Jo Gevers
toneelacteur en -regisseur
Jo Gevers werd in Limburg geboren.
Hij behaalde het licentiaat Germaanse Filologie aan de Gentse Rijksuniversiteit en de graad van Magister Dramaturgiae aan de Universiteit van Stellenbosch.
Hij volgde speciale toneelopleiding aan het Koninklijk Conservatorium te Brussel, bij het Studio van het Nationaal Toneel te Antwerpen, aan de Zomeracademie van het Mozarteum te Salzburg en te Bristol aan de Bristol Old Vic Theatre School.
Van 1962 tot 1964 was hij lector in Drama aan het Departement Drama van de Universiteit van Stellenbosch, sinds 1965 Senior Lector en Hoofd van het Departement Drama en Toneel aan de Universiteit van de Oranje-Vrystaat, te Bloemfontein en sedert 1967 artistieke directeur van SATS (South African Theatre Studio).
Als toneelacteur zijn z'n voornaamste rollen: Scapin (Die Jakkalsstreke van Scapino, Molière), Don Carlos (Don Carlos, Schiller, regie Fred Engelen), Revizor (Die Inspekteur Generaal, Gogol), Blunschli (Arms and the Man, Shaw, regie Fred Engelen) en Richard III (Richard III, Shakespeare).
Hij regisseerde werken van Euripides, Shakespeare, Molière, Lorca, Gogol, Tschechof, Anouilh, R. Thomas, Tennessee Williams, Herman Heijermans, P. Levene, Fay en Michael Kanin, Ionesco.
Hierbij dient opgemerkt, dat hij zowel regisseerde en speelde in het Engels als het Zuidafrikaans. De opvoeringen werden gerealiseerd door het Universiteitstheater, de Performing Arts Council (gesubsidieerd professioneel toneel) en Sats (professioneel, maar voorlopig slechts deeltijds werkterrein).
Waarom ik naar Zuid-Afrika uitweek? Omdat mij daar de mogelijkheid werd geboden tot verdere studie en ervaring op het gebied van de toneelspelkunst, én als docent, én
Jo Gevers als ‘Revizor’ in ‘Die Inspekteur Generaal van Gogol.
als medewerker van Fred Engelen, aan het Universiteits-dramadepartement te Stellenbosch.
‘Ik word onverminderd geboeid en bijwijlen hoopvol geanimeerd of deerlijk ontsteld door het Vlaamse toneelgebeuren.
Ondanks het gunstig klimaat, dat hier de jongste jaren ontstond om de toneelkunst op dreef te krijgen, ondanks de mogelijkheden om de toneelopleiding te stabiliseren via de dramadepartementen van de universiteiten, toch meen ik - gesproten uit en verbonden aan een andere, niet-Zuidafrikaanse gemeenschap - dat het hoogste gezag en de meest intense ontroering door dramatische mededeling geconditioneerd wordt door enerzijds de toneelkunstenaar en anderzijds een toneelpubliek, die beiden zijn “in eenen stronck gheplant”.’
Departement Drama, Universiteit van die Oranje Vrystaat, Bloemfontein, Zuid-Afrika