Kroniek.
Antwerpen. Onder den leennaam Floris van Westervoort, heeft de heer Kettmann, regisseur van het Nationaal Tooneel, eene eigenaardig berijmde Noordnederlandsche boerenvrijage laten drukken, getiteld: Hans en Klaartje, minnespel in een bedrijf. Het boekje, dat 1 fr. kost, is bij den uitgever, L. Janssens, Kerkstraat, verkrijgbaar. Dit stukje kwam dezer dagen voor het voetlicht op den Antwerpschen schouwburg en genoot den meesten bijval, dank aan de boeiende toestanden en liefelijke tooneeltjes die er in voorkomen, dank ook aan de kundige wijze waarop het door mej. Ph. Jonckers en den heer J. Dilis opgevoerd werd.
- Ter gelegenheid van de 50ste verjaring der aanvaarding van zijn geneeskundig beroep, werd den heere J. Vergouts, dokter te Borgerhout, onder andere geschenken, zijn marmeren borstbeeld aangeboden, vervaardigd door J. De Braekeleer. De Liefdadige Kring van Borgerhout vereerde den jubilaris eene ook door J. De Braekeleer geboetseerde aardewerk groep, samengesteld uit drie kinderen, die blindemanneke spelen.
Poperinghe. 30 September heeft op het kerkhof dezer gemeente de plechtige inhuldiging plaats gehad van het gedenkteeken voor den hooggeachten schrijver van het West-Vlaamsch Idioticon, den betreurden taalgeleerde, pastoor L.L. De Bo, wiens levensschets is opgenomen in onzen jaargang 1886, blz. 30. Dr. K. de Gheldere droeg te dezer gelegenheid een gedicht voor, hetwelk op al de toehoorders een diepen indruk teweegbracht. Het gedenkteeken werd gemaakt volgens het ontwerp van baron de Bethune. Na de inhuldiging werd in het bisschoppelijk college eene letterkundige zitting gehouden en voerden de heeren Guido Gezelle, Muldermans en A. Janssens het woord.
Luik. In deze stad is onder den naam Het Kinkersgenootschap, eene maatschappij gesticht, welke ten doel heeft Vlamingen en Nederlanders die metterwoon aldaar gevestigd zijn, in eenen bond te vereenigen. Dit genootschap heeft besloten eene Nederlandsche volksbibliotheek te openen. Ten einde in die poging te slagen, roept het Bestuur den steun in, van alle Vlamingen en Nederlanders ‘die het goed meenen met hunne taalgenooten en wenschen te beletten, dat de duizende Vlamingen, die te Luik verblijven, dagelijks dieper verbasterd, den Nederlandschen volksstam eindelijk teenemaal afvallig worden.’ Penningmeester is de heer Goldstein, rabbijn, Ste-Barbaraplaats, 12; ondervoorzitter, de heer L. Heuvelmans, bestuurder van het burgerlijk gasthuis, Ste-Walburgisstraat, 44, en voorzitter de heer Aug. Du Mont, leeraar aan het koninklijk atheneum, St.-Laurijsstraat, 93, bij welke heeren giften in geld of boekwerken dankbaar worden aangenomen.
Charleroi. In deze stad, achter de kazerne van het voetvolk, nabij de grensscheiding van Montigny-a/Sambre, bij het doen van uitgravingen voor den aanbouw van eene ruiterijkazerne, is het overblijfsel van eene Belgisch-Romeinsche begraafplaats ontdekt. Er werden een aantal aarden lijkbussen gevonden, klein van stuk maar wijd; sommige bevatteden nog sporen van de daarin bewaarde asch der verbrande lijken van overledenen, die naar gissing omstreeks 250 jaren voor de geboorte van Christus hebben geleefd. In de ontbloote graven werden ook teilen van grijze aarde aangetroffen, waarin steenen oliekruikjes lagen, door vrienden den overledenen als afscheidsgaven geofferd. Het potwerk is in den vochtigen grond meest verrot en wordt dus grootendeels bij stukken en brokken verzameld.