Museum van Rijsel:
Terechtwijzing.
Het museum van Rijsel bezit eene schilderij van den weinig gekenden Mechelschen schilder Peeter Franchoys (1606+1654): het portret - volgens opgave van den catalogus - van Gisbertus Mutzarts, prior der abdij van Tongerloo. Bij des schilders handteeken en bij Mutzaerts' wapen vindt men het jaartal 1645. Hieruit volgt dat de voorgestelde persoon, nauwkeurigheidshalve, beter proost van Leliëndal, te Mechelen, dan prior van Tongerloo zou heeten. Gisbertus was, wel is waar, prior in die abdij, doch slechts tot den 26n Juli 1636, wanneer hij proost werd van het genoemde klooster, te Mechelen. Hij overleed daar den 27n October 1668. Het is tijdens zijn bestier dat Lucas Fayd'herbe den opbouw begon van de nieuwe kerk van Leliëndal - thans meer gekend onder den naam van kerk of kapel van den Bruul, - die, vooral wat het inwendige betreft, onder de schoone kerkgebouwen van Mechelen mag genoemd worden.
Emmanuel Neeffs (Le monastère du Val-des-lys, Leliëndael. - Louvain, 1868) haalt de volgende rijmkens aan, doelend op de eerste steenlegging, den 22n Augustus 1662:
Op den dagh Augusti twintich twee
meuter en steen zynde hier al ree:
gIsbertVs MUtzaert proost tot LeLI en DaeL
heeft van de nieuwe kerck
geleijt den eersten steen.
Den tweeden leghden op dit pas,
Die hier Vrouw Priorinne was
eLYsabeth Van beke, MeDe het ConVent.
Een iegelyck met eyghen hant
heeft hier ook eenen steen geplant.
Van proost Gisbertus bestaat er een tweede portret in de abdij van Tongerloo. Doch hier is hij slechts ten halven lijve voorgesteld. Men ziet daarbij het jaartal 1651 en hetzelfde wapen dat men op de schilderij van Rijsel aantreft: eenen keper van keel, met drie mutsaards, op eenen grond van zilver, of wit; en daaronder de spreuk: fasces, fasces (mutsaards, mutsaards), die én op den naam én op de mutsaards van het blazoen zinspeelt. Twee Romeinsche wapenbondels in Sint-Andrieskruis, beneden het blazoen, vertolken in eene andere beteekenis dezelfde woorden: fasces, fasces. Nicolaus Mutsaerts, abt van Tongerloo, overleden den 17n November 1607, voerde hetzelfde wapen met het eenige verschil dat bij hem de grond van goud is. Heel waarschijnlijk is het portret, te Tongerloo bewaard, van denzelfden kunstenaar, als dat van Rijsel.
F.W.