| |
| |
| |
Kunst Actualiteiten
Buitenlandse periodieken
L'Oeil
DEZE Zwitsers-Franse publicatie brengt in de jongste afleveringen, als steeds keurig-verzorgde bijdragen, die vooral opvallen door de goedgekozen illustratie en de schone kleurplaten.
In het juninummer valt een artikel op over de Amerikaanse stijl, waarin aangetoond wordt hoe schilders, architecten en decorateurs in de Verenigde Staten vormen maken die beantwoorden aan de noden en behoeften van een dynamische levenswijze. Ook belangwekkend is een bijdrage over de vrij zonderlinge kunstschilder Francis Picabia, geschreven door zijn vrouw.
L'Oeil van juli en augustus, is, zoals vorig jaar, een dubbel vacantienummer geworden dat bijdragen bevat over verschillende kunststeden van Europa.
Zo is er een zeer geslaagd artikel over Venetië, door de Amerikaanse schrijfster Mary McCarthy. Michel Seuphor schrijft een goed overzicht over het Stedelijk Museum van Amsterdam. Dit Museum, dat wij de Nederlanders mogen benijden, is op het ogenblik een van de meest markante van West-Europa, zowel wat de museumtechniek (die op zichzelf met rasse schreden een kunst aan het worden is), de tentoonstellingen zelf als de uitgegeven catalogussen betreft. In ditzelfde nummer van L'Oeil vinden wij nog bijdragen over het Spaanse klooster van Guadeloupe, waar prachtige werken van de 17de eeuwse schilder Zurbaran bewaard worden, waarvan hier twee in kleur gereproduceerd. Tenslotte zijn er nog twee bijdragen over kunststeden: Besançon (door André Thirion) met reproducties in kleur naar werken van Lukas Cranach en Auguste Courbet; en Brugge (door de kunstschilder Felix Labisse): enkele minder gekende opnamen van onze Westvlaamse hoofdstad, keurig gepagineerd en onder meer een zeer mooie kleurreproductie van het praalgraf van Maria van Burgondië uit de Lieve Vrouwkerk. Dit tijdschrift behoudt een standing, waardoor het tot de leidende kunsttijdschriften van het ogenblk mag gerekend worden.
(Maandelijks - per jaar F 375, voor België: L. Possemiers, 87, Louis Lepoutrelaan, Elsene).
| |
Christliche kunstblaetter
wordt uitgegeven door het ‘Diözesan Kunstverein’ van Linz a.d. Donau (Oostenrijk). Thans loopt de 93ste jaargaang, maar het tijdschrift is zowel naar inhoud als voorstelling blijkbaar springlevend. Wij kunnen alleen betreuren dat er, voor zover wij weten, in het hele Nederlandse taalgebied geen specifiek tijdschrift bestaat betreffende de religieuze kunst, noch door kerken uitgegeven, noch door private instellingen. Het wordt tijd dat in Noord en Zuid eens de handen in elkaar worden gelegd om met een keurig dergelijk blad van wal te gaan. Intussen kijken we maar naar 't buitenland.
Dat Oostenrijkse tijdschrft dus. Een speciaal nummer verscheen onlangs over ‘Die moderne Kunst im sakralen Raum’. Het is in feite een verslagboek van het vorig jaar in Witering gehouden congres over religieuze kunst, waar 200 priesters en kunstenaars aanwezig waren (nog iets dat wij niet kennen...). Wij lezen er bijdragen over de ontmoeting tussen kunst en Kerk, tussen kunstenaar en priester, over oorsprong en wezen van het cultusgebouw, over abstracte kunst in de kerk enz...
Dit ‘Sonderheft’ van ‘Christliche Kunstblätter’ werd geïllustreerd met 16 foto's op volle pagina.
(Driemaandelijks - per jaar 40 Oostenr. Schillingen - Herrenstrasse, 19, Linz a.d. Donau).
| |
L'Art sacre
Het mei-juninummer van dit bekende Franse tijdschrift (een voorbeeld van een tijdschrift dat ‘invloed’ heeft) brengt bij een twintigtal ronduit prachtige foto's een speciaal nummer onder de titel ‘Terre d'Espagne’, geschreven door Pater Cocagnac hoofdredacteur. In hetzelfde nummer een interessante confrontatie tussen het religieus werk van Greco en Goya.
