme: tel. 011/25.95.43. Le Loup, een kunstenaar uit Spa - dat een zekere traditie kende in de landschapstekenkunst - is tijdens de jaren dertig van de 18de eeuw heel het prinsbisdom, waartoe ook het huidige Belgische Limburg behoorde, doorgereisd om er overal ter plekke gezichten op steden, abdijen en kastelen te tekenen. Slechts een gedeelte van deze gezichten verschenen nadien als gravure in hogergenoemd boekwerk. De meeste originele ontwerptekeningen, die van minder artistiek niveau doch van uitzonderlijke documentaire waarde en als het ware ‘foto's’ van rond 1736 zijn, bleven evenwel bewaard. Het museum stelt hieruit die originele tekeningen tentoon die het huidige Belgische Limburg als onderwerp hebben, en dit in confrontatie met het heden. In de rand hiervan worden tevens de uitgave van Les Délices du Pays de Liège en soortgelijke uitgaven uit die tijd, auteur de Saumery en uitgever Kints gesitueerd en belicht. Vanaf 1738 tot in 1744 gaf de Luikse uitgever Evrard Kints het prestigieuze boekwerk Les Délices du Pays du Liège in vijf delen door Pierre Lambert de Saumery (oca. 1690-†na 1767) uit. In dit boekwerk vindt men ondermeer een beschrijving van alle steden, de meeste abdijen en heel wast kastelen en buitenhuizen in het toenmalige prinsbisdom Luik, geïllustreerd met talrijke kopergravures en ontwerptekeningen Remacle le Loup (al naar gelang de bron: o1708 of 1711 - †1746 of 1749).
- | Van 30/10 tot en met 27/11 organiseert het Literair Museum Hasselt (Frans Massystraat 13, 3500 Hasselt, tel. 011/22.26.24) de tentoonstelling ‘Waar komen de boeken vandaan?’. Alle stappen bij het maken van een boek, van manuscript tot eindprodukt worden toegelicht. Wat is de taak van de auteur, illustrator, vormgever, uitgever, ...? Kinderen, maar ook volwassenen krijgen de kans een kijkje te nemen in de boeiende wereld van de schrijver, uitgever, lithograaf, drukker, boekbinder,... Dit gebeurt aan de hand van originele prenten, foto's en voorwerpen uit de drukkers- en uitgeverswereld. Vanaf december '3 begint deze tentoonstelling aan een rondreis door Vlaanderen en Nederland. Open van maan- tot zaterdag van 13-17 u. en op afspraak. Gesloten op zon- en feestdagen. |
| |
• Herenthout
Het Centrum Gregoriaans is in de schoot van de v.z.w. Concertvereniging der Kempen langzaam gegroeid tot wat het nu is. Reeds in 1985 werden Gregoriaanse dagen georganiseerd. Het was een ontmoetingsplaats voor vele belangstellenden. Mede onder impuls van de cursisten groeide geleidelijk aan het besef dat de cursus meer structuur behoefde, wil het Centrum volwaardig tegemoetkomen aan de noden en wensen van de onderscheiden belangstellenden. Inderdaad is de groep zeer heterogeen: hij omvat zowel conservatoria-studenten als dirigenten als beginners die amper nog Gregoriaans kennen, maar gefascineerd zijn door de innerlijke rijkdom ervan. Om aan hen allen, elk op hun niveau, tegemoet te komen werd de huidige modulaire structuur ontworpen: iedere cursist, of hij nu volleerd muzikant of absolute beginneling is, kan op zijn niveau instappen en zich vervolmaken tot een verantwoord en boeiend beoefenen van het Gregoriaans. De cursus is dus opgevat als een integrale opleiding. Want daar begint alles mee. Gregoriaans is - misschien helaas - pas heel recent een echte wetenschap geworden. Recente ontdekkingen en studies hebben aan het oude Gregoriaans een heel nieuw en vooral dynamisch perspectief gegeven: de oude handschriften, waaruit de huidige bloknotenschrift is geëvolueerd, bieden immers een massa ritmische nuances die tot de essentie behoren van het tekst-zingen. Ook op gebied van modaliteit (kerktoonaarden) heeft de wetenschap nieuwe gezichtspunten geboden, zodat ook de muzikaliteit van het Gregoriaans juister verstaan kan worden. Het zijn de ontdekking die het Gregoriaans een studie waard maken, omdat zij aan het Gregoriaans de muzikale dynamiek teruggeven die het jarenlang heeft moeten missen. Deze studie is trouwens niet alleen nuttig voor de beoefening van het Gregoriaans zelf. Ook bij het zingen van onze ‘modernere’ liederen is het tekst-zingen, zoals dat in het Gregoriaans geleerd wordt, van grote waarde. Gregoriaans
beoefenen is dus inderdaad een nieuwe muzikale en spirituele belevenis geworden. De modulaire opbouw van de cursus en het ritme van 6 lesdagen per cursusjaar laten toe om op vrij korte tijd de leerstof onder de knie te krijgen zonder daarbij gedurende een al te lange periode benomen te zijn. De studie wordt begeleid door docenten, die in België en Nederland erkenning genieten. Hun lessen zijn niet eng theoretisch maar vooral praktijkgericht. Zij maakten uitgewerkte en pedagogisch aangepaste syllabi. Zij geven ook huistaken mee, maar vooral... enthousiasme voor een spiritueel en cultureel erfgoed dat sinds de eerste eeuwen van de kerk tot nu de liturgie bezielde en dat, na de stormen van de laatste jaren, thans herontdekt wordt. Zo sluit deze cursus aan bij een eeuwenoude en tegelijk moderne traditie. Praktisch: data: 30/10, 20/11, 18/12, 22/1, 19/2 en 19/3. Plaats: Oude Abdij, Drongenplein 27, 9031 Drongen (Gent), tel. 09/226.52.26. Prijs: cursus met middagmaal 8.300 fr. per persoon (all in) en zonder middagmaal: 6750 fr. per persoon (all in). Info en inschrijving: Centrum Gregoriaans, p/a Mevr. M. Fleerackers, Zelle 8, 2270 Herenthout.
