Kroniek.
Antwerpen. - Een koninklijk besluit van 3 November keurt de benoeming goed van K. Verlat, als werkelijk lid van het korps der Antwerpsche academie van schoone kunsten ter vervanging van wijlen A. Van Ysendyck.
- In ons overzicht der driejarige tentoonstelling, blz 152, maakten wij loffelijk gewag van de godsdienstige schilderij van Ed. Dujardin, voorstellende: Petrus, een kreupele genezende aan de poort des tempels. Wij zegden, dat die schilderij, bestemd was om geplaatst te worden in de Jezuskerk te Jeruzalem; zulks heeft thans plaats gehad en als blijk van voldoening over des kunstenaars werk, heeft mgr. Bracco, de tegenwoordige patriark, den heere Dujardin de versierselen gezonden van ridder der orde van het Heilig Graf; het stuk was besteld geworden door wijlen mgr. Valerga.
- Door den heer W. Geefs is een ontwerp van nieuw voetstuk voor Rubens' standbeeld vervaardigd, dat 15 meters hoog zijn zal en omgeven is van 8 beelden, elk 4 meters hoog, voorstellende Rubens' meesters, Van Noort en Otto Venius, en zijne zes beste leerlingen. In steen zouden die beelden kosten fr. 180,000, in brons 300,000 fr.
- Verbond voor kunsten, letteren en wetenschappen. Op 12, 13 en 14 November waren de volgende kunstwerken tentoongesteld: J. Joors, goed geschilderd meisjeshoofd, getiteld Zeepblaasjes; J. Stobbaerts, slecht geteekende voorstelling met figuren, getiteld: Akte van tegenwoordigheid, Een vischwijf, beter gelukt, en nog beter, Voor mijne honden (eene meid die honden brood voorsnijdt); G. Portielje zoon, die veel vorderingen maakt, drie geestige en zorgvuldig geschilderde stukjes: De vioolspeler, Een slachtoffer en De kleedij van een groot man (een schilder die een beeldje van Napoleon I vernist); het eerste is aangekocht door den heer Van Gastel en de twee andere door den heer Grisar; E. Wolters, Maasoever en Gezicht uit de omstreken van Bouillon; J. Neuckens, een in klein formaat ten voeten uit flink geschilderd portret en een lief stukje, getiteld Eene boodschap vergeten; L. Coignard, Rustende ossen; E. Tyck, Hoeveel, moederke? E. Claus, een fraai meisjesportret en twee verdienstelijke stukken: Voor de geit en Voor de konijnen, aangekocht door den heer Ratinckx; P.J. Anthonissen, een portret en De rookende voddenraper; E. Bolsius (een liefhebber), Monding der Westerschelde, een welgelukt stuk; E. Siberdt, De bakschool, zeer schoon van toon en kleur, en Gezicht in de Ardennen (verkocht); J. Wagner, eene uitmuntend geschilderde Ganzenwachtster; R.
Montgomery, Morgenstond te Falaise, aangekocht door den heer De Beunie; J. Heyermans, Eene dorpsnaaister, zeer verdienstelijk stuk; J. Neuhuys, De werkkamer van Ed. Bolsius, wat te groot gezien, doch overigens zeer goed weergegeven en zorgvuldig geschilderd; F. Joris. Meisjesborstbeeld; J. Lambeaux, Het gedwongen bad, dat met eere op de laatste Antwerpsche tentoonstelling prijkte.
- Van den heer Ed. Gregoir is een nieuw werk verschenen: Documents historiques relatifs à l'art musical et aux artistes musiciens, welk beknoptelijk al de in het boek passende aanteekeningen bevat die de archieven der Antwerpsche hoofdkerk behelzen van 1554 tot 1781. Verder treft men tusschen de geschiedkundige stukken aan zeer belangrijke bijzonderheden over het leven en werken van de Amsterdamsche muziekdrukkers Roger en Le Cène, de Nederlandsche zangers Vennooten, Kauwenberg en vele andere kunstenaars op het gebied der muziek. Wij wenschen den ieverigen geschiedvorscher geluk met zijn nieuwen arbeid. Buitendien heeft de heer Ed. Gregoir laten verschijnen het 4e deel van zijn aantrekkelijk Panthéon musical littéraire, bevattende oude en nieuwe Fransche en Vlaamsche liederen. De muziek der nieuwe liederen is van den heer Ed. Gregoir; over het algemeen mag zij voortreffelijk genoemd worden en uitmuntend passend bij de woorden. De heer Gregoir is, bij het zetten der muziek, ettelijke onzer hedendaagsche dichters indachtig geweest. Men treft in het boek gedichten aan van Th. Sevens, P. Troch, juff. V. Loveling, E. Stroobant, A.J. Cosyn, F. Cremmery, F. De Viver, Em. Hiel, P. Van Duyse, J. Vermetten, J.A. Van Droogenbroeck enz. In het geheel zijn er 61 oude en nieuwe liederen. De prijs is slechts 2 1/2 fr. Wij bevelen het werk aan bij alle huisgezinnen, waar men zich toelegt op muziek, bij zangkringen en schoolbesturen.
