Horst
In een van de kleine dalen tussen de heuvels van het Hageland, dichtbij de dorpskom van Sint-Pieters-Rode, ligt het aloude kasteel van Horst, voormalig slot van de heren van Rode waarvan de geschiedenis opklimt tot in de XIIIe eeuw. Van deze middeleeuwse burcht, veilig gelegen binnen zijn slotgrachten en te midden van moerassige weiden, bleven slechts de donjon en de toegangspoort bewaard. De overige delen van het kasteel gingen in 1489 in vlammen op, toen het, in de verbeten strijd tussen Maximiliaan van Oostenrijk en de gemeenten, door Jan van Schoonvorst belegerd werd.
Horst werd heropgebouwd in de XVIe en het begin van de XVIIe eeuw op de grondvesten van de vernielde burcht. Dit verklaart meteen het onregelmatige grondplan van het huidige kasteel waarvan de vertrekken zich omheen een binnenplein scharen. De nieuwe gebouwen werden opgetrokken in rode baksteen, afwisselend met lagen witte natuursteen en zijn voorzien van grote kruisvensters, die het licht overvloedig laten binnenstromen. Zij steken af tegen de zware vierkante donjon, die het kompleks beheerst en de herinnering oproept aan de weerbaarheid van het middeleeuwse slot. Deze toren dagtekent vermoedelijk nog uit de XIVe eeuw. Zijn gekanteelde weergang schuilt thans onder een piramidevormig schaliëndak met uitkijktorentje.
Onder de eigenaars, die het vernieuwde kasteel achtereenvolgens bezaten, kunnen de leden van diverse bekende families vermeld worden: van Busleyden, van Schoonhoven, van den Tympel, de Rubempré, de Mérode, de Ribeaucourt en de Grunne. Daar het kasteel nu sinds vele jaren onbewoond staat, biedt het slechts schaarse herinneringen aan zijn vroegere bewoners. Boven de dakvensters op het binnenplein prijkt nog het wapen van Olivier van Schoonhoven, die het kasteel in 1605 van de Busleydens gekocht had en boven de schouw in een van de woonvertrekken, treft men het beschadigde wapenschild van Maria-Anna van den Tympel aan, die Horst erfde in 1650. Op de gevel van het wagenhuis, dat tegenover de slotpoort ligt en in 1657 werd opgetrokken, vormen ijzeren ankers de initialen van haar naam M A V T. Onder deze kasteeelvrouw, die een belangrijke verzamelin schilderijen, wandtapijten en ook een welvoorziene biblioteek bezat, blijkt Horst welstand en luister te hebben gekend. Zij was het ook die in enkele zalen van het kasteel rijke plafonds in stukwerk liet aanbrengen die tot op onze dagen getuigen van haar intellektuele belangstelling.
De stukreliëfs van deze plafonds stellen in barokke omlijstingen emblemata, allegorische figuren en taferelen voor met bijhorende opschriften in het Latijn. Verscheidene onder hen illustreren passages uit de Metamorphosen van Ovidius, zoals het oordeel van Midas, Narcissus, Jason en andere. Dit interessante stukwerk werd aangebracht in 1655 en draagt de initialen van zijn maker, Jan Christian Hansche. Deze kunstenaar, over wiens leven haast niets bekend is, liet talrijke mooie stukplafonds na, waaronder die van Horst echter de oudste zijn. Andere kan men nog aantreffen in kastelen te Machelen, Modave en Aarschot. Niet ver van Horst, in de abdij van 't Park, bevinden zich zijn meest bekende werken die er de plafonds van de biblioteek, de eetzaal en het prelaatskwartier tooien. Met zijn werkzaamheid voor M.-A. van de Tympel begon Hansche een loopbaan, waarin hij gedurende een kwart eeuw menig interieur met plastisch stukwerk verrijkte, zowel in Brabant en in het Luikse, als te Gent en te Kleve in de Rijnvallei, waar zijn werken echter verloren gingen.
Deze stukplafonds zijn het dan ook die, naast enkele oude schouwen, de aandacht wekken in de ruime interieurs van het kasteel van Horst. De architektuur, die onder een welonderhouden bedaking spijt de tand des tijds goed bewaard bleef, biedt wellicht geen luisterrijk uitzicht. Het is nochtans een fraai voorbeeld van de regionale baksteenarchitektuur, waarin menige heerlijke woning op het platteland werd opgetrokken. De witstenen donjon, die zich met het ganse kompleks in de tot vijver uitgegraven slotgracht weerspiegelt, draagt als stoere getuige van de middeleeuwse burcht het zijne bij tot de historische waarde van dit eeuwenoude kasteel.
M. Vrancken