(Tweemaandelijks - per jaar 1 200 Fr. F. Editions du Cerf, 29, Boulevard Latour-Maubourg-Paris VII).
| |
Cimaise
Die kleine ‘revue de l'art actuel’ le Parijs verschijnend, is een zeer vooruitstrevend blad, smaakloos van presentatie, maar belangrijk omwille van het vele nieuws over het zo rijke kunstleven in de Franse hoofdstad. In het jongste nummer schrijft de hoofdredacteur Herta Wescher een initiërend en geillustreerd artikel over de Engelse kunstschilder Ben Nicholson. Bij zeer interessante foto's schrijft Georges Kepes een vergelijkende studie over kunst en wetenschap.
(Tweemaandelijks - per jaar 1 600 Fr. F. - Voor België: J. Milo, 28, rue de l'arbre bénit, Brussel).
| |
Parnas
Een Nederlands, nieuw tijdschrift ‘over de nieuwe vormgeving.’ Pas twee nummers verschenen. Maar van in den beginne heeft het allure. Groot formaat, smaakvolle omslag en werkelijk perfecte lay-out van F.H. Blom. Het wordt uitgegeven door het Centraal Museum van Utrecht, het Nederlands Kostuummuseum, de stichting Zuid-Hollands landschap, het Koninklijk Instituut voor de Tropen, de stichting Kunst en Bedrijf, het Unesco-centrum Nederland en de Stichting verkoopcentrale voor Nederlandse beeldende kunstenaars: allemaal evenzoveel interessante groeperingen, die in bundeling voorzeker iets bereiken kunnen.
In het eerste nummer worden een hele reeks plannen en schetsen gepubliceerd van de stad Chandigarh, de nieuwe stad in Punjab, die, als bekend, nieuw gebouwd wordt door de archittect Le Corbusier. Verder goede bijdragen over nidustriële vormgeving en over het nieuwe meubel. Ralph Prins, fotograaf uit Den Haag, geeft een reeks foto's en een goedgeschreven tekst over de ‘Hochschule für Gestaltung’, als het ware de voortzetting van het Bauhaus van Dessau en Chicago, opgericht te Ulm, onder de leiding van Max Bill. Het tweede nummer, al even fijn verzorgd, wordt geopend met een fotoreportage over beton en bevat een bijzonder goed artikel over ‘het stiefkind in de stad’: reclame in het stadsbeeld. M. Krabbé schrijft over nieuwe tekenpedagogiek, terwijl Bertus Aafjes een lang (tè lang om goed te zijn) gedicht schrijft over ‘kristal, woonplaats van het licht’ Ralph Prins opnieuw brengt foto's en tekeningen over de opvoering in Nederland van Gershwins opera ‘Porgy and Bess.’ Voor zover wij het kunnen volgen, kan
| |
| |
Parnas op slag bij de vijf best gerangschikte Nederlandse kunsttijdschriften ingedeeld worden.
(Tweemaandelijks - per jaar fl. 15 - Nieuwe achtergracht, 102-104, Amsterdam).
| |
Europa-Europe
Het derde nummer van ‘Europa’, dat uitgegeven wordt door de Christelijke Westeuropese werkgemeenschap is een lijvig nummer geworden van 104 bladzijden, goed gedrukt en geïllustreerd met talrijke reproducties. Onder de artikels releveren wij een flinkgedocumenteerd stuk over Picasso, geschreven door Georg Hermanowski, een interview met Stefan Andres, door Freddy de Medicis, redactiesecretaris en een bijdrage over Gide en Nietzsche, door de te Brussel wonende en fransschrijvende Marcel Doisy. Er zijn verhalen van Kay Cicellis (Griekenland), Stefan Andres (Duitsland), Jan. H. Eeckhout uit Sluis, van Raf Declercq, de jonge romancier uit Knokke-aan-zee, en een zeer goed stuk van Luise Rinser (Duitsland). Architect W.A. Bruggeman stelt de kerk van Azerailles in de Vogezen voor. Willem Enzinck heeft aan een aantal bekende kunstenaars de vraag gesteld welk belang zij hechten aan de brief. Interessante antwoorden zijn hier gebundeld van de hand van Emil Barth, Jean Cocteau, Rudolf Kassner, Max Picard, Ina Seidel, Maurice Zermatten e.a. waaruit blijkt dat, hoewel minder beoefend, de briefschrijfkunst werkelijk een kunst blijft... ‘Mais j'ai horreur du téléphone, besluit de Zwitserse auteur M. Zermatten. Par lettre, on dit tellement mieux ce qu'il ne faut pas dire.’
