G. Portielje zoon belooft veel, met zijn Consultatie bij den Notaris.
E. Rumfels' Wat er van Alva's moordkuil komen zal, is als samenstelling een goed stuk te noemen.
J. Salles (Nimes): De laatste toevlucht (eene moeder met een busselkind op den schoot die tuiltjes vlecht om te verkoopen) vormt een zeer gevoelvol stuk en werd voor de verloting aangekocht.
A. Serrure, een te Brussel gevestigd Antwerpenaar, gaf van groote vorderingen blijk in zijne stukken Met den kruisboog, De wittebroodsdagen en Bij jufrouw Clairon.
J. Starck (Schaarbeek): zijne Jonge Maronietin halen wij hier aan als een zeer schoon stuk. Het vond eenen kooper.
H. Valkenburg (Amsterdam): Na den eten, twee meisjes die de schotels afwasschen, Avondzorg en Goede zorg te huis zijn zeer verdienstelijke schilderijen.
J. Van de Kerckhove (Brugge): loffelijk vermelden wij zijn stuk: Verschillende typen.
Ern Van den Kerckhove (Brussel): Een onverwacht bezoek en de Bloemenmarkt schijnen ons al te kleurig; in de schilderij, getiteld: Bij eene costuumverhuurster, is het doorzicht gebrekkig; op den afgemaalden planken vloer zou niemand kunnen recht staan.
Wijlen Jos. Van Lerius is op de tentoonstelling vertegenwoordigd door zijn portret (in ons tijdschrift op blz. 129 vermeld), en door twee schilderijen, schoone Rosamunda (zie blz. 95) en de schoone Maleische, welke laatste wij wel zouden willen zien plaats nemen in Antwerpens hedendaagsch museum.
Frans en Jan Verhas behooren tot de schilders wier stukken het meest in den smaak van de bezoekers der tentoonstelling vielen en daarmede gaven die bezoekers waarlijk geen bewijs van echten kunstsmaak. Der schilders Papegaai, snappende met drie dartele jonge juffrouwen, het stuk dat zich vooral als kleur kenmerkt, werd aangekocht door den heer Bennert, te Antwerpen.
J. Wagner stelde ons Herman en Dorothea met zorg behandeld voor, doch wij zouden wat meer diepte in de schilderij willen zien; des kunstenaars Geitenwachtster is mede keurig gepenseeld.
H. Wilhelmi (Dusseldorp): Vermaak is, behoudens de al te conventioneele schildering, een zeer lief en aardig stuk: een vader, omgeven van een knaap en twee meisjes, die een musschennest hebben geroofd, spijst een van de muschjes met platten kaas, waarbij een dun stokje als lepel dient.
Als verdienstelijke genrestukken moeten wij nog aanteekenen: Jos. Anthonis (Antwerpen): Kleine gulzigaards; P.J. Anthonissen: De rookende vodderaper; L. Becker (Brussel): Op jacht, schoon van kleur, maar wat onvast als schildering; E. Blain-Garin (Brussel): Lichtteekening van 't kindje, is wat al te kleurig; L. Brillouin (Parijs): De roep van den jongste van den huize.
Uitmuntende landschapschilderingen leverden O. Achenbach (Dusseldorp), in zijn Pausilippus te Napels, met de vuurbrakende Vesuvius in 't verschiet; het schoone stuk behoor den heere E. Schulte, te Dusseldorp; A. Asselbergs: Zandgronden in de Kempen en twee gezichten uit het bosch van Fontainebleau; Th. Baron (Elsene): Zomereinde en Herfst: het eerste is de voorstelling van eene kale boschplek, het tweede eene beek; W. Bode (Dusseldorp): Avondgezicht in Tyrol; J. Bütler (Dusseldorp): Zwitsersch landschap aan den St. Gothard; A. Calame (Geneve): Een terras te Capri en De bergen van Limbo; J. Coosemans, de groote leidsman der dusgenaamde school van Tervueren, drie schoone gezichten uit het bosch van Fontainebleau; Huberti, De vijver van Ramée (verkocht) en een Gezicht in de Kempen; J.W. Bilders (Amsterdam): Geldersch landschap; B. Becker (Brussel): De Maas te Anhée; A. Boer (Elsene): Waterpoel en jonge herders; J. Bogaerts (Tervueren): Vijvers van Vossem en De molen van Tervueren; J. Montigny (Tervueren): Februarimorgen en De weide; J. Bremrr (Etterbeek): Landschap in Gelderland en Uitkant van een bosch; L. Bullerkotten: De molen van Opwyck en Gezicht op de Schelde; J. Vola: twee gezichten uit Anseremme; A. Bouvier, Jos. Quinaux, L. Kuhnen, F. Keelhoff, P.
Fontaine, J. Kruseman, L. Rorcourt, allen te Brussel of uit den omtrek, prijkten met puike landschappen; wijlen J. Kindermans, Gezicht uit de Ardennen; De Marneffe, de deken der Vlaamsche landschapschilders, Stormachtig weder en Nevel; J. Rosseels, Juni en Wintergezicht; A De Braekeleer, Heide te Calmpthout (aangekocht voor de verloting), De veldbloem en Vischvangst. - Het krachtige Wintergezicht van den Dusseldorper L. Munthe, werd aangekocht voor het Antwerpsch hedendaagsch museum mits 5000 fr. - Mej. L. Rolin en mev. Rolin-Jaequemeyns stelden veelbelovende landschappen ten toon. - Met eere waren ook vertegenwoordigd de landschapschilders J. Janssens, wiens Gezicht uit de Ardennen voor de verloting gekocht werd, L. Derickx, A. Delathouwer, en de liefhebbers H. De Cock, H. D'Ooge en J. Parein.
(Wordt voortgezet.)