beweren) dat de voorstelling niet volkomen geschiedkundig juist zou zijn; F. Vinck, een puik Wintergezicht; L. Derickx, A. Wust en A. Elsen, goede landschappen; A. Struys, De pluim (een in het rood gekleed jongeling die naar een gemaskerd bal gaat), eigenaardig en verdienstelijk stuk; Jos. Nauwens, een bekoorlijk stilleventje, getiteld: Het slachtoffer van den jager; Jan Stobbaerts en L. Goupil, stukken van twijfelachtigen smaak; F. Joris, een jeugdige beeldhouwer van de realistische school, stelde ten toon Een kind in zijn stoeltje en een portret.
De heer dr. C.J. Hansen hield den 15n December eene uitvoerige voordracht op Willem den Zwijger.
Op 25 December en volgende dagen waren stukken tentoongesteld van; E. de Schampheleer, Hubert, F. Musin, J. Van Luppen, Verhoeven-Ball, A. Plumot, K. Ooms, J. Meyers, R. Montgommery, G. Van Hoorde, J. Janssens, J. Stobbaerts, E. Claus, Cleynhens, H. De Cock, H. Pieron, J. Nauwens, F. Van Kuyck, J. Leemans, L Derickx. De Lathouwer, J. Moerman, E. Tyck, J. Oppenoort, F. Hens, J. Portielje, J. Neuhuys en Eluell, van Antwerpen en Van Havermaet beeldhouwer, van St.-Nicolaas.
- Bij koninklijk besluit van 18 November is aan de leden der familie Geelhand-Moretus toelating verleend om den naam van Plantin aan den hunne te verbinden.
- Op 19 December en volgende dagen is in de Venusstraat te zien geweest een der twee aan Jan Ruyten door het stadsbestuur bestelde tafereelen, door ons op blz. 53 aangekondigd, voorstellende de Koolvliet. Het tentoongestelde tafereel is de beste schilderij, die wij van Jan Ruyten nog te zien kregen. Wij drukken hier den wensch uit, dat het stadsbestuur hem ook moge gelasten, al de andere vlieten der stad te schilderen.
- Wij hebben ontvangen het vierde en laatste deel van het belangrijke werk van den heer Eduard G.-J. Gregoir. getiteld: Documents historiques relatifs à l'art musical et aux artistes musiciens. Dit vierde deel bevat ruim 120 blz. en behelst aan het slot een alphabetisch naamregister van al de in de vier deelen genoemde kunstenaars. Bij het verschijnen der vorige deelen waren wij reeds in de gelegenheid al onze ingenomenheid met den veelomvattenden arbeid van den onvermoeibaren schrijver te doen kennen. Wij bevelen hem nogmaals aan, inzonderheid bij degenen die zich bezig houden met de geschiedenis van de muziek en hare beoefenaars. Evenals de drie andere, is het 4e deel met veel zorg en op stevig papier gedrukt. Er komt nog al veel muziek in voor, door den heer Gregoir aangehaald bij een aantal oude liederen, waarvan hij den tekst geheel of gedeeltelijk opgenomen heeft.
Brussel. - Uitslag van den kamp naar den dusgenaamden prijs van Rome, voor de toonzetting: 1e prijs, De Vos, 2e Tilman, eervolle melding, De Pauw. Er is tweemalen moeten gestemd worden; in de eerste stemming bekwamen De Vos en Blaes ieder 3 stemmen voor den eersten prijs, Tilman 1; in de tweede stemming, bekwam De Vos voor den eersten prijs 4 stemmen en Blaes 3. Zonderling is 't, dat de heer Blaes, die door 3 stemmen den eersten prijs waardig was gekeurd, zelfs niet den tweede heeft bekomen. De beslissing der jury heeft de hevigste klachten doen oprijzen, en van verschillende zijden wordt gevraagd, dat de prijskamp zou afgeschaft of wel het reglement veranderd worden. De heer De Vos, aan wien de prijs is toegekend, werd een paar dagen voordat hij met zijn werk geheel gedaan had, door eene bloedspuwing getroffen; er was sprake geweest (medekampers hadden het uitdrukkelijk gevraagd), zijn werk buiten den prijskamp te sluiten, als zijnde het niet voltooid; daar het evenwel, op eene kleinigheid na, geheel af was, beslisten de jury en de minister van binnenlandsche zaken dat het tot de mededinging zou worden toegelaten. Leden der jury waren de heeren Gevaert, Samuel, ridder de Burbure, Dupont, Peter Benoit, T. Radoux en L. Van Gheluwe.
- Den 27n November werd den dichter Em. Hiel een feestmaal aangeboden, ter gelegenheid zijner benoeming tot ridder van de Leopoldsorde. De vereerde ontving, na afloop van het banket, zijn borstbeeld ten geschenke. Het borstbeeld, vervaardigd door P. De Vigne, zal in brons gegoten worden. Op het banket werden onder andere redevoeringen uitgesproken door de heeren A. Willems, dr. Heremans en Conscience. In het Lucashuis, waar de aanbieding van het borstbeeld plaats had, hield de kunstschilder Jan Verhas eene warm toegejuichte rede.
Leuven. - Voor stads museum zijn door het gemeentebestuur aangekocht twee op hout geschilderde blazoenen, voortkomende van de oude Leuvensche Barbaragilde; op deze blazoenen, die het jaartal 1689 voeren, is de heilige Barbara afgebeeld.
- Om al de nissen van het stadhuis te vervullen, blijven er nog 84 beelden te maken. Wij vernemen, dat eerlang eene bestelling van 28 beelden zal gedaan worden.
- Wie in den laatsten tijd deze stad bezocht, heeft kunnen opmerken, dat de voorgevel van het stadhuis herstellingen vereischt, welke tamelijk dringend mogen genoemd worden.
- Buiten de stedelijke volksbibliotheek, is in het lokaal Rattemanspoort, door bijzondere personen, eene volksboekerij geopend.
Gent. - Verschenen ter drukkerij F.L. Dulé-Plus, Vlaamsche Conferentie der Balie van Gent. Verslag over de werkzaamheden gedurende het rechterlijke jaar 1874-1875 door Mr Julius Obrie. Op het einde van het verslag lezen wij: ‘Voor het assisenhof echter, waar vroeger sedert het ontstaan der wet, die het taalgebruik in strafzaken regelt, het meerendeel der zaken in het Vlaamsch gepleit werden, moeten wij nu eenen bijna, onverklaarbaren omkeer aanstippen. Gedurende gansch het jaar, werd daar enkel tweemaal in het Vlaamsch gepleit. Dit komt nog onbegrijpelijker voor, wanneer men in aanmerking neemt dat volgens de wet den beschuldigde uitdrukkelijk moet gevraagd worden in welke taal hij wenscht verdedigd te worden. Men vraagt zich dan natuurlijk af, of het wel mogelijk is dat iemand, die in staat zou gesteld zijn zich volkomen goed rekenschap te geven over de vraag, die hem desaangaande moet gedaan worden, eene voor hem geheel en al vreemde taal boven zijne moedertaal zou verkiezen?’