De beste illustraties in dit nummer zijn van Picasso, Willy Dirx, Willy Kreitz, Jean Lurçat, Gilbert Swimberghe en van Frans van Immerseel alleen de overigens reeds bekende, en zeer geslaagde karikatuur van Bernard Shaw.
Verheugend is dat naast de uitgave Europa thans ook de publicatie ‘Europe’ bestaat, die het internationale lezerspublek wordt aangeboden. Tevens wordt er aangekondigd dat binnenkort opnieuw een internationale bijeenkomst zal plaats grijpen waar van gedachten zal gewisseld worden over de mogelijkheden tot uitwisseling van kunstwerken van verschillende landen, zowel op plastisch als op literair gebied
(Vijf nummers per jaar - F 100 - Beerstraat 13, Torhout (W. Vl.).
| |
Ambacht
Het septembernummer van dit Nederlands tijdschrift bevat als bijzonderste bijdrage een voorstelling van de keramieker Frans Tuinstra (kasteel Neercanne), die, te oordelen naar de enkele bijgevoegde reproducties, een persoonlijke weg opgaat. (Tweemaandelijks - per jaar B F 67, Oude Delft 145, Delft).
| |
Kroniek van kunst en kultuur
Het juli-augustusnummer van dit vooraanstaand Nederlands tijdschrift bevat, naast een hartig woordje over muziek en sport uitgaande van de redactie, een kort overzicht van de Biënnale van Venetië, door L.P.J. Braat. Het belangrijkste artikel in dit nummer lijkt ons de bijdrage van R. Engers getiteld ‘Sprekende kleu ren’, waarin hij het heeft over de verwantschap tussen de zintuigelijke waarnemingen op verschillend gebied, en hun verhouding tot de kunst. Interessant en nieuw is in deze zijn ontleding (kort maar goed) van verschillende oudere en jongere literaire geschriften. Als gewoonlijk zijn de kroniek en de boekbespreking overvloedig gestoffeerd.
(Maandelijks: per jaar F 290 - voor België, Uitg. Contact, Antwerpen).
| |
Habitat
Dit Braziliaanse tijdschrift over architectuur en beeldende kunst valt onmiddellijk op door een groot royaal formaat en een zeer verzorgde inhoud. In het jongste nummer lezen wij belangwekkende bijdragen over ‘arte amazônica’ een interessant uitzicht van de ‘pre-columbiaanse’ kunst in dit land. Verschillende grafiekers, schilders en beeldhouwers uit Brazilië, worden voorgesteld met reproducties van hun werk. Met vele foto's geïllustreerd is een verzorgd overzicht van de Duitse schilder- en beeldhouwkonst van het Bauhaus tot heden. De hoofdnadruk van dit tijdschrift ligt evenwel op de architectuur. Het lief kind van de moderne
| |
| |
architectuur in Brazilië is de bekende grote stad Sao Paulo. Buitengewoon goede en vele foto's bieden hier een overzicht van de evolutie (sinds 1928) van de architectuur in de Braziliaanse steden.
(Maandelijks - per jaar 15 dollar - Administratie: Habitat Administraçao, rua 7 de Abril, 230, Sao Paulo, Brasil).
| |
Internationale campagne ten voordele van de musea
Deze internationale campagne zal gevoerd worden onder de vorm van manifestaties en activiteiten, welke over geheel het land zullen plaats hebben gedurende de tweede week van october van dit jaar, met de bedoeling de nadruk te leggen op de belangrijke rol van de musea in het leven van de nationale gemeenschap.
Daartoe werd voor West-Vlaanderen volgend minimum programma ontworpen:
1. Het verlenen van kosteloze toegang tot het museum (of musea).
2. Het inrichten van geleide bezoeken, zowel voor volwassenen als voor de schooljeugd.
3. Het inrichten van een conferencie of lezing, betreffende een onderwerp dat het museum specifiek aanbelangt (b.v. bespreking van de verzameling, de historiek van het museum, bespreking van een reeks werken die de bijzondere aandacht verdienen, enz.)
4. Aanbrengen van een signalisatiestelsel, waardoor de weg naar het museum wordt aangeduid.
5. In de mate van de plaatselijke mogelijkheden: avondbelichting van het museumgebouw.
Dit minimumprogramma wordt thans verder uitgewerkt door de respectievelijke instanties. Het gedetailleerd overzicht van de voorziene plechtigheden en initiatieven zal naderhand kunnen medegedeeld worden.
