De Vlaamse School. Nieuwe reeks. Jaargang 5(1892)– [tijdschrift] Vlaamsche School, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 65] [p. 65] Teekening van Fik Hageman Voor de vogels Op blanke velden hangen blanke luchten En langzaam daalt de sneeuw in lichte vlokken, Het luiden dempend van de Kerstmisklokken En dekkend zacht de rustende gehuchten. Een kersrood kapje om 't krullend blond der lokken, Staat mulder's Liesje en lijkt geen koû te duchten, Met korrels graan, die mild haar handje ontvluchten, En zoet gekweel de vogelen te lokken. O meisje, vrouw en moeder eens, dat teeder Wat zwak en hulploos smeekt om mededoogen, In 't kleed wilt hullen van uw liefdezorgen! Strooi brood den vooglen! eens krijgt ge alles weder, In 't vroolijk lied dat stijgt ten heldren hoogen, Uit weide en bosch, een blijden lentemorgen. Hélène Swarth. Vorige Volgende