Wereldtentoonstelling voor schoone kunsten.
De kinderbeelden.
De heer J. Corona schreef in het Milaneesch blad Il Secolo, een vergelijkend artikel over de kinderbeelden, door kunstenaars van verschillige landen in de kunsttentoonstelling ingezonden. Met genoegen nemen wij het opstel over, dat eene loffelijke hulde brengt aan onze vaderlandsche beeldhouwers:
‘Ik beloofde u eene beschrijving van de wijze waarop beeldhouwers van de verschillende volkeren in Antwerpen vertegenwoordigd, kinderen voorstelden. Zulk eene vergelijking kan uwe lezers bevallen. Hetzelfde zou te doen zijn met de zee-, berg- en sneeuwgezichten, daarin het voorbeeld volgende van den geachten Ernest Biondi, welke binnen kort een nauwkeurig overzicht zal uitgeven van de landschapschilderingen van de verschillende volkeren.
Wij beginnen met de kinderen, later zien wij voor wat anders.
In Italië zijn de kinderbeelden altoos de nauwkeurigste en de bevalligste. En dit bevinden wij niet alleen in de tentoonstelling voor schoone kunsten, waar de Italiaansche
Een duo.
kinderen straks te talrijk voorkomen, maar ook in de nijverheidstentoonstelling, waar de kinderen het grootste deel uitmaken van de ontelbare beelden en beeldekens. Ik kies er drie uit, die ik voorstel. Allergrappigst is de groep, door den beeldhouwer Rainoldo Pereda van Milaan, getiteld:
Een duo. Het is waarlijk om te lachen en eischt geene beschrijving. Onmogelijk, iets volmaakter en levendiger voort te brengen.
Mijne geliefden.
Ziehier het meisje van Eugenius Lombardi, eveneens van Milaan, het is evenals de groep van R. Perada, in marmer. De houding, de uitdrukking zijn treffend van waarheid; het is een tooneeltje dat altoos zal bevallen.
Dan hebben wij: De waaier van mama, door Quirino Tempra, ook van Milaan. Dit beeld is min natuurlijk dan de vorige. Een kleine
Moeders waaier.
jongen heeft den waaier zijner moeder gevonden, en wil hem met de zijden koorde medesleuren, maar de waaier, te groot zijnde, slingert hem tusschen de beenen en dreigt hem te doen vallen. De knaap heft de rechterhand tot aan zijn hoofd..... waarom?..... dat weet ik niet.....
Nu, hopend dat de Italiaansche beeldhouwers het getal kinderbeeldekens niet zullen overdrijven, gaan wij over tot de andere volkeren, waar wij ook gebeeldhouwde kinderen vinden, maar in kleine minderheid, zoodat wij ze moeten zoeken, terwijl in onze Italiaansche afdeeling zij elkaar verdringen gelijk in eene kinderschool.
Beginnen wij met België, waar de Italiaansche kunst in hare oude overleveringen gevolgd wordt.
Frans-Jozef Joris, van Antwerpen, stelt ten toon, buiten drie schoone borstbeelden, den knaap met den drijftol spelend. De schets (zie blz. 135), zal u genoeg zeggen, dat dit marmeren beeldje een van de liefste is van de tentoonstelling. Zoo, spreekt er eenieder over.
Een andere Antwerpsche beeldhouwer, toont ons eene recht schoone en eigenaardige groep in brons: Te vroeg ontwaakt. De oudste zuster heeft niet gewacht tot de kleinste uitgeslapen was en heeft ze plotselings opgenomen. Gij kunt u eene gedachte vormen van het stampen en huilen! Maar de warme pap zal weldra troost brengen en alles zal gedaan zijn, om morgen op nieuw te beginnen.
Dit zoo welgelukt beeld is gemaakt door Alfons Van Beurden en werd aangekocht voor de verloting (zie blz. 135).
Van België gaan wij naar
Kind met papegaai.
Nederland. Hier vinden wij slechts een enkel kinderbeeld. Het is in brons; de kunstenaar, heer Ludwig, heette het:
Gevaarlijke toestand. Op de bloote schouders eens knaaps heeft een papegaai, een oogenblik van zijne ketens verlost, zijn klauwen gezet, de knaap weet niet wat doen, hij trekt met de koord, maar dit is nog erger en hij eindigt met de armen uit te steken en te schreeuwen, in afwachting dat moeder-voorzienigheid hem helpe. De knaap is goed gemodeleerd, maar stijf in zijne bewegingen. De papegaai zou meerder met de nagelen moeten krabben en met den bek bijten.