Colloquium over provinciale musea
Onder de leiding van Mr. De Gryse, voorzitter van de Vrienden van het Museum, werd onlangs te Kortrijk een interessant colloquium gehouden over ‘Wat met het museum en het museumbeeld?’ Tijdens een levendig debat werd erop gewezen, dat het thans financieel werkelijk onmogelijk is nog een verzameling samen te stellen van werken van de grote meesters uit voorgaande perioden: ten hoogste kan Kortrijk er nog in slagen zich nog enkele werken méér van Roeland Savery aan te schaffen.
Men vroeg zich af in welke richting het museum dan verder diende ontwikkeld te worden. De vergadering ging akkoord dat de norm, slechts werken aan te kopen van kunstenaars, die minimum 30 jaar overleden zijn, niet mag behouden worden. Bij aankoop van werken van levende schilders, dient nochtans zeer selectief te werk gegaan worden. Ten slotte was men het eens dat het Kortrijks museum een weerspiegeling dient te zijn van de streek in alle opzichten.
In de nieuwbouw worden volgende afdelingen voorzien: een Gallo-Romeinse afdeling, afdeling keramiek, hout en meubels, textiel en vlas en daarnaast enkele paviljoenen, waarin slechts de werkelijk interessante schilderijen geëxposeerd zullen worden.