De Vlaamsche School. Jaargang 23

Overleden.

Een tijdschrift geeft de volgende spreekwijzen op, die men bij personen uit verschillende standen gebruiken kan om daarmede te zeggen dat zij overleden zijn: Een beleefd man heeft de wereld vaarwel gezegd; de koopman en de waard hebben hunne rekening afgesloten; het kind is onder de engelen opgenomen; den lantarenaansteker is het licht uitgeblazen; de vermoeide heeft zich ter ruste gelegd; voor de nachtwacht heeft het laatste uur geslagen; de

[p. 100]

schipper is de haven ingeloopen; de veerman heeft aan Charon het veergeld betaald; de slaperige heeft de oogen gesloten; de doodgraver is ten grave gedaald; de droevige heeft den laatsten snik gegeven; de zwerver is naar betere gewesten afgereisd; den wever is den levensdraad door de Parken afgesneden; de muzikant heeft den laatsten adem uitgeblazen; voor den apotheker is geen kruid meer gewassen; de jood ligt in Abrahams schoot; de edelman is bij zijne vaderen vereenigd; den nieuwsgierige werden de oogen toegedrukt; de geleerde gaf den geest; de godloochenaar moest er aan gelooven; de dienaar is tot den Heer gegaan; de koerier heeft zijnen tocht voleind; de krijgsman heeft den laatsten strijd gestreden; de zeeman is voor de haaien; de slachter is den weg van alle vleesch gegaan, - doch allen zijn dood.