| |
• Ingooigem
In 1980 werd het Provinciaal Museum Stijn Streuvels - Het Lijsternest te Ingooigem (Anzegem) voor het publiek opengesteld. Het Lijsternest, gelegen in een nog bijna ongerepte landelijke omgeving, werd door Stijn Streuvels (Heule 3-10-1871 - Ingooigem 15-9-1969) gebouwd. Hij heeft er van 1905 tot aan zijn dood geleefd en er een groot literair oeuvre geschreven. Het huis werd aangekocht door de Provincie West-Vlaanderen en ingericht als een herinneringsmuseum waarin de leefdwereld van Stijn Streuvels optimaal in haar oorspronkelijke staat wordt bewaard. In 1988 keurde de Westvlaamse Bestendige Deputatie ‘Actieplan 5’ goed. Het plan had en heeft tot doel om tussen 1989 en 1994 - 25 jaar na het overlijden van Stijn Streuvels - een nieuw elan te geven aan dit herinneringsmuseum. In dit kader werd het schuurtje van het Lijsternest volledig ingericht als tentoonstellings- en vergaderruimte. Het wordt ter beschikking gesteld voor niet-commerciële tentoonstellingen en als vergaderzaal voor het verenigingsleven. In 1992 werd het binnenhuis van het Lijsternest opnieuw geschilderd. Samen met de familie Lateur lukte het om de kleursamenstelling, indertijd gekozen door Streuvels' vriend Valerius De Saedeleer opnieuw te realiseren. Intussen werd ook de biografische tentoonstelling over Streuvels, ondergebracht in de keuken van het huis, volledig vernieuwd. Het materiaal is ook beschikbaar in een fotobrochure die in het museum kan gekocht worden (50 fr.). Verder blijven ook de vier kleine fototentoonstellingen over Stijn Streuvels beschikbaar voor de scholen en verenigingen die dit wensen. Elke tentoonstelling bestaat telkens uit 2 panelen met foto's. De vier thema's zijn: Streuvels en de Vlaamse literatuur en de wereldliteratuur; Streuvels, Vlaming en kosmopoliet; Streuvels' eigen werk; Streuvels als fotograaf. De panelen kunnen ook samengevoegd worden. Aanvragen te richten aan de Provinciale Dienst voor Cultuur,
Provinciehuis Boeverbos, Koning Leopold III-laan 41, 8200 Sint-Andries, tel. 050/40.34.34. Het Provinciaal Museum Stijn Streuvels is gelegen te Anzegem (deelgemeente Ingooigem) en is te bereiken o.a. via de autoweg E17 (Gent-Kortrijk), afrit Deerlijk - richting Vichte-Ronse. Het museum is iedere dag open van 10-12.30 u. en van 13.30-18 u. Geleide
| |
| |
bezoeken (maximum 25 personen) zijn mogelijk, mits tijdige aanvraag op het telefoonnummer 056/77.72.14. Prijs: 550 fr. Sluitingsdag: de maandag.
| |
• Koekelare
De gemeente die zichzelf betitelt als ‘het groene hart van het Houtland’ kwam n.a.v. de Monumentendag van 12/9/93 in de aandacht door zijn bekroning met de Monumentenprijs voor de restauratie van de Brouwerij (Christiaen) en de daarbij horende paardestallen, zodat het complex plaats biedt aan het ‘Fransmansmuseum’ en de ‘Käthe Kollwitztoren’ (de vroegere ast of mouttoren). Deze rehabilitatie van de brouwerij-site is een onderdeel van de dorpskernherwaardering en tevens een middel om het industrieel erfgoed te valoriseren. In dit brouwerijcomplex zijn ondergebracht: de gemeentelijke bib, socio-culturele ontmoetingsplaatsen, het receptie-gedeelte van het gemeentehuis, de Käthe Kollwitztoren, een brouwerij-aandenken, het museum van de ‘Fransmans’ (waarin het levensverhaal van de Vlaamse bietenmannen en astwerkers in Frankrijk wordt gememoreerd) en een kruiden- en bloementuin. Het museum en de Kollwitztoren zijn van dinsdag tot vrijdag open van 9.30-12 u. en van 14-17 u.; in juli en augustus ook op zaterdag, zondag en feestdagen van 14-17 u.; gesloten op maandag.
