St.-Amandstraat 12: vóór en na de restauratie. (Copyright A.C.L.)
waarachter niemand meer leeft. De stad kan alléén gered worden door ze terug
leefbaar te maken.
Dit zou dan de filosofie moeten zijn die achter dit streven steekt: we moeten niet zozeer een mooie stad nastreven, maar wel een leefbare. Nu geloven we dat mensen gelukkig kunnen leven in een stad die gedurende eeuwen zijn leefbaarheid bewezen heeft. Door de stad weerom leefbaar te maken redden we niet alleen een brok historie en een stuk cultureel erfgoed, maar bewaren we ook een model voor nieuwe stedebouw. Architecten, die nieuwe steden ontwerpen, inspireren zich aan de structuur en het leven in de oude stad. Louvain-la-Neuve illustreert dit tenvolle. Er is bovenal een dwingende reden om het verval tegen te gaan: een aantal Bruggelingen willen in hun stad of straat blijven wonen. Door te saneren bieden we hun die mogelijkheid.
Dat is natuurlijk een gigantische opgave. Het is zeker een der grootste uitdagingen sinds het ontstaan van de stad.
Maar het is nu of nooit. De tegenwoordige generatie heeft het lot van dit stedebouwkundig meesterwerk in handen: een paar jaren slordig beleid, een aantal toegevingen aan de ‘vooruitgang’ kunnen onherstelbare wonden toebrengen. Deze vormen dan weer precedenten voor nieuwe kankerplekken. In twintig jaar kan het resultaat van duizend jaar bouwen grondig vernietigd worden.
Het stadsbestuur zorgde reeds voor een belangrijke bijdrage door de opmaak van een structuurplan en deelplannen. Het weer zuiver maken van de keien was bijzonder belangrijk. Het was een keerpunt: duidelijk werd nu bewezen dat de verloedering van de stad kon afgeremd worden. Er moet meer gebeuren: de stadskern moet hernieuwd worden.
Dit betekent dat we de leefbaarheid van vooral de volkswijken moeten verhogen.
Fabrieken, grote kantoren moeten uit het centrum van de stad verdwijnen. Mensen kunnen niet leven en ook niet rustig wandelen of kopen midden het rumoer en de stank van zovele auto's. Voetgangers en fietsers krijgen onbeperkte voorrang in belangrijke gedeelten van de stad. Auto's zullen dus in parkeerplaatsen worden opgevangen en door snel niet vervuilend openbaar vervoer worden vervangen. Bijna zeker gaat de slogan op: ‘auto weg, mensen terug’. Vele jonge gezinnen zullen opnieuw binnen de ring komen wonen. Voor hen en ook voor de andere bewoners zullen allerhande voorzieningen moeten getroffen worden. Water, zuiver water, is erg belangrijk voor de stad. De mooiste steden ter wereld zijn watersteden. Waar mogelijk zal de Reie weer worden blootgelegd.
Dit is een gedeelte van het ambitieuse plan van het stadsbestuur.
Privé-initiatief zoals de Marcus Gerardsstichting zorgde voor het restaureren en terug bewoonbaar maken van zeer waardevolle panden. Deze succesvolle actie zal zeker verder worden uitgebreid.
Voor een groot deel zal het al dan niet lukken van deze plannen afhangen van de individuele Bruggelingen. Vele van onze oude woningon kunnen met weinig kosten en een beetje fantasie tot echte pareltjes van wooncultuur worden omgetoverd. Het is bekend dat het stadsbestuur tot 50% van bepaalde restauratiekosten terugbetaalt. Een oud woonhuis opknappen hoeft niet persé duur uit te vallen. Een en ander kan als hobby of als vrijetijdsbesteding gebeuren. Uit hedendaagse creativiteit en een oud deugdelijk huis kan een harmonieus geheel groeien.
Want iedere goede gevel is belangrijk, ieder stukje groen en iedere kromming in een straat moeten beschermd worden. Storende constructies zouden geleidelijk door goede hedendaagse architectuur, die de sfeer van de stad eerbiedigt, moeten worden vervangen. Indien we erin slagen dit ambitieuse plan te verwezenlijken dan komen we in de eerste rij te staan van diegenen die strijden voor een beter en zinvoller leven. We bieden het bewijs - waar zovelen op wachten - dat het mogelijk is een oude stad bewoonbaar te maken zonder haar karakter op te offeren.
Juist het behoud van dit karakter is trouwens essentieel voor de bewoonbaarheid.
Ja, het wordt weer goed wonen in Brugge, stad waar de mens zich thuisvoelt. Waar je niet door mastodonten van gebouwen of door een moorddadig verkeer uit je lood geslagen wordt. Waar je voelt dat je als mens nog meetelt en waar je weet dat het decor mooi is niet zozeer omwille van de toeristen, maar omdat de Bruggelingen dit zélf willen. Het boeiendste wat de toeristen hier dan te zien krijgen is, hoe wij erin slagen ons bouwkundig erfgoed te bewaren en er als moderne mensen een bijzonder prettig leefmilieu van maken.
Yvan Vanden Berghe