De volgende musea werden bij de aktie betrokken:
Blankenberge: Folkloristisch Museum. - Brugge: Groeninge (schilderijenmuseum), Brangwynmuseum, Gruuthuse (oudheidkunde), Memling-museum (schilderijen), Museum-Potterie, Gezelle-museum, Museum H. Bloedbasiliek. - Damme: Gemeentelijk Museum, Van Maerlant Museum, Museum in het ouderlingen gesticht. - Diksmuide: Stadsmuseum. - Dottignies: Musée Communal (folklorique). - Harelbeke: Kunstmuseum (schilder- en beeldhouwkunst), Peter Benoit-museum (werken en herinneringen van Peter Benoit). - Ieper: Merghelynck (18e eeuwse binnenarchitectuur), Stadsmusemuseum (gravuren en schilderijen), Belforttoren (folkloristisch museum en oorlogsmuseum). - Jabbeke: Permeke (schilderijen). - Kaaskerke: Museum Paxpoort (gedenkteken en artikelen van de oorlog 1914-1918). - Koksijde: Museum der Abdij Ter Duinen (archeologisch). - Kortrijk: Museum van schilderkunst. - Mouscron: Musée Communal de Folklore. - Nieuwpoort: Museum van geschiedenis en folklore, museum van zee- en watervogels, Pieter Braecke-museum (beeldhouwwerken). - Oostende: Museum voor Schone Kunsten, Ensor-Museum. - Poperinge: ‘Talbot House’ (Brits Oorlogsmuseum 1914-1918). - Veurne: Baretta-Museum (schilderwerken). - Waregem: Gemeentebestuur (plastische kunsten). - Wulveringem: Kasteel Beauvoorde (verzameling oudheden).
| |
Provinciaal tornooi voor zangkoren 1956
Reglement
Art. 1. - Om in de Provincie West-Vlaanderen de bedrijvigheid van de zangkoor-verenigingen te bevorderen en de oprichting van nieuwe zangkoren in de hand te werken, wordt in 1956 het vierde Provinciaal Tornooi ingericht.
Art. 2. - Het tornooi wordt voorbehouden aan zangkoren, samengesteld uit volwassenen. De gemengde koren en de koren voor gelijke stemmen (heren- en dameskoren) treden op in twee afzonderlijke reeksen.
Art. 3. - Elk van beide reeksen omvat drie categorieën. De indeling van de deelnemende zangkoren in een dezer drie categorieën gebeurt overeenkomstig de uitslag welke zij behaald hebben tijdens het Provinciaal Tornooi waaraan zij allerlaatst hebben deelgenomen.
Art. 4. - De zangkoren welke voor de eerste maal deelnemen aan het Provinciaal Tornooi, zullen, naar de waarde van hun prestatie op dit tornooi, gerangschikt worden in derde, tweede of eerste categorie.
Art. 5: - Onverminderd de bepalingen in artikelen 3 en 4 moeten de zangkoorverenigingen, om aan het tornooi te kunnen deelnemen, gevestigd zijn in West-Vlaanderen en optreden met hun regelmatige leden. Het is verboden elementen voor de gelegenheid aan te werven.
Art. 6. - Iedere zangkoorvereniging van de 1e en 2e categorie is ertoe gehouden twee oorspronkelijke werken uit te voeren, namelijk een opgelegd koorwerk en een vrij nummer dat door de jury zal aangeduid worden uit een lijst van drie koorwerken, welke door de betrokken vereniging wordt voorgelegd samen met het bericht van deelneming.
Evenwel zullen de zangkoren minstens één werk ‘a capella’ moeten uitvoeren Dit stuk kan eventueel het opgelegd koorwerk zijn.
De zangkoren, gerangschikt in de 3e categorie, evenals de koren die voor de eerste maal deelnemen, zijn gehouden tot de uitvoering van twee werken naar keuze, waarvan minstens één ‘a capella’, aan te duiden door de jury uit een lijst van drie oorspronkelijke werken, die vooraf moet meegedeeld worden.
De uitvoering van het tweede koorwerk mag gebeuren ‘a capella’ ofwel met klavierbegeleiding, verzorgd door een pianist naar keuze van de optredende vereniging.
Art. 7. - De koorwerken moeten gezongen worden in de eigen moedertaal of in het latijn. Twee exemplaren van de partituur van elk koorwerk moeten vóór de aanvang van het tornooi overhandigd worden aan de jury. De jury zal rekening houden met de kunstwaarde van de voorgelegde werken.
Art. 8. - Het bericht van deelneming aan het tornooi moet ingediend worden vóór 1 october 1956. Het moet gericht worden aan de heer Gouverneur der Provincie, Dienst voor Culterele Aangelegenheden, Burg, 4 te Brugge.