- | Raf Seys en Raymond Arren publiceerden het boek ‘Per tram de geschiedenis van Koekelare in en uit’, rijk geïllustreerd, 280 blz. Bestellen door 585 fr. (verzendingskosten incl.) over te maken op rek. 068-2047923-86 van de heemkring Coclariensia, Ringlaan 1, 8680 Koekelare. Raf Seys is tevens de auteur van het tweedelige werk ‘Uit het leven en werk van Karel Vander Espt’. Dit boek kost 525 fr. (rek. nr. hierboven) en het werd uitgegeven n.a.v. de 100ste verjaardag van de geboorte (1891) van priester Karel Vander Espt. Karel Vander Espt, doctor in de wijsbegeerte en godgeleerdheid, professor aan het Amerikaans College te Leuven, waar hij om zijn Vlaamsnationale gezindheid degradeerde tot ‘petit vicaire’ te Diksmuide, daarna te Vladslo, zoals Cyriel Verschaeve dit was te Alveringem en Odiel Spruytte te Slijpe. Geboren te Koekelare op 1 december 1891, priester gewijd te Rome op 7 april 1917, plots overleden te Oostende op 19 april 1938 na zich te Vladslo met zijn jachtgeweer geschoten te hebben. Zijn fijnbesnaarde en hoogbegaafde natuur was gebroken onder het gewicht van de miskenning. Hij schreef een 6-tal merkwaardige drama's, die evenwel alle onuitgegeven bleven. ‘Uw gaven stonden in uw weg, gij werdt gewurgd door uw talenten, de macht van uw leven deed het stuk springen, uw grootheid stikte in de omgevende kleinheid.’ (Cyriel Verschaeve). |
| |
Koksijde
‘De Landheer van de stilte. Gery Florizoone, leven en werk’ is de titel van het boek waarmee Rudolf van de Perre de person en het werk van ons redactielid, wijlen Gery Florizoone, opnieuw in de aandacht brengt. Het boek werd uitgegeven door Lannoo/Tielt en wordt te koop aangeboden voor 895 fr. (over te maken op rek. nr. 477-2014999-89 van de Stichting Gery Florizoone, 8670 Koksijde). Gery Florizoone is uit de ontwikkeling van de hedendaagse Vlaamse poëzie niet weg te denken. Rudolf van de Perre, die met zijn poezie bijzonder vertrouwd is, schrijft met de ‘De landheer van de stilte’ een uitgebreide monografie die het leven en het werk van deze dichter op een indringende wijze belicht. Het eerste deel brengt het goed gedocumenteerde verhaal van zijn leven, met aandacht voor de elementen die bepalend zijn geweest voor de ontwikkeling van zijn dichterschap. In het tweede deel gaat de auteur uitvoerig in op de gedichten zelf. Bundel na bundel wordt geanalyseerd en met talrijke voorbeelden geïllustreerd. Daarna volgt een synthese, waarin nog eens de krachtlijnen worden samengebracht die het poëtisch universum van Gery Florizoone schragen. De studie wordt afgerond met een selectieve bibliografie.
| |
• Kontich
Tien jaar geleden overleed Willem De Meyer, deze Vlaamse Bard, die gedurende bijna een halve eeuw, ons volk zingend heeft wakker gehouden. Op 7/11 (14.30 u. in de KNS) wil VVKB bewijzen dat, mede dank zij Willem De Meyer, ons volk nog kàn en wil zingen. Gust Teugels, belast met de samenstelling en coördinatie van deze 28ste Dag van het Vlaamse lied, doet via deze weg een oproep, misschien ook naar u. Wie heeft Willem (persoonlijk) gekend en van hem kan getuigen of herinnert zich markante gebeurtenissen of fijne anekdotes over hem? Laat het weten of bezorg het aan: Gust Teugels, Vredestraat 181 - 2550 Kontich (03/457.18.20).
| |
• Kortrijk
Op 23/10 organiseert het Postuniversitair Centrum West-Vlaanderen i.s.m. het Overlegcentrum Christelijke ethiek van de K.U. Leuven een symposium met als titel ‘Op zoek naar een mensbeeld voor de 21ste eeuw’. Als sprekers treden op Prof. Mgr. G. Maertens, Prof. dr. H. Van den Berghe, Prof. dr. U. Melle, Prof. Fr. Ir. P. De Meester, Prof. dr. H. De Dijn en Prof. dr. J. Van der Veken. Men start om 9.30 u. en eindigt om 16.30 u. De inschrijvingsprijs (lunch incl.) bedraagt 1500 fr. Inschrijving en info: Postuniversitair Centrum West-Vlaanderen, Ontvangersstraat 3, 8000 Brugge. Tel. 050/33.94.16 of K.U. Leuven Campus Kortrijk, E. Sabbelaan 53, 8500 Kortrijk. Tel. 056/24.61.84. Men zegt dat de ethiek in deze tijd van razendsnelle ontwikkelingen een uiterst belangrijk aspect is van de filosofische reflectie. Men zegt ook dat de ethiek, bijna uiteraard, de gebeurtenissen achternaholt en dat je soms alleen maar achteraf moet vaststellen dat onheil reeds is geschied. Met dit colloquium onder de titel ‘Op zoek naar een mensbeeld voor de 21ste eeuw’ wil het Postuniversitair Centrum West-Vlaanderen een poging doen om vooruit te kijken. Is, ten aanzien van de evolutie van wetenschap en technologie, doemdenken gerechtvaardigd? Of loopt het allemaal zo'n vaart niet en heeft de mensheid uiteindelijk meer ‘gezond verstand’ dan soms wil blijken? Twee cruciale sectoren krijgen de aandacht: de genetische problematiek en de bedreigingen voor het leefmilieu.
