Gent
* Voor de derde maal reeds heeft de Stichting Lodewijk de Raet een studieweek gewijd aan de verschillende vraagstukken en aspecten van de Industriële Vormgeving. Deze studieweek greep tijdens de maand oktober plaats te Gent.
De industriële vormgeving heeft thans een grote plaats verworven in landen als Nederland, Italië, Duitsland, de Skandinavische landen, en Amerika. Een brede gamma van producten zoals electrotechnische gebruiksvoorwerpen, meubelen en meubelstoffen, eetgerei, machines en verpakkingen dragen er de stempel van een weloverwogen samenwerking van de industrieel, de verkoopdienst en de technische diensten met de ‘designer’ die aan het produkt een vorm geeft die in overeenstemming is met het gebruikte materiaal, de productiewijze, het praktisch gebruik en het hedendaagse gevoel voor stijl en schoonheid. Het is gebleken dat deze, in alle opzichten ‘betere’ producten, ook beter verkopen.
Naast dit economisch belang is er het sociale en het culturele. De hoedanigheid van de talloze voorwerpen uit de dagelijkse omgeving beïnvloedt het culturele peil van de massa in de breedte en in de diepte. Langs de industriële vormgeving om verkrijgt het serieproduct ook ongewild de stempel van het eigen nationaal karakter zoals in de Noorderlanden blijkt.
Onze medewerker, K.N. Elno, die over de industriële vormgeving reeds verschillende belangwekkende bijdragen schreef, heeft aan dit studieweekend meegewerkt, zoals trouwens ook ons redactielid, Marcel Notebaert, die een referaat hield in de zitting over case-histories op gebied van industriële vormgeving in de textielindustrie.
Wij kunnen nu reeds aankondigen dat wij in de loop van volgend jaar een volledige aflevering van West-Vlaanderen aan de industriële vormgeving (motivering, toestand en toekomstmogelijkheden) zullen wijden.
* Tot 15 december wordt te Gent in het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten een grote expositie ingericht gewijd aan Justus van Gent, Berruguete en het Hof van Urbino. De mooi uitgevoerde en sterk gedocumenteerde catalogus van deze tentoonstelling vermeldt 99 nummers, die verwijzen naar schilderijen (waaronder slechts één getekend en onbetwistbaar toe te schrijven aan Justus van Gent), van verschillende anonieme meesters die echter allen zo naar werkwijze als naar algemene sfeer onder te brengen zijn in de tijd van Justus en van Berruguete. Er zijn ook verschillende etsen op perkament te bewonderen, tekeningen, burijngravures, tapijten, bas-reliëfs, medailles en edelsmeedwerk.