Sterfgevallen
Op 27 November overleed te Brussel Charles-Albert, bouwmeester, in den ouderdom van 68 jaar. Uit eenen zeer nederigen stand gesproten, verhief hij zich op korten tijd, dank aan zijne buitengewone begaafdheid en onverpoosd werken, tot den eersten rang in de kunst. Hij begon zijne loopbaan als leerjongen in eene Brusselsche drukkerij, alwaar hij leerde lezen; daarbij bepaalden zich het onderwijs en de opleiding die hij genoot. Hij verliet zijn eerste ambacht, pas tien jaar oud, om achtereenvolgens als decoratieschilder, teekenaar in eene steendrukkerij en portretschilder op te treden. Van in 1854 legde hij zich bijzonder toe op de bouwkunde met al hare vertakkingen als: versiering, meubileering, enz. enz., en bracht hij zeer merkwaardige werken voort voor in meer dan ééne hoofdstad van Europa: te Amsterdam, Parijs, Weenen, alwaar zij zeer hoog geschat werden. Zijn meesterwerk en volledigste gewrocht is, zoowel uit oudheidkundig opzicht als wat de versiering- en bouwkunst betreft, het zoogenaamd Vlaamsch Huis te Boschvoort, dat, eenigen tijd geleden, door alle kunstliefhebbers zoo druk bezocht werd, toen de markiezin Arconati-Visconti de herstelling van het kasteel van Gaasbeek aan Charles-Albert opdroeg.
M. Jules Husson Fleury, gezegd Champfleury letterkundige, en bewaarder van het Museum van Sèvres, is aldaar overleden in den ouderdom van 68 jaren.