- | Begin maart werd voor Zuid-West-Vlaanderen een vzw ‘Vlasvallei’ opgestart met als doelstelling het waardevol industrieel archeologisch patrimonium te ontsluiten voor een breed publiek. Meteen maakte de vzw werk van een dossier ‘Dag van het Industrieel Erfgoed’ op 24/10, dat in het kader van de Intereggfondsen werd ingediend. Daarbij werd voorgesteld om in samenwerking met de Franse partner Proscitec een circuit uit te werken langs de Leie tussen Armentières en Waregem, met de bedoeling een gemeenschappelijk industrieel patrimonium open te stellen en te promoten. Halfweg mei werd een dossier voor financiering opgemaakt met een budget ten belope van 3.150.000 fr De EEG neemt 1.575.000 fr. voor haar rekening. De Provincie West-Vlaanderen, de intercommunale Leiedal en enkele andere partners zegden reeds hun steun toe. Momenteel wordt nog gesproken met de Vlaamse Gemeenschap, gemeentebesturen, banken, verzekeringsmaatschappijen, firma's, ... Momenteel liggen reeds een twaaftal waardevolle sites vast die op 24/10 zullen worden opengesteld. Daaronder zijn te vermelden: het Vlasmuseum te Kortrijk, het Tabaksmuseum te Wervik, het Energiemuseum te Zwevegem, en het Tabaksmuseum te Harelbeke Daarnaast werd met de Stoomstichting West-Vlaanderen afgesproken dat een drietal stoommachines operationeel zullen zijn op 24 oktober (o.a. te Kuurne). De Vereniging van Westvlaamse Molens stelt anderzijds voor om de Watermolen te Anzegem, Preetjesmolen te Heule, de molen te Marke en de molen Ter Geest en Ter Zande te Deerlijk in het circuit op te nemen. Dit circuit zal aangevuld worden tot een geheel van 20 à 25 sites in Zuid-West-Vlaanderen, en ongeveer een gelijk aantal aan Franse zijde. Info: A. Linters, Voorzitter van de vzw Vlasvallei, p/a Bissegemplaats 6, 8500 Kortrijk, tel. en fax 056/35.91.02 of bij J. Maeseele, secretaris, p/a intercommunale Leiedal, Pres. Kennedypark 10 te 8500 Kortrijk, tel.
056/21.96.01 en fax 056/22.89.03. |
| |
• Leuven
Vijf jaar geleden besloten de literaire uitgeverijen De Clauwaert en het Davidsfonds te gaan samenwerken. Beide uitgeverijen hadden een grote literaire traditie (De Clauwaert werd opgericht in 1948 en heeft een rits literaire fondsauteurs waarvan Filip de Pillecyn, Rose Gronon, Paul Lebeau en Maria Rosseels de oudste zijn). Het Davidsfons brengt literair werk sinds zijn stichting in 1875 en heeft eveneens enkele belangrijke fondsauteurs, waarvan Felix Timmermans ongetwijfeld de meest bekende is. Samen hebben beide Leuvense uitgeverijen in de loop van de jaren ook heel wat debuten gebracht en zo mede de doorbraak mogelijk gemaakt van nieuw literair talent. Op vandaag zijn zij zowat de enige onafhankelijke Vlaamse literaire uitgeverijen in een landschap dat steeds meer gedomineerd wordt door concerns uit de Hollandse Randstad. Vanaf dit najaar gaan De Clauwaert en de literaire tak van Davidsfonds/Uitgeverij nauw samenwerken onder de gezamenlijke imprint Davidsfonds / Clauwaert. Onder deze naam verschijnen voortaan alle uitgaven die betrekking hebben op literatuur en taal (poëzie, bloemlezingen, romans, taalboeken...). De boeken krijgen een nieuwe en duidelijk geprofileerde vormgeving met onder andere een groter formaat. De romans en verhalenbundels blijven verder gebonden, maar er komt een nieuw logo van de hand van boekarchitect Gregie de Maeyer. - - Uiteraard blijft de literaire vereniging De Clauwaert met haar eigen lidmaatschapsformule en activiteiten verder bestaan. Voorzitter van de uitgeverij en de vereniging is prof. Jos Smeyers, secretaris-generaal Norbert D'Hulst. De novellenreeks van De Clauwaert, een unicum in het
| |
| |
hele Nederlandse taalgebied met reeds meer dan honderd titels, brengt drie nieuwe werken: Gevecht met de els van Willy de Bleser, Kwadratuur van Frank Liedel en De judaskus van Toon Reyniers. Bij de romans is er een opmerkelijk debuut: Afrika retour van Marcus Leroy, die jarenlang actief was op de samenwerkingsafdeling van de Belgische ambassade in Kinshasa. Dit realistisch verhaal van ontwikkelingswerkers is meteen een kritische kijk op de internationale samenwerking. Een mond van steen, het zesde boek van Jacques Hoste, begint met de ontgoocheling van Geert Vermeulen die als ontwikkelingshelper getuige is van de hoogtijdagen en de val van de Sandinisten in Nicaragua. Anne Blanche, de tweede roman van Cécile Vanderstraeten, speelt tussen het eiland Mauritius en Zuid-Afrika in een scharniertijd. Kris Peeraer, van wie pas in het voorjaar De stille liefde van Indochina verscheen (een boek dat ook in Nederland werd opgemerkt!), brengt al zijn tweede roman, Margaretha Sidonja, en bewijst daarmee andermaal zijn evocatiekracht. Bij de vijfenzestigste verjaardag van Herman Vos verschijnt de verhalenbundel Zeg maar Napoleon, acht kleurrijke fresco's. Er zijn ook drie bloemlezingen Gedichten 1993 van Hubert van Herreweghen en Willy Spillebeen selecteert zowat vijftig beste gedichten die het voorbije jaar verschenen in de literaire tijdschriften. Wij hebben zes ridders voorbij zien gaan is een verzameling moderne balladen bijeengebracht door Erik Verstraete en aangrijpend geïllustreerd met werk van Kathe Kollwitz. Een kanjer van een werk is de bloemlezing oude Griekse literatuur van Patrick Lateur. Muze, zeg me... zal voor sommige lezers nostalgische herinneringen oproepen. Voor wie nog niet rechtstreeks in contact kwam met de Griekse
literatuur is het een ware ontdekking. In zijn essay De toetsen van Erasmus brengt prof. Marcel Janssens een schitterende, diepgaande analyse van de relatie tussen lezen en t.v.-kijken. Ten slotte is er de totaal nieuwe uitgave van Ik schrijf zonder fouten. Deze bijzonder praktische handleiding van prof. Jos Smeyers kende al 20 drukken, goed voor meer dan 80.000 exemplaren. Ze werd nu grondig geactualiseerd door Paul Cockx, directeur van de Taaladviesdienst van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap.
