H. Margaretakerk Waregem-Nieuwenhove
Uitvoering: 1970-1971. Capaciteit: 750 personen, winterkapel: 35 personen.
Het schip van de kerk is een semi-prefabconstructie (de eigenlijke fundamentele structuur is uitgevoerd in voorafvervaardigde betonelementen, d.i. de V-vormige spantpijlers; afstand 5.30 m.).
De spantbalken, dragend op en vastgeklemd in genoemde pijlers. Deze balken dragen op hun beurt en zijn verbonden door de betongordingen. In deze gordingen zijn houtlatten ingewerkt waarop geplastificeerde vlasvezelplaten bevestigd zijn, die verder de asbestdakplaten dragen. De grote raampartijen zijn ook in beton. Verder muren in ruwe baksteen, vloer: natuursteen; deuren: hout.
De fond-muur achter het hoogaltaar is bezet met natuursteen (en hout). Edeler materiaal dan de gewone baksteenmuren, niet als blikvanger bedoeld, maar als accentuering van het altaargebeuren.
Bij het binnenkomen van de kerk richt men vanzelfsprekend zijn blik naar het hoofdaltaar. Er is niets dat de aandacht afleidt en het oude Kristusbeeld (18e eeuw) domineert waardig het geheel. Hoewel klassiek - langwerpige vorm - (40 m. × 28 m.) heeft men niet de indruk (zelfs langs achter) ver van de celebrant te zitten. Het dak met lichte helling geeft een gevoel van geborgenheid waar de spitsboog de mens eerder afschrikt en een glad plafond de mens teneerdrukt. Het interieur beantwoordt veel meer aan de grote eenvoud van de Romaanse periode, dan aan de Gotische hoogdraverij en staat oneindig ver van de bombastische ‘Spielerei’ van de Renaissance. Er heerst hier een ongecompliceerde sfeer, die de mens tot rust brengt en bezinning en ik meen dat dit het hoogste streven moet zijn voor een kerkbouwer, een ruimte te scheppen ‘à la dimension humaine’, waar het goed is te ‘zijn’.
Architect: Jos Baert, Kuurne.