⚫ Verbeelding is belangrijker dan kennis (Einstein)
Wie steeds dezelfde klanken hoort kan zich op de duur niet meer voorstellen dat er nog andere bestaan. Laten wij dan eindelijk eens een andere klok horen.
Iemand die het kunstonderwijs binnengaat doet dit in de stellige overtuiging iets, en dan liefst volledig, op te steken van het vak dat hem sedert zijn kindheid bezig houdt. Wat is nu in feite de hele gang van zaken? Men plaatst zo iemand in het rijtje voor een wedloop naar een diploma en als het startschot weerklinkt ziet hij tot zijn ergernis dat men hem een heleboel horden voor de voeten gooit waar hij helemaal niet voor gekomen is.
Van een demokratisch vormingscentrum waar hij van droomde is niet veel meer over. Tot de vakken die hij wilde kiezen wordt hij slechts toegelaten mits hij er nog een aantal andere verplicht bijneemt, en daarin wil men hem ten gepasten tijde wel eens laten zakken. Door het inbouwen van deze rem wil men hem overtuigen van de idee dat wanneer hij in deze vakken zakt, hij later in het leven ook niet zal meekunnen. Jaarlijkse wedstrijden voor afgestudeerden van kunstonderwijsinstituten worden o.a. nooit ingericht op grond van uitslagen in de algemene vakken maar zijn gebaseerd zuiver op talent.
Voor deze opgedrongen vakken geeft men beslissende cijfers, niet echter voor de inspanning, de studiegeest en het gedrag van degene die in deze vakken niettemin het loodje heeft moeten leggen. Deze dingen zijn nochtans van het grootste belang in het leven.
In het kunstonderwijs kan een middelmatig begaafde door een goed geheugen en een sterke aanleg voor wiskunde en talen een beter diploma behalen dan hij die uitnemend beeldend begaafd is maar waarvan de opgedrongen vakken buiten zijn interessesfeer liggen juist omdat hij er de begaving niet voor heeft meegekregen. Men houdt ook geenszins rekening met de opgedreven spanning die deze vakken veroorzaken en die een niet te onderschatten gevaar kunnen insluiten. Hij kan opstandig of moedeloos worden omdat hij stilaan gaat beseffen dat dit een voorspel gaat betekenen van dezelfde methoden van een systeem waar hij later in zal terecht komen.
In feite verwart men algemene vorming met algemene opleiding. Leerlingen worden beoordeeld in deelobjekten. De gehele mens komt niet ter sprake. Degenen die de praktische werken van leerlingen beoordelen houden zich niet op bij de vraag wat deze leerling voor cijfers heeft in de tweede taal of als hij wel weet wat in de ondergrond van de kempen zit. Zij zien in hem alleen, en terecht, een brok talent dat door zijn werkkracht en uitgroeiende fantasie onbekende werelden zal ontsluiten en ze ook zal kunnen meedelen aan anderen die daar behoefte aan hebben. Maar dan zijn er ook nog de anderen die hem aan de hand van slechte cijfers zullen verwijten dat hij niet weet waaraan Ethiopië grenst, dat zijn regel van drie niet waterdicht is en dat hij wel eens een taalfout begaat.
Van uit de hoogte zal men hem nu laten voelen dat hij het ideaalbeeld, dat zij zichzelf ineengetimmerd hebben, verloochend heeft. Zodoende geeft men hem voldoende schuldgevoelens mee waarbij het hem vrij staat er eventueel in te gaan stikken. Men degradeert hem, in de naam van wat?, tot minderwaardige. Het is zonder meer duidelijk, men heeft alles van boven naar beneden uitgedacht en men verschuilt zich achter programma's die niet eens meer die naam verdienen. Als wij in de toekomst willen leven moeten wij met sommige dingen uit het verleden breken.
De mens heeft het volste recht fouten te begaan en vergeten wij vooral niet dat ‘domme’ mensen leuke invallen kunnen hebben!
A.S.