Osaka in Japan.
Na overleg kregen Minnebo en Monteyne een maand tijd om een oplossing te vinden voor het artistieke en tevens voor het technische probleem. Dit laatste was immers van uitzonderlijk belang, vermits het ging om een combinatie met behulp van verschillende metalen. Eens de maand voorbij, geraakte men akkoord over de vooropgestelde oplossing en over de conceptie, door Minnebo en Monteyne gehuldigd. Ze ontwierpen een metaalsculptuur, die zeven meter hoog zou worden en zou aangepast zijn aan de binnenstructuur van het paviljoen, voornameljk op de boogvorm gebaseerd en van enkele vertikale dominanten voorzien.
De sculptuur van Monteyne-Minnebo wordt geconstrueerd rond een as, zodanig dat de zwaarste gedeelten zich van binnen en de lichtste gedeelten zich aan de uiteinden bevinden. Optisch gezien wil dat zeggen, dat de koperen elementen in het midden zitten en de witte aluminium elementen - die het meeste licht vragen - aan de uiteinden. Aan het optisch effect werd speciale aandacht besteed. Rondom de sculptuur zal een reeks ‘laserapparaten’ opgesteld worden, met het doel de sculptuur door lichttrillingen te laten overspelen. Bovendien mag niet vergeten worden dat - met het oog op het transport - de sculptuur van het duo Monteyne-Minnebo uit elkaar moet kunnen genomen worden. In elk geval betreft het hier een uitzonderlijke opdracht, waarmee de beide jonge beeldhouwers eens heel speciaal gelukgewenst mogen worden.
Jan D'Haese