Buitenland.
's-Gravenhage. Z.M. de koning-groothertog heeft benoemd in de orde der Eikenkroon: de heeren de Laveleye, hoogleeraar te Luik, tot kommandeur; H. Dolez, senator en advocaat te Brussel, tot groot-kruis; F. Laurent, hoogleeraar te Gent, tot groot-officier.
- Als eene kleine bijdrage tot de kennis van volksgebruiken, nemen wij het volgende over. In eenige streken van Holland is 't de gewoonte op den avond van Paschen vuren te branden op de straat. In Drente zingt men daarbij:
Heb j' ook een olde mande of een bossien riet,
Anders kriegen we 't Paaschvuur niet.
En in de Betuwe vindt men dorpen, waar de jeugd bij alle boeren en burgers aanklopt, onder het zingen van:
Hout en stroo zijn nu niet duur,
Geef mij een bos voor 't Paaschvuur.
- Wedstrijd voor kunstenaars uit alle landen, voor 't maken van een model in pleister van 1m00 hoogte (het voetstuk inbegrepen) en voorstellende Spinoza in de kleeding der xviie eeuw. De modellen moeten uiterlijk 1 October 1877 in het bezit der commissie zijn. De vervaardiger van het model, waarop de keus valt, zal worden belast met het maken in pleister van eene nauwkeurig gelijkende kopij, waarvan de hoogte later zal worden bepaald. Wordt dit groote model mede goedgekeurd, dan zal eene belooning van 2000 gl. aan den vervaardiger worden toegekend. In het tegenovergestelde geval, zal hem eene billijke schadeloosstelling, door de commissie te bepalen, worden uitgekeerd. Aan den maker van het nabeste model zal een prijs van 250 gl. worden toegekend. Het standbeeld zal worden uitgevoerd in brons, het voetstuk in gehouwen steen.
- Ter eere van den kunstschilder S.L. Verveer, van wien de Vlaamsche school in 1876, blz. 38, eene beknopte levensschets mededeelde, gaat op de Israëlietische begraafplaats alhier, volgens het plan van den bouwmeester Van Brink, eene grafstede uit witten steen, met arduinen treden, worden opgericht, ter hoogte van omstreeks 2m00; nevens de kenteekens der schilderkunst, worden op wit marmer de verschillende opschriften gesteld. De keuze voor het maken van 't gedenkteeken was zeer beperkt, doordien op Israëlietische begraafplaatsen geene stand- of borstbeelden, vazen of dergelijke versierselen worden toegelaten.
Rotterdam. Wijlen jhr. D.R. Gevers-Deynoot heeft al zijne schilderijen in olieverf nagelaten aan het museum Boymans, welk museum bovendien een standbeeld van Arie Scheffer ten geschenke ontvangen heeft van Mev. Magolin.
Limburg. In de Nederlandsche gemeente Berg-en-Terblijd is in eene mergelgroeve eene versteende schildpad gevonden, die 1m50 lang en 0m80 breed is. Dit zeldzaam exemplaar, dat van zeven vinnen voorzien is, werd door den onwetenden vinder voor 100 fr. verkocht. Het Nederlandsche staatsbestuur heeft last gegeven om het dier voor het rijksmuseum te koopen.
Parijs. De Fransche scheikundige Byasson poogt langs wetenschappelijken weg verklaring te geven, hoe de ongehoorde hoeveelheden petroleum, die in Amerika gevonden worden, kunnen ontstaan zijn. Toen de voornoemde geleerde een mengsel van waterdamp, koolzuur en zwavelwaterstofgas op roodgloeiend ijzer in eene ijzeren buis liet werken, gelukte het hem, eene hoeveelheid vloeibaar koolwaterstof te bereiden, van dezelfde eigenschappen als de petroleum. De vorming der natuurlijke petroleum kan derhalve uit de enkele werking van scheikundige krachten op stoffen, die de vaste aardkern vormen, worden verklaard. Terwijl het zeewater in diepe holen en spleten drong, kwam het in aanraking met de nog heete lagen der aarde, vervormde zich in damp, die, met vulkanisch koolzuur vermengd, met metalen, als ijzer en zwavelverbindingen, in aanraking kwam, zoodat, behalve andere talrijke reacties, ook de vorming der vloeibare, olieachtige koolwaterstoffen tot stand kwam.
Weenen. De hof- en staatsdrukkerij heeft uitgegeven Die Alphabete des Erdkreises, een boek van 56 folio bladzijden, waarvan er 3 gebruikt zijn voor afbeeldingen van spijkerschriften, 4 van Japansche schriften, een grooter getal voor het Phoenische schrift met zijne afstamelingen, ons gewoon geschrift enz.
Londen. In Juni aanstaande zal 't 400 jaar geleden zijn, dat de boekdrukkunst door William Caxton in Engeland werd ingevoerd, welke heugelijke gebeurtenis namelijk te Londen feestelijk zal worden herdacht. Op eene in 't stadhuis hiertoe belegde vergadering, die, onder andere voorname personen, bijgewoond werd door den Duitschen gezant, graaf Münster, zeide deze, ‘als vertegenwoordiger van 't land waar de boekdrukkunst werd uitgevonden, de ontworpene feestviering te beschouwen als een van die koppelteekens, welke hij hoopte dat altoos zouden blijven bestaan tusschen Engeland en Duitschland.’ De heer C. Dilke zeide, dat de Chineesche gezant, zoo hij tegenwoordig ware geweest, aan Duitschland de eer van de uitvinding der drukkunst zou hebben kunnen betwisten, ofschoon de Chineesche drukkunst slechts eene soort van