rik coolen
8. 9. 10.
8. ‘Grote Doorkijk’, 1971, 125 × 125 cm, lakpaneel.
9. ‘Kleine Doorkijk’, 1971, 125 × 125 cm, lakpaneel.
10. ‘Dwars’, 1971, 125 × 125 cm, lakpaneel.
Geboren 10 februari 1948; studies: Provinciaal Hoger Instituut voor Architektuur en Toegepaste Kunsten, specialisatie: monumentaal schilderen; tentoonstellingen: jaarlijks individueel in het kader van de ‘Toeristische Veertiendaagse’ te Maaseik, Facetten van jonge Limburgse Kunst, Hasselt, Dilsen, Oostende; Facetten van de jonge Vlaamse Kunst, Antwerpen, Gent, Hasselt; Selektie ‘Prix Jeune Peinture Belge’, 1970; deelname tentoonstelling in het kader van 25 jaar Belgisch-Nederlands Kultureel Akkoord, december 1971; ‘Bekroonde en geselecteerde Limburgse Kunstenaars’ 61-71, januari 72; opdrachten: hoofdzakelijk muurschilderingen en muurdekoraties; studiereizen: Parijs, Amsterdam, Rotterdam, Keulen, Lausanne, Genève, Nice, Kopenhagen.
Leeuwerikstraat 18, Aldeneik, Maaseik.
Atelier: Bleumerstraat 44, Maaseik.
De hedendaagse vooruitgang en de enorme technische vaardigheid hebben het voor ons mogelijk gemaakt de perfektie te benaderen. Het kan van de fotografie gezegd worden dat ze ons in staat heeft gesteld de werkelijkheid te kopiëren. Maar wat is voor de kunstenaar dan nog anders overgebleven dan zijn eigen ‘werkelijk’ te scheppen; de echtheid, de waarheid en in deze zin de vergeestelijkte werkelijkheid van een kunstenaar, staat ver boven de statische realiteit van de ons omringende wereld. Het is daardoor een stimulans geworden voor de mens de realiteit te deformeren tot een meer ‘waarachtige’ en meer ‘waarschijnlijke’ werkelijkheid en voor de kunstenaar de mogelijkheid te bieden de materie te vergeestelijken tot een nieuwe vorm, een nieuw leven. Met andere woorden kan men zeggen: het scheppen van een sfeer, die je enkel vaag kan herkennen, niet-direkt definieerbaar, maar toch zeer nabij, voelbaar zelfs. Een sfeer die je verplicht te bewegen, te ‘wandelen’. En kijk, dan kan je het ook ‘begrijpen’, in die zin dat je het werkelijk kunt gaan ‘beleven’!
Maar gaat men ontleden, analyseren, afwegen en oordelen vormen, laten we zeggen vooroordelen, de schoonheid zal verdwijnen en iedere illusie verliest zich in de materie van vlak, verf of scheve lijn. Wil je genieten, je zal je moeten gaan bewegen in een eigentijds artistiek klimaat en je gestremdheid moeten opofferen.
(Tekst genomen uit artikel, verschenen, maart 1971, in ‘Het Volk’).