- In de steendrukkerij S. Mayer is verschenen eene zeer schoone in kleur gedrukte plaat naar Rubens' tafereel, De aanbidding der drie koningen, uit het Antwerpsch museum; teekening en kleur zijn zeer goed nagebootst en kunnen wedieveren met het beste dat wij, in het vak, uit den vreemde hier te zien kregen. Deze plaat versiert ter gelegenheid der 300ste verjaring van Rubens' geboortedag, den kantooralmanak van het huis Mayer; de omlijsting is geheel in den Vlaamschen stijl der kunstherbloeiing samengesteld; van weerskanten prijken Rubens' portret en dat van zijne tweede vrouw, Helena Fourment. benevens toepasselijke opschriften, die echter, evenals de almanak, in de Fransche taal gesteld zijn. Daar de heer S. Mayer het zijne heeft willen bijdragen om den beroemdsten Vlaamschen schilder te verheerlijken, zoo sporen wij hem aan ook eene Vlaamsche uitgaaf van zijnen almanak te maken. 't Is de teekenaar en plaatsnijder C. T' Felt die den heer Mayer in de uitvoering behulpzaam is geweest.
- O.-L.-Vrouwekerk. Rubens' tafereel, waarvan wij in 1874, blz. 160, gewaagden, is gereinigd, gestopt, de blazen zijn vastgelegd en het is ook op nieuw geparketteerd. Voor dat het stuk teruggeplaatst werd in het hoog altaar, was het tentoongesteld in de kapel der Sint-Lucas-gilde, waar de verschillende bewerkingen plaats hadden. Er wordt beweerd, door sommigen, dat het stuk wat veel is gekuischt; anderen maken opmerkingen over het parket; wij vertrouwen dat de leden der commissie die in last hadden het werk na te zien, zich niet beneden hunne taak zullen getoond hebben. Wat wij bejammeren, is dat men deze gelegenheid niet heeft te baat genomen om het uitmuntende stuk elders te plaatsen en het hoog altaar dat koor en kerk ontsiert af te breken. Nopens het door ons op blz. 147 aangehaalde artikel van C. Blanc dient te worden opgemerkt, dat gemelde schrijver wellicht niet in aanmerking genomen heeft, dat, sedert een paar jaren, geschilderde glasramen den kruisbeuk versieren en Rubens' meesterstukken daardoor misschien donkerder toonen.
- In de kerk van Berchem is een nieuw geschilderd glasraam geplaatst, uitgevoerd door den heer Pluys, van Mechelen, naar eene teekening van Ed. Dujardin. Er is op voorgesteld O.-L.-Vrouw van den Rozenkrans: Maria met het kindje Jezus in het midden, reikt den rozenkrans uit aan den heiligen Dominicus, links de heilige Brigitta, op den achtergrond een troon met engelen omringd; verder, als bijwerk: de geboorte van Christus, Christus aan het kruis en de Verrijzenis. In het ondergedeelte een stamboom met opschriften enz. betrekkelijk de familie Grenier, die het raam geschonken heeft.
Brussel. - Koninklijke academie van België. Afdeeling der schoone kunsten. Programma der prijsvragen voor 1877. Letterkunde: 1. Bepaling der invloeden die de Vlaamsche schilders P.P. Rubens en A. Van Dyck ondergingen gedurende hun verblijf in Italië. - 2. Verhandeling over de Nederlandsche penningen, onder opzicht van kunst, zeden, geschiedenis en staatkunde, tot aan het einde der xviiie eeuw. - 3. Geschie-