- | Het Studiecentrum Vlaamse Miniaturisten, de stad Leuven, de K.U.L. en het Davidsfonds nodigen uit tot de tentoonstelling ‘Tover van de Middeleeuwen. Vlaamse Miniaturen voor Van Eyck’, Romaanse Poort, Brusselsestraat 63, 3000 Leuven, tot 7/11. Open van dins- tot en met donderdag van 10-18 u., op vrijdag van 10-22 u., zater- en zondag van 13-18 u. (gesloten op maandag). Toegangsprijzen 150 fr. (met reductiemogelijkheden). Info: voor bezoek en reservatie van rondleidingen: Romaanse Poort (telefoon 016/22.45.64; fax 016/29.12.15). N.a.v. deze tentoonstelling verschijnt ook een boek (495 fr.). Deze expositie toont hoogtepunten van de Vlaamse miniatuurkunst omstreeks 1400. Ze maakt duidelijk hoe deze tot nu toe onterecht vergeten kunst de bakermat vormde voor de Vlaamse primitieven. Vele tentoongestelde stukken zijn nooit eerder door het publiek te zien geweest. In primeur worden ook recente ontdekkingen getoond. Heel wat toppers uit de meest waardevolle Europese én Amerikaanse verzamelingen komen bovendien voor het eerst sinds eeuwen terug naar Vlaanderen. Zij vinden een subliem kader in de Gotische Kapel van de Romaanse Poort. De bezoeker maakt ook een wonder scheppingsverhaal mee: van ordinair dierevel tot kostbaar handschrift vol precieuze miniaturen. Hij maakt kennis met perkamentmakers en verluchtersateliers, met schrijvers en miniaturisten, met ‘uitgevers’ en kopers uit de tijd van toen, met het graafschap Vlaanderen als centrum van artistieke produktie voor de toenmalige wereldmarkt... Video, CDI en andere moderne audiovisuele mogelijkheden zorgen voor aangename beleving. De tentoonstelling onthult bovendien nieuwe informatie over de economie, het dagelijkse leven, de devotie, de cultuur en het intellectuele klimaat in de 14de en 15de eeuw. Deze confrontatie met de laatmiddeleeuwse mens en zijn beeld van de wereld plaatst de bezoeker voor verrassingen... en totaal onverwachte overeenkomsten
met onze tijd. Hij ziet de late middeleeuwen daardoor met andere ogen. ‘Tover van de middeleeuwen. Vlaamse miniaturen voor Van Eyck’ laat genieten van heel bijzondere kunst. De tentoonstelling introduceert in de symboliek van de middeleeuwse beeldentaal. Zij toont een nieuwe kijk op een periode uit de Vlaamse middeleeuwen, die de Europese cultuur op nieuwe wegen gestuurd heeft. Zowel voor het secundair onderwijs als voor het ruime publiek staan gidsen ter beschikking. Elke bezoeker krijgt gratis een overzichtelijke wandelbrochure als leidraad door de tentoonstelling. Deze expo is een inhoudelijke realisatie van het internationaal gewaardeerde Studiecentrum Vlaamse Miniaturisten aan de K.U. Leuven. Onder meer naar aanleiding van dit evenement verwierf het Centrum vanwege de Vlaamse Regering financiële mogelijkheden, evenals de titel ‘Cultureel Ambassadeur van Vlaanderen’. |
- | De Concertvereniging van het Lemmensinstituut deelde ons het programma van het seizoen 1993-94 mee. Alle concerten vinden plaats in de Concertzaal van het Lemmensinstituut, Herestraat 53, 3000 Leuven (voor info: tel. 016/22.08.03) en beginnen om 20 u. Reeksconcerten: 200 fr.; feestconcert (3/12): 300 fr. 14/10: orgelrecital door Kristiaan Van Ingelgem - 21/10: Uitreiking Prijs Cera-Jeugd en Muziek Vlaanderen (zie in de rubriek: Prijskampen) - 28/10: Symfonisch Orkest Lemmensinstituut o.l.v. Edmond Saveniers en trompetsolo van Ward Hoornaert, werk van L. Van Beethoven, C. Franck, J.N. Hummel. - 18/11: Nico Baltussen, viool en Catherine Mertens, piano met werk van C. Franck, F. Geysen, W.A. Mozart en M. Ravel. - 25/11: Jonge pianisten spelen ‘Cabus’ n.a.v. de 70ste verjaardag van de componist: Geert Callaert, Steven en Stijn Kolaçny, Filip Mertens, Els Swinnen, Sabine Tamsyn en Carl Vandoorne. - 3/12: Creatie ‘Marcuspassie’ van Piet Swerts door Koor en Orkest van Lemmensinstituut o.l.v. Piet Swerts. - 9/12: Pianorecital door Edith Picht-Axenfeld met werk van L. Van Beethoven, W.A. Mozart en F. Schubert. - 22/12: Kerstconcert met Koor en Harmonieorkest Lemmensinstituut o.l.v. Jan van der Roost met werk van G. Bizet, Jacob & Jan de Haan, P. Grainger, A. Reed, J. Rutter en J. Van der Roost. |
| |
• Leuven-Zaventem
Aquarelliefhebbers kunnen een 5-daagse cursus volgen bij Zoltan Szabo, een van de vermaardste aquarellisten van de V.S.A., die reeds meerdere boeken publiceerde over aquarelverven. De cursus loopt van 25 t/m 29/10 en voor info kan men terecht bij Andréa Matthijs, Hoogstraat 13, 1930 Zaventem, tel. 02/720.02.60. Aantal deelnemers is beperkt!