Bij deze aanvraag dient een lijst van de leden gevoegd met aanduiding van de stemsoort (sopraan, alt, tenor, bariton, bas).
Art. 9. - De rangorde van het optreden op het tornooi is vastgesteld als volgt:
1. de zangkoren die voor de eerste maal deelnemen, 2. de zangkoren, gerangschikt in de 3e categorie, 3. de zangkoren, gerangschikt in de 2e categorie, 4. de zangkoren, gerangschikt in de 1e categorie.
Het beurtoptreden per categorie wordt bij loting bepaald onmiddellijk vóór de aanvang van het tornooi.
Per categorie treden eerst de koren voor gelijke stemmen op, daarna de gemengde koren.
Art. 10. - Iedere deelnemende koorvereniging zal een deelnemingspremie ontvangen van 500 F en een tussenkomst van 50% in de reiskosten.
Daarenboven worden voor elk van beide reeksen, bedoeld bij artikel 2 de volgende prijzen uitgeloofd:
| |
| |
1o In de eerste categorie: 1 eerste prijs van 2500 F, 1 tweede prijs van 2250 F, 1 derde prijs van 2000 F.
2o In de tweede categorie: 1 eerste prijs van 1750 F, 1 tweede prijs van 1500 F, 1 derde prijs van 1250 F.
3o In de derde categorie: 1 eerste prijs van 1000 F, 1 tweede prijs van 750 F, 1 derde prijs van 500 F.
De koorverenigingen welke uitkomen in de tweede en in de derde categorie, en meer dan 80% van de punten behalen, gaan over naar de eerstvolgende hogere categorie.
De zangkoren die in de eerste of in de tweede categorie minder dan 50% van de punten bekomen, dalen af naar de eerstvolgende lagere categorie.
Art. 11. - De koorverenigingen, die in 1953, 1954 en (of) 1955 deelgenomen hebben aan de provinciale tornooien en bij deze gelengheid gerangschikt werden in de 1e of in de 2e categorie, en die zonder ernstige reden zouden verzaken aan het Provinciaal Tornooi 1956, verliezen hun titel en worden in de eerstvolgende lagere categorie gerangschikt.
Eventuele redenen van verzaking of terugtrekking moeten vooraf bekend gemaakt worden aan de heer Gouverneur der Provincie.
Art. 12. - Met het oog op het bekomen van de tussenkomst van 50% in de reiskosten moet het bestuur van het koor de betrokken faktuur, voorzien van de kwijting, indienen bij de heer Gouverneur der Provincie, Dienst voor Culturele Aangelegenheden, Burg, 4, Brugge, met vermelding van het juist aantal personen, werkende leden van het koor die aan het tornooi hebben deelgenomen.
Art. 13. - De auteursrechten voor de uitvoeringen op het Provinciaal Tornooi worden gedragen door de Provincie.
Art. 14. - Elk zangkoor zal, na het tornooi, een kritisch verslag over zijn optreden ontvangen.
De uitspraak van de jury is niet vatbaar voor beroep.
| |
Provinciale prijskamp voor letterkunde 1957, voorbehouden aan het essay
Reglement
Art. 1. - In uitvoering van een beslissing getroffen door de Bestendige Deputatie in zitting van 21 april 1955, zal de Provincie West-Vlaanderen in 1957 de jaarlijkse letterkundige prijs van 25 000 F uitloven voor het essay. Benevens deze prijs wordt een bedrag van 15 000 F beschikbaar gesteld voor aanmoedigingspremies.
Art. 2. - Kunnen om prijs en premies mededingen, alle personen van Belgische nationaliteit die ofwel in West-Vlaanderen geboren zijn, ofwel ten minste vijf jaar in deze provincie verblijven.
Art. 3. - De mededingers moeten hun inzending indienen bij de heer Gouverneur der Provincie, Dienst voor Culturele Aangelegenheden, Provinciaal Gouvernement, Burg, 4 te Brugge.
De inzending moet ingediend worden in getypt schrift op vijf exemplaren en onder schuilnaam. De schuilnaam moet vermeld worden bovenaan op de eerste bladzijde van elk exemplaar, zonder enige aanduiding waaruit de identiteit van de auteur kan blijken.
De inzender moet zijn identiteit (familienaam, voornamen, volledig adres) mededelen onder gesloten omslag, welke op de buitenzijde de schuilnaam vermeldt. Deze omslag moet ingediend worden samen met de voormelde vijf exemplaren.
