[Beeldhouwer Rik Laloo 70!]
Het Fronttoneel te Keulen in 1919. v.l.n.r. zittend: juffrouw Mathilde Walraf, Jeanne De Coen, Dr. J.O. De Gruyter, mevrouw Dolly De Gruyter, mevrouw Van Middelen; rechtstaand: Gust Maes, Rik Laloo, Maurits Van Daele, Désiré Walleyn, Jul. Platteau, Renaat Longin, Honoré Verhaert en Jan Cammans. (Medegedeeld door Rik Laloo).
Rik Laloo haalt uiteenhangende schetsboekjes uit die jaren boven. Hij heeft toen veel getekend. De modellen zaten overal waar hij kijken wilde: in de loopgrachten, in z'n ‘abri’, in de rustiger kwartieren achterop. De Walen noemden hem ‘le modelleur’, de andersdenkenden ‘de poatere’, omdat hij voor de andere soldaten, luidop, artikelen voorlas uit ‘Ons Vaderland’! Hij heeft daar ook geboetseerd. De klei lag voor het grijpen. Maar werk is niet kunnen bewaard blijven.
In het klein atelier aan de Gentpoortvest te Brugge worden al deze herinneringen met liefde gekoesterd. Nu prijken daar tal van gave, innige stukken kamerskulptuur en op de boetseerblokken wachten pittige portretstudies van zijn kleinkinderen. Het leven gaat verder.
Men moet houden van deze man. Hij heeft een lijn getrokken in zijn leven, altijd, met krachtig gebaar, moedig en rechtvaardig. Hij mag zonder blozen terugzien op de tijd die achter hem ligt: op zijn belangloze toewijding voor het amateurtoneel in het Brugse en voor de talloze karweien waarvoor men zijn kristen levensbeschouwing en zijn durf nodig heeft gehad. Maar vooral toch op zijn werk als beeldhouwer: vakkundig verzorgd, bezield, en zelfs in de kleine formaten monumentaal.
Om al deze redenen mogen wij zeggen dat het lidmaatschap van Rik Laloo ook ons Verbond siert en vereert.
G. Gyselen