| |
• Lummen
Bij Hermine Aerts, Oosterhof Lummen (tel. 013/52.20.28) kan men alle informatie bekomen i.v.m. de cursussen die door de vzw ‘Werkelijk Kunstenaar zijn’ i.s.m. het Gemeentebestuur en de Dienst Jeugd en Cultuur worden georganiseerd, nl. Tekenen, schilderen en boetseren (10 lessen), Pottendraaien en glazuren en Meestercursus en model-tekenen. Deze cursussen staan open voor jong en oud.
| |
• Mechelen
In een tijd, waarin iedereen de mond vol heeft over integratie, maar het meestal houdt bij mooie woorden, heeft Bernd Radtke een middel gevonden om een groep van onze maatschappij te integreren die helemaal in de vergeethoek dreigt te verzeilen: de jonge gehandicapten. Hiertoe richt hij, nu sinds vijf jaar, een gitaarkamp in, waar jonge mensen samen met gehandicapten, een opleiding krijgen om gitaar te spelen. Hiertoe is geen basiskennis van notenleer vereist, aangezien Bernd en eigen methode heeft ontwikkeld om het gitaar spelen aan te leren. Voor hem is de muziek in de eerste plaats communicatie middel en hobby meer dan middel tot professionalisme. Na het geslaagde gitaarkamp van juli 11. waaraan naast Portugezen, Duitsers, Nederlanders en Hongaren, ook vertegenwoordigers van Aboe Dhabi deelnamen, richt Bernd Radtke ditmaal een tweede gitaarkamp in van 31/10 t/m 5/11 e.k. in het Provinciaal Vormingscentrum, Smekenstraat 61, 2390 Oostmalle. Weer is er internationale belangstelling en deelnamen en ditmaal gaat de zogenaamde talentenavond door in Antwerpen in het kader van ‘Antwerpen 93’. Ook de overheid bleef niet onberoerd voor dergelijk initiatief. Zo krijgt Bernd Radtke de volledige steun van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Dienst Volksontwikkeling, het programma van Horizon en van de Commissie van de Europese Gemeenschap. Het geheel heeft dus een internationaal tintje, gezien op die kampen ook internationale waarnemers aanwezig zullen zijn o.m. therapeuten, vormingsleiders en animators om de gevolgde methode te observeren en later toe te passen in hun land. Info: Secretariaat-Briefwisseling, Dennenstraat 16, 2800 Mechelen, tel: 015/41.51.28.
| |
• Oostende
De heer W. Van den Bussche, conservator van het Provinciaal Museum voor Moderne Kunst (P.M.M.K.) doet een oproep tot alle jonge kunstenaars uit ons land. We laten hem graag zelf aan het woord: ‘De verzameling van het P.M.M.K., Museum voor Moderne Kunst - Oostende, biedt een overzicht van de moderne en hedendaagse kunst in België. Deze opzet is uniek en vereist dat de activiteiten van de (jonge) kunstenaars op de voet worden gevolgd. Maar omdat het voor mij zelfs in dit kleine land onmogelijk is alle kunstenaars te volgen, hun tentoonstellingen te zien of hun atelier te bezoeken, zonden artiesten mij in het verleden soms spontaan dossiers op over hun artistieke bezigheden.
| |
| |
Deze dossiers heb ik steeds met aandacht bestudeerd. Daarom zou ik nu graag een oproep lanceren aan alle jonge kunstenaars uit ons land om mij een dossier te bezorgen waarin zij zichzelf en hun werk voorstellen.’ Alle informatie wordt vóór 31 oktober op het volgend adres verwacht: P.M.M.K., t.a.v. de heer W. Van den Bussche, Hoofdconservator, Romestraat 11, 8400 Oostende.