Bovendien moet in de omslag ofwel een uittreksel uit de geboorteakte, ofwel een verklaring van de heer Burgemeester van de woonplaats, met vermelding van de
| |
| |
aanvang van het verblijf in de Provincie, gesloten worden.
Art. 4. - De inzendingen moeten gebeuren uiterlijk op 1 juli 1957.
Art. 5. - Kunnen alleen in aanmerking genomen worden de oorspronkelijke en nog niet gepubliceerde essays waarvan de auteur nog geen provinciale, interprovinciale of staatsprijs voor het essay bekomen heeft.
Art. 6. - Het ingediend werk mag niet strijdig zijn met de godsdienst en de goede zeden.
Art. 7. - De Jury van de Prijskamp zal samengesteld worden uit vijf leden, aangeduid door de Bestendige Deputatie.
De leden van de Provinciale Commissie mogen de besprekingen van de Jury bijwonen en eraan deelnemen, doch zonder stemrecht.
De Jury zal de in artikel 3 bedoelde omslagen, van de inzenders die niet bekroond of geprimeerd werden, niet openen.
Art. 8. - Wanneer meer dan een werk dezelfde waarde heeft, kan de prijs bij gelijke delen toegekend worden.
Art. 9. - Zodra de uitspraak van de Jury door de Bestendige Deputatie bekrachtigd is, wordt zij onwederroepelijk.
Art. 10. - De deelnemers aan de Prijskamp verklaren zich door het feit van hun mededinging akkoord met het reglement en met de uitspraak van de Jury en de beslissing van de Bestendige Deputatie.
| |
Kunstleven te Brugge
Onlangs werd door de stad Brugge te Parijs van een Amerikaanse verzamelaar een schilderij aangekocht van Adriaan Isenbrant. Het is een portret uit 1518, voorstellend een te Brugge gevestigde Spaanse koopman, Paulus de Nigro. Het werk is ondergebracht in het Stedelijk Museum te Brugge. Wanneer een Ensor, of een Permeke?
In ditzelfde museum trok de tentoonstelling Vlaamse Kunst uit Brits bezit tijdens de voorbije weken de aandacht van alwie in ons land kunstliefhebber is en begaan met onze Vlaamse kunstgeschiedenis. Deze expositie is stellig de schoonste die sinds 1939 in Brugge werd ingericht en sommige critici maken zelfs een brug met de belangrijke tentoonstelling van de Vlaamse primitieven die in het begin van de eeuw eveneens te Brugge werd ingericht. Het stadsbestuur van Brugge, dat deze tentoonstelling inrichtte samen met het departement van onderwijs, mag gelukgewenst worden! Een fraai verzorgde catalogus werd uitgegeven, die om wille van de aard van deze expositie, een blijvende waarde zal behouden. (Tot 30 september verlengd).
De orgelconcerten die, als vorig jaar te Brugge in de katedraal werden ingericht, kenden een buitengewoon succes. De virtuozen die er gehoord werden waren de bekende Duitse orgelist Schneider, die aanzien wordt als de beste artist op dit gebied van Duitsland, de naar Amerika uitgeweken Vlaming A. Maeckelberg en de orgelist-titularis van de katedraal Kamiel Dhooge. 1500 toehoorders voor ieder van deze drie concerten!
Het eerste festival van middeleeuwse wagenspelen, dat ingericht werd door de rederijkerskamers der Weerde Drie Santinnen met de medewerking van het stadsbestuur, kende eveneens grote bijval. De wagenspelen werden uitgevoerd door de toneelgroep Als ich can uit Brugge, Jhesus metder Balsemblomme uit Gent en de rederijkerskamer Theylich Cruys uit Sint-Michiels. Werden opgevoerd de middeleeuwse sotternie ‘Drie dagen here,’ de genoeglijke clute van ‘Nu Noch,’ en het stuk ‘De duivel te sterk’ van de jonge auteur J. de Vroye uit Oostduinkerke. De wagenspelen werden gepresenteerd aan het Pandreitje, op de Walplaats en op het plein voor de St.-Jakobskerk. Maarten van In, van de Rederijkerskamer der Weerde drie Santinnen schreef het stuk ‘De lodderprins van Boergonje’, naar een oude Brugse legende. Als supplement bij de wagenspelen werd dit stuk driemaal opgevoerd. Dit inititatief kan uitgroeien tot een traditie, het goede toneel voor het volk ten bate!
