De Vlaamsche School. Jaargang 26
(1880)– [tijdschrift] Vlaamsche School, De– Auteursrechtvrij
[pagina 21]
| |
Tentoonstelling van schoone kunsten te Antwerpen 1879.
Sterkwaterplaat naar zijn tafereel door Lucas Schaefels, leeraar aan de koninklijke academie.
Bovengenoemde uitmuntende schilder van wild, stillevens, bloemen en vruchten werd te Antwerpen geboren den 6n April 1824. Zijne ouders waren Hendrik Rafaël Schaefels, overleden op 14 Februari 1857 in den ouderdom van 72 jaren,Ga naar voetnoot(1) en | |
[pagina 22]
| |
Joanna Catharina Colpijn, overleden op 24 Augustus 1873. Vader Schaefels was een uitstekend sieraadschilder en bezat als dusdanig een der beste en meest beklante werkhuizen die destijds te Antwerpen bestonden. Hij had in zijne jeugd uitstekende studiën aan de Antwerpsche academie gedaan en werd er later leeraar van sieraadteekening, welke betrekking hij gedurende eene halve eeuw met vrucht en onderscheiding bekleedde. Van zijnen zoon Lucas, dien hij al vroeg de lessen der academie deed volgen, wilde hij ook eenen decoratieschilder maken. De jongeling nam dit vak getrouw ter harte en muntte er weldra zoozeer in uit, dat hij voor zijnen vader een gewaardeerden medewerker werd. Voor het overige liet de wakkere Lucas reeds van in zijne jongensjaren bespeuren, dat hij het niet bij de sieraadschildering zou laten, dat zijn doel verder en hooger lag. Talrijk nog zijn te Antwerpen de ooggetuigen van de kunstvaardigheid en den gelouterden smaak welke de jonge Lucas Schaefels aan den dag legde, toen, bij feestelijke gelegenheden, zijne dienstvaardigheid en zijn talent ingeroepen werden ter versiering van een kwartier of van enkele straten. Niemand verstond zich daar beter op dan hij en er mag gezegd worden dat hij als het ware eene gansche hervorming bracht in de manier waarop tot alsdan de feestelijke versiering van straten geschiedde. Er bestaat eene door des schilders broeder Hendrik Schaefels geëtste sterkwaterplaat, die bij de liefhebbers zeer gezocht is, van de onder Lucas' leiding en volgens Lucas' plan aangerichte versiering van het Kipdorp te Antwerpen, ter gelegenheid der viering van den 575sten verjaardag der stichting van de gilde van Onze-Lieve-Vrouwelof in 1853. In 1855 ondernam Lucas met Victor LagyeGa naar voetnoot(1) de muurschildering der Sint-Antoniuskerk te Antwerpen, de eerste dergelijke schildering welke in den tegenwoordigen tijd in Antwerpen werd uitgevoerd, en die, jammer genoeg, niet voltrokken is geworden: men heeft het gelaten bij het eerste paneel. Hetzelfde jaar werd hem de versiering toevertrouwd van de Onze-Lieve-Vrouwekapel in de Antwerpsche hoofdkerk, breedvoerig beschreven in ons tijdschrift door den heer P. Génard.Ga naar voetnoot(2) Menigvuldige andere kerken werden in de stad en in de provincie bij feestplechtigheden onder zijne leiding versierd. In 1856, ter gelegenheid van de 25e verjaring der regeering van Z.M. Leopold I, werd te Brussel zoowel als te Antwerpen Schaefels' hulpvaardigheid ingeroepen. Lucas Schaefels maakte zich op bijzondere wijze verdienstelijk voor onderscheidene takken van nijverheid, door menigvuldige sieraadschilderingen en teekeningen die hij hun leverde.Ga naar voetnoot(3) Onder de talrijke keurige schilderingen, door hemn huizen van ingezetenen uitgevoerd, zullen wij ons bepalen bij de vermelding van degene der tooneelzaal van den heer August Joostens, sedert dien overgegaan aan den heer Florent Joostens. Bij de feesten, die in 1860 te Antwerpen plaats hadden, was de versiering der academie en van de wandelzaal in den Franschen schouwburg aan Lucas Schaefels opgedragen. (Zie onzen jaargang 1860, blz. 40 en 184.) Eene dergelijke opdracht ontving hij hetzelfde jaar, toen Z.M. Leopold I de stad Antwerpen bezochtGa naar voetnoot(1). Ook in 1864 en 1877, ter gelegenheid van de alsdan plaats hebbende feesten, geschiedden de versieringen der academie onder zijne leidingGa naar voetnoot(2). Bij koninklijk besluit van 26 Maart 1857 werd Lucas Schaefels benoemd als leeraar bij de Antwerpsche academie van schoone kunsten voor de klasse van het teekenen naar