| |
• Oostende / Brussel / Antwerpen
Om 20.30 u. treedt op 24/10 in het Casino Kursaal Oostende (tel. 059/70.51.11 - fax 059/70.85.86) het Béjart Tokyo Ballet (met 93 dansers). op met op het programma ‘Sacre du Printemps’ en de ‘Boléro’ van Ravel. Het Tokyo Ballet mag beschouwd worden als het petekind van Maurice Béjart. Sedert zijn beslissing om in de toekomst zijn eigen gezelschap, het ‘Rudra Béjart Lausanne’, te beperken tot 25 top-niveau solisten, besteedt de wereldvermaarde choreograaf een groot deel van zijn tijd aan dit ballet, bestaande uit 93 dansers. De grootste meesterwerken van Béjart staan op hun repertoire en in 1987 kenden zijn triomfen tijdens hun wereldtoernee met de ‘Kabuki’, speciaal voor hen gechoreografeerd door de grootmeester. Sedert deze samenwerking worden zij in de hele wereld beschouwd als een der beste balletgezelschappen van onze tijd en treden zij dikwijls op onder de naam van hun peter: ‘Béjart Tokyo Ballet’. Ook dit jaar; creëerde Béjart ‘M’ (Mishima), een nieuw totaal spektakel rond de figuur van de Japanse dichter Yukio Mishima, voor de dertigste verjaardag van het Tokyo Ballet. De première in Japan op 31/08 kende een ware triomf. Tijdens hun Europese toernee 93 met optredens in de meest befaamde zalen zoals de ‘Wiener Staatsoper’, het ‘Teatro Alla Scala’, de ‘Opéra de Paris’, de ‘Deutsche Oper Berlin’ komt het Tokyo Ballet voor zes dagen naar België (23-28/10). In het Koninklijk Circus (02/218.20.15) in Brussel, wordt ‘M’ (Mishima) de nieuwe wereldcreatie van Béjart voorgesteld op 27 en 28/10. In het Casino Kursaal Oostende brengt het Béjart Tokyo Ballet: ‘Don Giovanni’ en (in wereldexclusiviteit) ‘Sacre du printemps’ en de wereldbekende ‘Boléro’ van Ravel op
23/10. Onmiddellijke reservatie wordt ten zeerste aanbevolen via: Info-Lokatie Casino Kursaal Oostende, open alle dagen (10-13 u., 16-19 u.) of telefonisch op nummer 059/70.76.18 (overschrijving op rekening KB 473-6216591-16). ‘Boléro’ & ‘Sacre’ ook in de Kon. Elisabethzaal Antwerpen (03/233.84.44) op 23/10 en het Kon. Circus Brussel (02/218.201.5) op 25 & 26/10. Nationale reservatie is tevens mogelijk voor alle voorstellingen via de nieuw Credit Card Phone op het nummer 02/735.06.13.
| |
• 's Hertogenbosch
De wintertentoonstelling van het Noordbrabantse Museum (Verwersstraat 41) loopt van 12/12/93 t/m 10/4/94 onder de titel ‘Licht, Lucht en Water. De verloren idylle van het riviergezicht’. Het betreft 75 schilderijen tussen 1780 en 1920 die een veelzijdig beeld geven van de wijze waarop schilders het zo kenmerkende Nederlandse rivierlandschap in beeld brachten. Evenals voor dichters waren de rivieren ook voor schilders uit verschillende perioden een belangrijke inspiratiebron. In de eerste helft van de 19de eeuw was een romantische opvatting van het riviergezicht populair. Schelfhout en Koekkoek zetten met hun gecomponeerde landschappen de grote Hollandse schilderstraditie voort. J.H. Weissenbruch, Jacob Maris en andere leden van de Haagse School schilderden direct naar de natuur in de open lucht om het heldere blauw van zonnige dagen of de rijke grijstinten van regenachtig weer vast te leggen. Kunstenaars als Mondriaan en Sluijters tenslotte gaven een nieuwe interpretatie van het riviergezicht door de vorm te vereenvoudigen en de kleur te intensiveren. Ook voor deze modernisten bleef de idylle van de rivier een inspiratiebron. Behalve de waterstroom en de vegetatie op de oevers, was ook de ‘Hollandse lucht’ voor alle rivierschilders een zeer belangrijk compositioneel element. Door de grote aandacht voor atmosfeer zijn deze werken bovendien sterke staaltjes van de weergave van licht. Nu momenteel het landschappelijke belang van de rivieren weer volop in de belangstelling staat, is het boeiend en bovenal relevant de oorspronkelijke situatie te tonen. Het rivierlandschap, zoals op deze schilderijen afgebeeld, bestaat nog maar nauwelijks. Juist vanaf 1920 werd door mensenhand diep ingegrepen in de natuurlijke situatie. In het kader van de actuele problematiek over behoud en beheer van het Nederlandse rivierlandschap wordt de tentoonstelling begeleid door een audio-visueel programma. Hierin wordt de huidige situatie
beschouwd vanuit het perspectief van het verleden. Bovendien zullen in een zestal lezingen verschillende facetten van het rivierlandschap nader worden belicht. De begeleidende catalogus krijgt de vorm van een schitterend lees- en kijkboek over de Nederlandse rivieren. Inleidingen van bekende deskundigen zoals John Sillevis en Auke van der Woud. Bovendien is een bloemlezing van poëzie uit dezelfde periode opgenomen. Uitgeverij Waanders Zwolle; prijs f 49?50.