De jaarlijkse expositie van de Westvlaamse Kunstkring, die tijdens de maand augustus te Brugge werd georganiseerd, werd dit jaar slechts matig bezocht. Is dat wel het goed ogenblik voor zo'n groepstentoonstelling? Voorzitter Karel Laloo werd gehuldigd om wille van zijn jarenlange activiteit in deze vereniging, en vervangen door dr Hubert Peeters, die van meetaf aan alvast het mogelijke deed om ook enkele jongeren in de expositie te betrekken. Wellicht kan men in de toekomst meer aandacht besteden aan een oordeelkundige selectie van de werken voor deze expositie. Het peil zal er stellig bij winnen.
| |
Afficheprijskamp interprovinciale cultuurdagen 1956
De uitslag luidt als volgt:
De prijs van 10 000 F, uitgeloofd voor het bekroonde ontwerp, wordt toegekend aan de heer Ernest Verkest, uit Tielt. Verder worden de volgende aanmoedigingspremies verleend: Eén premie van 3000 F aan de heer Albert Setola uit St.-Michiels en aan de heer Luc Verstraete uit Eeklo; één premie van 2000 F aan de heer Fernand Boudens ui Brugge en aan de heer Michel Dambruyne uit Gent.
De jury van de prijskamp was samengesteld als volgt: de heer J. Storme, lid van de Bestendige Deputatie, voorzitter; de heren J. Creytens, directeur van het National Hoger Instituut en Koninklijke Academie voor Schone kunsten te Antwerpen, H. Gellynck, directeur van de Academie voor teken- en schilderkunst te Kortrjk, Dr. M. Grypdonck, provinciaal adviseur voor Culturele en Sociale aangelegenheden, Provinciebestuur, Gent, Broeder Henricus Machiels, directeur van de Technische school voor Ambachtelijke Kunsten en Bouwkundig tekenen te Hasselt, leden; G. Gyselen, hoofd van de Dienst voor Culturele Aangelegenheden, secretaris.
| |
IXde Fransvlaamse kultuurdag te Waregem
Een honderdtal Vlamingen, een paar Nederlanders en een tiental Fransvlamingen waren op 2 september weer samen op de jaarlijkse samenkomst te Waregem, nu voor de negende maal André Demedts, de promotor en voorzitter van deze Fransvlaamse kultuurdagen, heeft jaar na jaar de stempel van zijn sterke persoonlijkheid gedrukt op deze Vlaamse culturele manifestatie. Het gaat er bescheiden, rustig en verstandig aan toe. Maar taai en ieder jaar beter. De voorzitter heeft in de jonge Luc Verbeke een flinke assistent.
's Voormiddags kwamen Pater Dr Stracke aan het woord en Dr Edgard Leroy. De eerste spreker hield een wetenschappelijke gefundeerd referaat over de geboorte van de Nederlandse beschaving. Hij vroeg o.m. dat in bestaande en wellicht in nieuwe tijdschriften geregeld zou gewezen worden op de oorsprong van ons volk, en dat de mogelijkheid zou worden geschapen om aan de jeugd en het volk van thans steeds meer de prestaties, vooral op artistiek gebied, van onze voorouders bekend te maken.
Dr Edgard Leroy, uit St Remy-en-Provence, is hoofdgeneesheer van de inrichting waar Vincent van Gogh zijn laatste jaren doorbracht en auteur van het bekende werk ‘La Folie de Van Gogh.’ Hij sprak te Waregem over ‘Vlamingen in de diaspora,’ waarbij hij soms op anecdotische wijze een overzicht gaf van wat
| |
| |
Vlamingen niet alleen op cultureel maar ook op economisch en agrarisch gebied tot ver in Frankrijk presteerden, en dat sedert vele eeuwen.
Majoor dr H.P. Schaap uit Assen was de Nederlandse spreker die de namiddagzitting opende. Hij vertelde op gemoedelijke, humoristische wijze, hoe hij dertig jaar geleden voor het eerst de Westhoek ontdekte en via dit verstoken stukje Nederland. ook de Vlamingen beter heeft leren kennen.
Deken Ammeux uit Cassel, een jonge dynamische priester vertelde enkele interessante bijzonderheden over het godsdienstig leven in Frans-Vlaanderen. Zijn overzicht was lang niet optimistisch, maar het feit alleen dat jeugdige scherpzinnige mensen als deze spreker zich in deze verloren hoek voor gaafheid en schoonmenselijkheid inspannen, wettigt ook verwachting en hoop.