sieraden, ter vervanging zijns vaders. Korten tijd na zijne aanstelling gaf hij eene hoogst belangrijke uitbreiding aan deze klasse, door het stichten eener afdeeling voor het teekenen van sieraden naar pleisteren modellen, iets wat tot alsdan niet gedaan werd in de academie. In 1863 ging hij nog verder. Toen werd door den ieverigen leeraar aan de klasse voor teekenkunde bij toepassing op de stielen eene afdeeling toegevoegd voor sieraadschildering en voor het schilderen van bloemen, vruchten en stillevensGa naar voetnoot(3) Het onderwijs in laatstgenoemde vakken wordt door den heer Schaefels tot nog toe geheel kosteloos gegeven. Bij gemis aan geldelijk voordeel, mocht hij ten minste het genoegen smaken te kunnen waarnemen dat zijn werk vruchten droeg. Uit verscheidene door hem opgeleide leerlingen zijn verdienstelijke kunstenaars gegroeid. In 1871, blz. 181, namen wij de vrijheid, den heer Lucas Schaefels bij het bestuur der schoone kunsten en hij de bevoegde overheden aan te bevelen, als de waardige opvolger van wijlen Frans Durlet, voor de betrekking van leeraar der klasse van teekenkunde met toepassing op de nijverheid, welke post toen reeds sedert het overlijden van L. Baeckelmaus (zie 1871, blz. 168) kosteloos door hem werd waargenomen. Met hetzelfde doel, zonden de leerlingen der academie in 1872 een verzoekschrift aan den Antwerpschen gemeenteraad. (Zie 1872, blz. 23) De bestuurraad der academie gaf aan den algemeenen wensch gehoor en benoemde den heer Lucas Schaefels; de benoeming werd door den gemeenteraad bekrachtigd, maar er werd van hooger hand geen gevolg aan gegeven; een andere candidaat werd voorgetrokken, in strijd met de tot alsdan bij benoemingen steeds gevolgde verordeningen en gebruiken. Deze handelwijze is onuitgelegd gebleven. In verband hiermede veroorlooven wij ons naar de opmerkingen te verwijzen die wij drukten in onzen jaargang 1872, blz. 178. Op 16 Maart 1873 vereerde de leerlingen der academie hunnen leeraar eene gouden teekenpen als een blijk van erkentenis. In 1864 stelde Lucas Schaefels zijne eerste schilderij ten toon, en zulks wel in de pronkzaal der Antwerpsche Maatschappij ter Aanmoediging van Schoone Kunsten. Ons tijdschrift van hetzelfde jaar maakt er gewag van op blz. 201. Dood wild en vruchten waren het, die de schilder als onderwerp had gekozen. | |
[pagina 23]
| |
Zijn tafereel, voor de verloting aangekocht, viel bij de trekking te beurt aan den heer Eug. Cambier. Sedert dien verschenen schilderingen van Lucas Schaefels op de meeste driejarige tentoonstellingen, in het Verbond voor kunsten, letteren en wetenschappen (zie 1868, blz. 112) enz. Van eene uitmuntende schilderij, die hij te Brussel tentoonstelde, gaven wij in 1869, blz, 145, eene welgelukte houtsnede. Veel bijval verwierf hij in 1870 op de Gentsche tentoonstelling. (Zie ons tijdschrift voor dat jaar, blz. 143.) Van de twee schoone schilderijen die hij in 1873 te Antwerpen tentoonstelde, viel de eene bij de verloting te beurt aan den heer E.C. Walter, en werd de andere gekocht door den heer H. Vleugels, te Antwerpen. In 1874 onderscheidde hij zich zeer gunstig op de Gentsche tentoonstelling (zie 1874, blz. 166). Op de Antwerpsche tentoonstelling van 1876 werd een zijner schilderijen, voor de verloting aangekocht, gewonnen door mev. J. Broeckx geb. Van den Bosch, te Antwerpen. (Zie 1876, blz. 166 en 184.) In onzen vorigen jaargang vindt men op blz. 145 loffelijk melding gemaakt van de twee belangrijke schilderijen waarmede Lucas Schaefels alsdan de Antwerpsche pronkzaal verrijkte. Van het voor de verloting aangekochte stuk, dat gewonnen werd door mev. Meeus-Funck, te Antwerpen, geven wij op blz. 21 eene keurige sterkwaterplaat, door den meester zelf voor ons tijdschrift vervaardigd en die aan al onze lezers zeer zeker hoogst welkom zal zijn. Het is de tweede van zijne hand; hij vervaardigde buiten deze eene zeer fraaie etsing van klein formaat, de kunsten voorstellende, die in 1855 als titelplaatje den almanak der Sint-Lucasgilde versierde. D.V.S. Ik ben een mensch en niets van hetgeen menschelijk is, is mij vreemd. |
|