| |
• Venlo
In het Museumm Van Bommel-Van Dam, Deken van Oppensingel 6, 5911 AD Venlo (tel. 077-513457) kan men tot 7/11 dagelijks van 10-16.30 u. (op zater- en zondag van 14-17 u.; op maandag gesloten) de tentoonstelling ‘Fascinatie Texstyles 2’ bezoeken. De expositie is een vervolg op de tentoonstelling Fascinatie Textiel die eerder in 1990 plaatsvond in het museum. Na een uitgebreide selectieprocedure werden 22 internationale kunstenaars uitgenodigd. Hun werd gevraagd om met gebruikmaking van zachte, buigzame materialen en door toepassing van textiele structuren kunstwerken te maken en daarbij rekening te houden met de architectonische ruimte waarbinnen ze geplaatst worden. De ontwerpen worden in 2 weken voorafgaand aan de start van de tentoonstelling voor het merendeel door de kunstenaars zelf ter plekke uitgevoerd. Een aantal werken zal worden gerealiseerd tegen de buitengevel van het museum. Anders dan bij Fascinatie Textiel in 1990 ligt ditmaal het zwaartepunt bij textiel als sculptuur. Het woord texstyles in de titel van de tentoonstelling verwijst naar de grote verscheidenheid in benaderingswijze en naar de diversiteit van de toegepaste materialen. Deze beperken zich niet meer tot de traditionele wollen en katoenen weefsels maar omvatten óók papier, latex, kunststoffen, bamboe, sisal, buigzame metalen en andere. Onder de 22 deelnemende kunstenaars nemen de Japanners een prominente plaats in. Zoals trouwens ook op de laatste Biënnales van Lausanne. In Venlo zijn 6 Japanse kunstenaars aanwezig: Machiko Agana, Naomi en Masakazu Kobayashi, Koken Nomura, Mitsuo Toyasaki en Mariyo Yagi. Hun werk valt op door verfijning en subtiliteit. Zo maakt Koken Nomura, een Mandala bestaande uit tientallen ringen van papier. De 4 Nederlandse deelnemers aan Fascinatie Texstyles 2 zijn Maryan Geluk; Sibyl Heijnen, Ursula Pahnke-Felder en Lam de Wolf. Maryan Geluk ontwierp een meterslang tapijt uit papierstructuren, Sibyl Heijnen maakt
een poort uit rubber, Lam de Wolf gebruikt voor haar wandinstallatie zakdoekranden. Ursula Pahnke-Felder bedacht een sculptuur als een luchtige zeepbel door stroken polyurethaan te vervlechten in ijzerdraad. De Zwitserse Ruth Handschin maakt met behulp van fluoriserend papier een tekening die men in een donkere ruimte kan ervaren. Haar landgenote Lucie Schenker is verantwoordelijk voor een van de 4 buitenobjecten. Samen met Kurt Huber ontwierp ze tegen de achtergevel van het museum het project Windkuben, bestaande uit buigzaam staal. Op een van de hoeken aan de voorzijde bouwt Monika een 7 meter hoge toren die wordt behangen met in smyrnatechniek geknoopte plasticfolie. Overige deelnemers aan Fascinatie Texstyles 2 zijn Soli Arha (Finland), Betty Cuykx (België), Assadour Markarov (Bulgarije/China), Mario Martinelli (Italië), Rosemarie Nöcker en Dorothea Reese-Heim (Duitsland), Simone Pheulpin (Frankrijk), Jin Sook So (Korea/Zweden) en Lia Cook (USA). Lia Cook, wier werk is vertegenwoordigd in de collectie van het Museum of Modern Art New York, maakt voor de Venlose expositie een object van maar liefst 5 bij 10 meter.
| |
• Wachtebeke
KCLB, Katholiek Centrum voor Lectuurinformatie en Bibliotheekvoorziening, organiseert in samenwerking met de Plaatselijke Openbare Bibliotheek - Wachtebeke een cyclus De Nederlandse Literatuur na 1945. De boeiende wereld van de literatuur is voortdurend in beweging. Een hele opgave voor wie op de hoogte wil blijven. De bibliothecaris voor zijn collectievorming en voor de begeleiding van de lezer, de leraar voor zijn cursus literatuur, de student, de lezer die uit interesse bij wil zijn, allen zoeken wel eens de mogelijkheid om hun kennis wat bij te spijkeren. Die kans wordt geboden met de cyclus over hedendaagse Nederlandse literatuur. Geen moeilijke cursus voor literaire fijnproevers alleen, wel een hulp om wegwijs te worden in het massale aanbod. Een cursus die voor iedereen open staat omdat hij er op gericht is mensen met literaire belangstelling voldoende inzicht te geven om nog meer te genieten van de literatuur en om er met meer kennis van zaken over te praten. Om dat te bereiken dachten we dat best het terrein van de Nederlandse Literatuur na 1945 tot heden verkend wordt. Onze gids en raadsman daarbij is professor Marcel Janssens, hoogleraar in de moderne Nederlandse letterkunde aan de K.U. Leuven en een specialist op dat terrein. Plaats: Plaatselijke Openbare Bibliotheek, Dorp 54, 9185 Wachtebeke. Data: 16/11, 23/11, 30/11, 7/12, telkens om 19.30 u. Inschrijvingen en inlichtingen: K.C.L.B., Mutsaertstraat 32, 2000 Antwerpen, tel. 03/232.77.94.
R.D.
|
|