Er werd nog verslag uitgebracht over wat door verschillende kulturele verenigingen gedaan wordt om contact te zoeken en te houden met Frans Vlaanderen. Hierbij spelen de katholieke studenten een bijzondere rol. Dr Jan Klaas, uit St Omaars, sprak ook over het tijdschrift ‘Notre Flandre-Vlaamse Heerd’ dat binnenkort zijn vijfde jaargang zal aanvatten en dat reeds enkele zeer degelijke nummers heeft uitgegeven. (75 F per jaar - P.C. 5201.80 van Luc Verbeke, Waregem).
| |
Karel Blancke (1849-1934)
Te Kortemark, waar hij 25 jaar pastoor is geweest, werd Karel Blancke op 19 augustus herdacht. Karel Blancke, één van de 20 Vlaamse koppen, heeft een dapper, strijdend en eenvoudig leven gehad, waarin vooral zijn grote lefde tot de arme en de kleine mens mag onderlijnd. Hij werkte mede aan diverse strijdende Vlaamse tijdschriften, was lid van ‘De Swighende Eede’, en heeft een aanzienlijk aandeel gehad in de Vlaamse opvoeding van de jeugd. Mr D. De Vlaminck, Hendrik Boedt en Medard Verleye hadden de huldiging van Pastoor Blancke op touw gezet en genoten hierbij de volle steun van het Kortemarkse gemeentebestuur. Het woord werd er o.m. gevoerd door Medard Verleye, Karel Delille, die een uitvoerige levensschets van Pastoor Blancke gaf, en Mgr Vangheluwe. Een tentoonstelling was ingericht waar handschriften van de gehuldigde te zien waren alsmede nummers van oude tijdschriften waaraan hij heeft meegewerkt.
| |
Literaire beurs Gent
Van 13 tot 21 oktober wordt te Gent een Internationale Boekenweek ingericht met de medewerking van het Gentse stadsbestuur en onder het impuls van de ‘Vereniging van Oostvlaamse letterkundigen.’ Naast onze eigen Vlaamse en Nederlandse boekenproductie, is de medewerking van Deense, Duitse, Italiaanse, Ierse, Finse, Canadese en Zwitserse uitgevers verzekerd. Verschillende Vlaamse en vreemde auteurs zullen lezingen houden en door de V.O.L. zal tevens een tentoonstelling ingericht worden gewijd aan de Vlaamse letterkunde.
| |
Fondsprijzen van de Vlaamse Academie
De Vaste Secretaris van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde brengt ter kennis van de belangstellenden, dat in de loop van het jaar 1957 zal overgegaan worden tot de toekenning van de volgende Academische prijzen:
1. Dr. Karel Barbierprijs 2955-2956, ten bedrage van 5.000 F voor de Belgische schrijver van de beste in 't Nederlands gestelde historische roman of geromanceerd levensverhaal, in deze periode uitgegeven en een onderwerp uit onze eigen geschiedenis behandelend. De prijs kan niet toegekend worden aan de auteur, die voor hetzelfde werk reeds in een door de Staat of door een Academie uitgeschreven prijskamp bekroond werd.
Twee exemplaren vóór 10 december 1956 te adresseren aan de Secretaris der Academie, Koningsstraat, 18, te Gent.
2. Guido Gezelleprijs 1952-1956, ten bedrage van 10.000 F, voor de Belgische schrjver, die in deze tijdruimte de beste in het Nederlands gestelde bundel verzen zal hebben geschreven. De prijs kan niet toegekend worden aan de auteur die voor hetzelfde werk de Driejaarlijkse Staatsprijs of de Interprovinciale prijs heeft gekregen.
Twee exemplaren vóór 1 februari 1957 te adresseren aan de Secretaris der Academie, Koningsstraat, 18, te Gent.
| |
Werkten mede aan dit nummer
Marcello Mascherini, Via Fabio Severo, 20, Trieste (Italië). |
Geert Bekaert, s.j. Minderbroedersstraat 11 Leuven. |
Carl de Nys, Boîte postale 51 Epinal (Vosges) Frankrijk. |
Dom Grégoire Watelet, o.s.b. Ecole de Métiers d'art, Abbaye de Maredsous. |
A. Deblaere, s.j. Minderbroedersstraat 11 Leuven. |
Herman Van den Bulcke, Profesoor aan het Grootseminarie, Potterierei, 72 Brugge. |
Leo Lunders, o.p. Olmstraat 10 Brussel 4. |
Louis Sourie, Generaal Lemanstraat 86 Brugge. |
Roger Fieuw, Statiedreef 47 Roeselare. |
Remi Ghesquire, Ezelstraat 29 Brugge. |
|
|